Na weer een prima ontbijt vertrekken we richting Buli, platteland met een of ander heilig meer. Het lastige is bij het ontbijt (vind ik ) dat de gastvrouw steeds bij je tafel blijft staan om te kijken hoe je eet en dan ook nog 5 x vraagt of het lekker is. Dat is hier zeer gebruijkelijk, maar vind ik niet altijd even gemakkelijk.
We gaan een half uurtje vroeger weg, maar arriveren dan toch wel zo rond half 1 bij het Farmhouse. Dat had nogal wat voeten in de aarde, want hier komen eigenlijk geen toeristen, dus is accommodatie ook ver te zoeken. De mannen wilden wel hier heen omdat ze hier ook nog nooit waren geweest, het off-the-beaten-path is en er een heilig meer is. Nou hoop ik dat er nog wel wat te zien is behalve een meer….dat er toch op zijn minst een verhaal aan vast zit.
Dat is het geval. Als we in het farmhouse geluncht hebben (prima lunch) verder is het buitengewoon eenvoudig, gaan we op pad. Het is een kwartiertje rijden, want ook hier is de weg niet meer dan een smal slecht landweggetje. Maar, alles zit op slot. We zoeken naar een telefoonnummer, maar dat staat niet op de borden die aangeven wat je allemaal niet mag (het loont de moeite om het even te lezen op de foto). Ja stom hoor, het staat gewoon met koeienletters op de pilaren. De caretaker zit te eten, dus even wachten. Er komt dan even later een oud baasje aan met een zeer bijzonder gebit ( nou ja wat er van over is), gevangen in een eeuwige glimlach. Het is een kwartiertje klauteren over boomstronken en keien, er is niet echt een pad, maar eindelijk zijn we dan boven op de berg waar een klein gebouwtje staat met nog een halfve vieze ruit ervoor en wat beeldjes erin. Het verhaal, want hier is altijd een verhaal en anders verzinnen ze het wel, gaat alsvolgt: Een mooie jonge godin strandt hier ’s avonds en vraagt onderdak bij een oude vrouw, die haar dat uiteraard verleent. De jonge vrouw vraagt haar niet te wekken. Om 10 uur begint de oude vrouw zich zorgen te maken en gluurt door een spleet in de muur, waardoor de jonge vrouw acuut ipv benen een slangenlijf krijgt een een kroon van slangen die haar kinderen voorstellen. Dan krijgt de oude vrouw een parel die ervoor zorgt dat haar bezit zich vermenigvuldigt tot ze natuurlijk die parel kwijtraakt. Daarom zie je bij het beeldje en later ook bij het water bij de stupa allemaal parelkettingen.
Dan nog van alles en nog wat, het was weer een ellenlang verhaal, is de clou dat de jonge vrouw in het meer een groot kasteel bouwde. Het meer moet dus rein blijven vandaar de restricties op het bord. Er was een soort van klein “voor”- meertje dat nu is opgedroogd, maar dat een geluid maakt als je je niet aan de regels houdt. Ook weer hier 108, deze keer witte vogels, die de bladeren uit het water halen.
Natuurlijk moet Kuenzang alle rituelen doen, en liep hij al de halve weg te chanten en te mompelen. Hij wilde ooit met vrienden hier op bedevaart, maar ging niet door. Ik stelde hem dus voor dat als hij het laatste stuk al prosternerend wilde afmaken, we wel op hem zouden wachten, maar dat wat een vrijwillig onderdeel dus hoefde hij niet te doen. Kwam hij weer mooi weg… Maar ter plekke moet er met een plastic can water uit het meer gehaald worden om de handen te wassen want als je ze wast in het meer, kan dat onrein worden. Het is allemaal wel een gedoe hoor. De oude man vindt het super interessant dat ik erbij ben, dus hij kletst honderduit en komt er na aan half uur pas achter dat ik geen Dzonka spreek. Maar hij doet zijn uiterste best, steekt wierook aan, komt met het Pauwenverenkannetje met heilig water aan en zegent links en rechts wat en heeft ook voor vandaag weer aan zijn taken voldaan. Bezoekers komen hier met name in de winter naar het schijnt.
We zetten de auto weer bij het farmhouse en gaan het dorpje bekijken want we hebben gezien dat ze (het is zondag, dus voor de meesten een vrije dag) bezig zijn met boogschieten. Dat gaat over een lengte van 145 meter, dus een flink eind. Hier schieten ze met de nieuwe bogen en dat gaat loeihard, dus we moeten wel oppassen waar we staan. Het is een vrolijk gedoe, natuurlijk ook hier weer gepaard met de nodige alcohol. Het zijn twee teams die tegen elkaar strijden en als er in de roos is geschoten, dan maken ze een soort vreugdedansje met gezang. Heel komisch. De mannen hebben ook allemaal een soort van rokje aan, maar dat zijn gekleurde stroken al naar gelang hoe ze hebben geschoten. Leuk om gezien te hebben.
Geschreven door Jacquelijne.opreis