Vandaag ontbijt met vers gebakken chappatti’s nog warm met een omelet. Prima voor in de lucht. Ik heb nog even de tijd om een rondje in het kamp te maken. We rijden naar de Paraglide agency en er blijkt een groep jongelui mee te gaan uit voornamelijk UK en Ierland. We verdelen over een busje en een jeep. De jeep waar ik in zit kan ter nauwe nood de steile helling op met 10 man en een aantal parachutes. Het duurt een flinke tijd eer we met steeds smaller wordende weggetjes de top bereiken waar we vanaf zullen springen. De jongelui zijn allemaal heel erg exited. Deze oude rot niet meer zo, het is al lang niet meer mijn luchtdoop, maar het blijft leuk.
Vrij snel al kunnen we vertrekken, het is altijd een heel gedoe met al die rommel die je aan moet. Je hebt behalve de parachute die ook aan jou vast zit, achter je een soort van zitje op je rug, waar je zelf lekker in kunt hangen zodra je in de lucht bent, maar ook je piloot. De banden van heel het gedoe hangen bij het vertrek zo ongeveer op je knieën en dan moet je nog enigszins synchroon zien te lopen en rennen de berg af op ongelijk terrein met gaten en putten en die kerel letterlijk op je hielen. Maar we hebben een goede en snelle start en hop daar vliegen we door de lucht. Super. Na een paar minuten vraagt hij hoeveel ik weeg omdat we nogal snel zakken. Nou ja, dat is nou niet echt een compliment. Maar goed, die 80 kilo weegt een beetje flinke vent toch ook al snel? Maar we komen weer omhoog dankzij zijn stuurmanskunsten. Even was ik bang dat we te ver zouden dalen, want er is nu ook een kabelbaan en ja, die kun je beter niet raken. De elektriciteitskabels zijn wat lager. Maar ook dat gaat goed. Op een gegeven moment cirkelt er boven ons hoofd een roofvogel op de thermiek. Die gaan we dus volgen. Wel bijzonder! Het enige lastige is dat ik ook de stick met de GoPro moet vasthouden en dat valt niet mee omdat de wind er steeds achter pakt. Maar ja, is ook wel weer leuk om terug te zien.
Bij het landen nog even wat stunts, wow, pfff, dat gaat knoerhard alle kanten op. Maar voor ik het weet zijn we alweer aan het landen. Ik kan niet anders zeggen dan een perfecte landing. De een na de ander komt beneden en het is leuk om te zien hoe enthousiast en uitgelaten iedereen is. We rijden weer terug naar het kantoor waar mijn foto’s en filmpjes op een SD card gaan die ik had meegenomen. Op de telefoon is niet erg handig met opslag in de cloud en weinig ruimte op het apparaat.
De mannen pikken me weer op en we gaan weer even lunchen bij Dolma. Ze heeft haar best nogal gedaan. Ze had ook een heel lekkere currie met yakkaas gemaakt. Heerlijk. Ik ben hier niet zo van de kip. Net als in China hakken ze die beesten hier gewoon in zijn geheel in stukjes en zit je steeds bij iedere hap als het tegenzit met een stuk bot in je mond. Beh… En de hygiëne enz vertrouw ik hier ook niet altijd helemaal. Als je ziet dat ze in die hitte zonder koeling met die beesten op een markt zitten..
Dan de volgende uitdaging. We zouden een paar Tibetaanse kloosters willen bezoeken (ik dan), maar vanwege de corona uitbraak is het merendeel gesloten. Maar omdat het 40 graden is, niet heel verkeerd in de auto met airco wat te rijden. Lekker luxe. Het eerste klooster is dicht. Het tweede eigenlijk ook, maar de man die Akshay aanspreekt wil best even voor ons opendoen. Het is een aardig klein kloostertje, maar veel mooier afgewerkt dan de kloosters in Lumbini in het park. Nog een derde kloostertje kunnen we niet raken, of we moeten helemaal naar boven klimmen omdat de weg is afgezet, maar gezien deze temperatuur en maar heel kleine kans dat het open is, gaan we lekker richting het Fewameer om even met een bootje naar de tempel te gaan in het meer.
Het is natuurlijk een giga toeristische attractie, met name voor Nepalezen en Indiërs. Westerse toeristen zijn ook hier nog weinig. Tegen dat we bij het eilandje met het klooster zijn, betrekt het en binnen no time gaat het heel erg hard waaien. Ik maak maar snel wat foto's en we gaan terug omdat we het niet vertrouwen en op het water zitten met onweer is ook niet echt een jofel idee. Het valt uiteindelijk mee. Pas een 20 min later gaat het wat regenen. Pokhara schijnt de meeste regen per jaar te krijgen van heel Nepal. Maar we hebben kennelijk geluk. Het is wel een heel kleurrijk gezicht, al die mensen in die bootjes, de vrouwen natuurlijk allemaal in vrolijke sari’s gestoken. Een gewoonte die inmiddels door niet alle jongeren nog wordt gevolgd.
