Vandaag staat in het teken van onsen (badderen op zijn Japans) en Onsen ( het plaatsje Onsen). Als we bij het plaatsje Onsen komen, ruiken we het al: zwavel. Onderweg zien we al hier en daar een stoompluim. We maken een mooie wandeling door wat bos en heuvelachtig gebied waar het overal pruttelt en sist. Overal liggen tussen de stoompluimen ook allerlei buizen. Geen idee wat ze daar dan mee doen. Kennelijk wordt er afgetapt voor met name "stadsverwarming". Het is vandaag bewolkt en een beetje diezig van het vocht in de lucht en alles bij elkaar geeft het een aparte sfeer. Onderweg komen we ook bij een zeer keurig marmeren kruis met stenen met duidelijk namen erin gegraveerd. Het is een herdenking voor de katholieken die hier sneuvelden doordat ze in de bijna kokende poelen werden gegooid. Je kunt je wel indenken hoe de hel van de katholieken eruit ziet, welnu. Dat hebben we dan hier gezien. Gelukkig geloof ik niet en is de hel voor mij ook niet meer dan een vreemd verzinsel om de mensen eronder te houden. Grappig genoeg hebben we het er over met René, die in de 70 is en ook een paar jaar seminarie heeft gedaan... "We werden daar behoorlijk onder druk gezet. De Gestapo was dan misschien overal in de oorlog, maar God zag ook alles.. en stel je voor dat dat eens waar was!"
Na een uurtje rijden we verder richting ferry, we verlaten het eiland en varen binnen een half uurtje naar de Amakuse-eilanden. Hier komen zeer weinig toeristen naar het schijnt. Wie wil kan dolfijnen gaan spotten na het eten. Het restaurant is in een soort loods dat als je aankomt er niet bepaald uitziet, echter de schotels die ze serveren zien er buitengewoon mooi uit. Adrie waagt zich aan een lunch van rauwe en gebakken vis en aanverwanten. Ik ben al niet zo'n erge visliefhebber en rauwe vis trekt me al helemaal niet. Dus heb ik maar gekozen voor gebakken scampi en een rijst met currysaus. Ook lekker. Als we zitten te eten breekt buiten de pleuris uit, maar tegen dat we klaar zijn, is het weer droog. Adrie gaat mee met de boot en ik ga lekker in mijn eentje een stukje lopen door het haventje en dorpje. Ik heb niet zoveel met die beesten en het het al vaker gezien. Het hele dorpje staat in het teken van de dolfijnen, want je vindt overal dolfijnen op afgebeeld. Zelfs als versiering op de daken van de huizen en de putdeksels op straat. Ook vind ik nog ergens een felgekleurd beeld van een mannetje en een vrouwtje omgeven door vissen. Ik zet me daarna nog een kwartiertje met mijn boek op een bankje voordat iedereen weer terug is. Ze hebben mazzel gehad, veel dolfijnen kwamen langs de boten spelen.
Dan vervolgens we onze tocht verder zo ongeveer langs de kustlijn, onderweg nog een foto-plas- en koffiestop en dan krijgen we uitleg over wat ons te wachten staat in de ryokan, een traditionele soort herberg, waar we in yukata gaan dineren (op de grond natuurlijk, fijn met onze oude stijve lijven) en slapen op een futon op tatami matten. Maar vooral krijgen we instructie over de gebruiken binnen de ryokan (direct schoenen uit, slippers aan, bij het toilet de toiletslippers aan en die weer uit als je uit het toilet komt, geen slippers op de tatamimatten enz). De yukata is een soort van kimono-achtig ding dat je natuurlijk weer rechts over links of net andersom (zal wel foutgaan) moet aantrekken. Na het diner zullen we dus gaan plonsen in de onsen en daarna nog met zijn allen wat drinken en zo ongeveer met zijn allen tegelijk naar bed; de muren zijn immers van papier en je hoort alles van elkaar. Lekker, ik heb aan één snurkende man eigenlijk al genoeg!
Gelukkig valt het met die snurkende mannen wel mee. De wandjes zijn dun, maar niet traditioneel van papier. Het was een heel geslinger en het was aardedonker onderweg. Het dorpje Aso ligt ook werkelijk in the middle of nowwhere. Eigenlijk blijkt het nog maar schemerig te zijn geweest, maar waren het enorme buien die alles zowat compleet verduisterden. We krijgen gelijk slofjes aan en worden onze ruime kamer gewezen. Eerst dan maar ons bed opmaken met ieder twee matrasjes, een laken en een dekbed (wat ik er natuurlijk gelijk uitsloop vanwege de hitte). Het is een mooie ruime, rustige kamer. We kleden ons snel om in onze yukata om te gaan dineren. Er leuk om te zien, jammer dat ik mijn Nikon niet mee naar beneden heb genomen, met mijn compactcameraatje geeft het toch een minder beeld. Per persoon staan er al een hele rits kommetjes klaar met allerhande ingelegde groentes (muf) enz. en een paar stukjes heerlijke zalm sachimi. Op aanraden van Rita bestellen we warme sake. We krijgen een soort van eierdopje om uit te drinken en een heel klein kruikje sake. Het is behoorlijk sterk. Dan is er midden in een tafel van vier een soort van gasbarbecuetje en dan gaan we aan de slag. Het is gezellig en de ambiance is voortreffelijk.
Dan deel twee van het programma: de onsen! We zijn in de bus al duchtig geïnstrueerd, dus dat moet goed komen. Met zijn zevenen (alle vrouwen uit de groep en Rita) gaan we naar de omkleedruimte, sommigen die geen sauna gewoon zijn hebben wat schroom, maar dat is snel over als we allemaal keurig op een rijtje op een krukje gezeten ons met ons kleine handdoekje af zitten te schrobben en spoelen. Het is een beetje bizar en we lachen wat af. Als we brandschoon zijn gaan we naar buiten in het warme bad buiten (er is ook nog een lauw, maar daar komen we later pas achter). Het is een gekwebbel van jewelste. Ik wil eigenlijk wel warmer en ga dus naar het hete binnenbad. Pff. Redelijk diep, je komt nog net met je hoofd boven water. Dan goed afkoelen in het ijsbad. Beetje buiten dampen nog wat afkoelen en dan nog maar eens in het hele hete bad, dat nu al beter te verdragen is. Het ijskoude bad voelt weldadig. Er zijn ook een paar Japanse dames die het heel gezellig vinden dat we er zijn en met me proberen te praten met handen en voeten en dat het gezellig, maar komt niet veel van. Rita vertelde dat er een keer een groep zo in de ryokan zat en er een aardbeving kwam, leek ons toch niet echt jofel om zo in je blote kont dan de straat op te moeten rennen hhahahhha. Er zijn hier eigenlijk iedere dag wel bevingen in Japan. Het is een land bekend om zijn natuurgeweld (-rampen? ). Aardbevingen, landslidings, orkanen, tsunami's en niet te vergeten nog werkende vulkanen en dat zullen we morgen dus zien. Na afloop is iedereen heerlijk roze en ontspannen en drinken we nog een biertje uit - jawel - de automaat - en gaan we slapen.
Geschreven door Jacquelijne.opreis