Bij toeval horen we van de bootsman dat er om 17.30 uur een puja wordt gehouden daar bij de bootvertrekplaats. Nou, dat kan wel leuk zijn om te zien. Nog heel wat tijd en we lopen dus het pad langs het meer af en daarna de hoofdstraat in om ergens koffie te drinken. We zijn juist binnen als het wat gaat regenen. We zijn tegen half 6 bij de afmeerplaats, maar er is nog niet veel gaande. Het wordt 1800 uur. Al snel wordt er een tafel neergezet met wat mannen en daarop lijstjes, certificaten en bonnenboekjes. Het is dus business..
Het zal eenzelfde soort hindoeritueel worden zoals oa in Varanasi, wat ik daar twee keer heb gezien. Dus ik weet zo’n beetje wat er komt. De stoelen die klaarstaan worden zachtjesaan bezet, maar wij zitten aan de kant op een betonnen muurtje zodat we als we willen wegkunnen of er op gaan staan als het nodig is. We denken dat er wat gaat gebeuren maar de man door de microfoon begint alleen een heel verhaal dat dit gebeuren natuurlijk gesponsord kan worden, door het noemen van je naam en het bedrag. Het begint te lopen, men begint duidelijk tegen elkaar op te bieden. Vier dames hebben een status aparte, ze hebben rode plastic stoelen vooraan en zogenaamd sjieke kleding met veel glitters en een goedkope uitvoering van een dure tas. Puur plastic van 20 m afstand te zien. Ik moet er altijd om lachen als mensen zo graag meer willen zijn, alsof anderen dat niet zien. Als ze langslopen wijs ik Akshay erop dat het meer moet lijken dat het is, want de broek van de meeste posh utiziende dame, is veel te lang. Als je bij een goede kleermaker koopt en niet bij de Nepalese variant van de Primarkt, is dat niet zo. Het duurt eindeloos, het is wel leuk om alle gedoe te doen en ik probeer toch van veraf wat foto’s te maken. Akshay wijst me erop dat de kinderen vaak schoenen op de groei krijgen, ja, bij ons ook. Maar hier is het wel erg op de groei getuige de witte gympen van het jongetje bij de donation box. Hier wordt nauwelijks wat ingestopt, want dan wordt je naam natuurlijk niet omgeroepen.
Eindelijk rond half 7 beginnen ze dan, terwijl er nog steeds gedoneerd wordt. Soms maar 100 rupee, maar dan ben je wel geregistreerd (100 rupee is ongeveer 75 eurocent). Volgens mijn gids laat dit zien hoe desperate ze zijn dat ze dit zo ongelooflijk financieel uitmelken. Ik kan me niet herinneren dat dit in Varanasi ook gebeurde.
We vragen ons ook zeer af of de jongemannen die de ceremonie uitvoeren werkelijk iets van priesters zijn (wij denken beiden van niet) of dat het een leuke bijbaan is. Bijkomend voordeel is dat je niet meer naar de sportschool of Zumba lessen moet en het zal wel redelijk betalen als we zo zien wat er binnenkomt.
Overigens moesten we van ons muurtje weg, maar we zagen dat er op het dak boven ons ook iemand met een camera zat. Ik moet eens een keer een mooi “pers”-kaart ontwerpen en plastificeren en aan zo’n keycord meenemen. Is wellicht wel handig voor komende trips.
We vinden de trap naar boven en staan er werkelijk eerste rang als de show begint. Op mijn aanraden belt Akshay zijn moeder, wat hem vrijwel zeker bonuspunten zal opleveren en ik moet even zwaaien naar zijn moeder. Zij volgt via zijn telefoon het hele gedoe. Als ze klaar zijn met het onderdeel kandelaar – de extreme work-out (een kandelaar met de voet in de vorm van een slang – symbool voor water – een vele lampjes in de vorm van een kerstboom) vind ik het wel genoeg, dit is samen met het wierook onderdeel het mooiste om te zien. Gelukkig kan mijn gids af en toe wat van de teksten vertalen, wat wel erg leuk is, omdat ik anders werkelijk geen idee had waar het over ging. Als we nu toch in Pokhara Lakeside zijn, dan maar eens een goede pizza. Die dal bhat weet ik nu onderhand wel. Hij weet een goede pizzeria en de home specialty is heel goed.
We trommelen vriend Nehrah op om mij naar het Tibetan Refugee Camp te brengen. Het is donker bij Dolma, maar als we haar bellen, blijkt ze gewoon thuis: ze heeft geen stroom. Het heeft maar een heel klein beetje geregend, maar het was gelijk prijs. Niet alle huizen zitten zonder, maar als je hier ziet hoe dat allemaal aan elkaar geknoopt is (soms letterlijk) te begrijpen. Met mijn zaklamp tik ik een stukje verslag, maar het is geen doen (kon mijn koplamp niet vinden, zal wel gesneuveld zijn bij een laatste reis). Dus kruip ik maar in bed met mijn e-reader, die gelukkig wel licht heeft. Hopelijk morgen weer stroom.
Geschreven door Jacquelijne.opreis