Vanochtend wat vroeger opgestaan na een hopeloze nacht. Het was superwarm In het golfplaten dak huisje was het niet echt afgekoeld. Dan was er wel de plafondventilator, maar dan moest ik weer onder een laken anders ging ik superniezen. En het bed was knoerhard, dus maar de “Jarchen Ghar”- methode toegepast, dus het dekbed onder mijn onderlaken en van het andere bed, het dekbed eruit gehaald en de hoes gepakt. Dat dan allemaal onder die klamboe gewurmd en dan hoor ik toch af en toe geluiden (het is een golfplaten dakje met wat stro erop), en ik zoek mijn bril. Ja lekker, grote kakkerlak op de muur. Zit me net te bedenken wat ik daar mee ga doen, en dan verdwijnt hij in het plafond. Ik weet niet wat er verder allemaal tevoorschijn kan schieten, dus dan toch maar onder die rottige klamboe blijven. Schoenen checken voordat ik mijn voet erin stop. Vanmiddag zat er ineens een kikkertje in de badkamer, maar die was ook zo weer foetsie. Na de luxe suite van eergister is dit dan werkelijk de basic rural experience. Badkamer en wc zijn wel ok, lekker ruim en schoon. Dan maakte om een uur of 4 die plafondventilator zo’n kabaal dat ik bang was onthoofd te gaan worden, dus maar weer eruit om die uit te zetten. Dus om half 7 op en alle zweet weer afgedoucht en naar de dining hall. Even wat gedronken en de ontbijtpaketten ergens ingestopt. Dat doen we onderweg. We gaan maar vroeg op pad vanwege de enorme hitte. Weer 38 graden vandaag en twee gidsen. Gekker moet het niet worden, ik wilde eigenlijk alleen op pad...
We rijden wat rond in de dorpjes en regelmatig stoppen we. Op de derde foto staat een oudere dame met paars shirtje. Ze heeft tatoos onderop haar kuiten. Dat hoorde vroeger zo als je wilde trouwen, anders was je namelijk niet rein. We zien waar de pootaardappelen worden opgeslagen en ik kome erachter dat het hutje van foto één wordt ingesmeerd met leem en koeiestront , en zo meer een huisje wordt. Moet wel voor en na de moesson weer opnieuw gedaan worden, anders spoelt het eraf. Er is ook nog een mini museumpje met landbouw en visserij voorwerpjes, erg leuk. Zelf zou ik op iedere straathoek stoppen voor foto’s of een babbel, maar dat is nu toch echt lastig. Om een uur of 9 heb ik wel trek en ik stel voor om te stoppen in het dorp. Sambu, de lokale gids zegt dat we beter iets verder rijden omdat hier veel kinderen lopen in de dorpskern en we dan waarschijnlijk zelf niets overhouden om te eten, dus stoppen we een klein eindje verder onder een boom waar we ook kunnen zitten. De mannen verdwijnen even, maar komen zo weer terug, ik kan als ik wil ook even gebruik maken van de “restroom”, dat is dus gewoon de wc bij de mensen hier tegenover. Erg vriendelijk en wel prettig, dus ik geef ze wat van de groentezaden die ik had meegesmokkeld. Valt wel in goede aarde. Op een gegeven moment moet er ergens een struisvogel lopen. Navraag leert dat hij bij de eendenfarm zit. Ze verkopen de eieren die het beest elke dag legt. Als aardigheidje voor de kinderen hebben ze ook een aapje. Het zit aangelijnd omdat hij zo ondeugend is, maar iedereen is er dol op. Hoezo terug in de tijd???
Na nog wat kortere stops, vinden Akshay en ik het wel welletjes, we hebben beiden een fiets met heel hard zadel en dus niet een extra vering in het frame zoals onze gids en de weg is natuurlijk met name niet geasfalteerd. Nou, wij hebben er wel lol om. Akshay staat meer op de trappers dan dat hij zit en we krijgen zo ongeveer de slappe lach ervan. Dus op ons verzoek korten we de route in en rijden we terug naar de homestay. Onderweg wil ik even stoppen onder een boom in de schaduw voor wat water te pakken en dat is voor een huis. Gelijk komen er vrouwen naar buiten met een grote fles water. Ze praten wat en dan komt een van de vrouwen met voor mij en Akshay een beker met een soort van buffel yoghurt noemen ze het, maar het is meer een soort van ranzige karnemelk. Mijn god, ik krijg het haast niet naar binnen. Mijn gids kan er wel weg mee en krijgt nog een beker… Natuurlijk willen ze met mij op de foto. Ik wist niet dat ik zo lang was. Het is een bizar gezicht.
Na de lunch een welverdiende siësta en dan ga ik lekker alleen op pad. Ik loop het pad voor mijn huisje af naar de andere kant waar steeds schoolkinderen vandaan komen. De meisjes onveranderlijk met plooirok en dikke maillot of toch in ieder geval kniekousen want het is maar 38 graden. De lokale gids zweet ook amper, maar Akshay en ik zijn maar druk met het zweet uit onze ogen te vegen zodra we even stilstaan. De Tharu zijn kennelijk gewoon aan deze hitte en wat ook handig is hier: ze zijn op een of andere manier ongevoelig voor malaria!
Ik kom bij een dorpje waar ik onder een soort afdak op een bankje ga zitten met een koud biertje, niets leuker dan een uurtje observeren wat er allemaal gebeurt. Duurde even eer ik had uitgelegd dat ik het open wilde hebben en toen ging de mevrouw heel vriendelijk een glas voor me ontstoffen en afspoelen. Ik zat er heerlijk, afgezien van de tientallen vliegen die mij per sé gezelschap wilden houden. Een oude man komt op een stoel naast me zitten en doet niets anders dan me aanstaren. Nou ja, doe je best. Na een minuut of 10 staat hij op en zegt wat in het Nepali wat ik niet versta, maar dan houdt hij zijn arm naast die van mij en begrijp ik het: mijn witte huid.
Inmiddels is het achter me erg lekker gaan ruiken en de mevrouw is in haar minikeukentje chowmein (noedels) aan het maken, nou, daar heb ik ook wel trek in. Ze vind het erg leuk geloof ik en maakt het voor mij dan ook extra pittig. Ik ga weer terug richting homestay en maak het rondje maar niet al te lang meer want het rommelt in de verte. 5 minuten nadat ik terug ben begint het te regenen. Na 10 minuten giet het en een kwartier later hagelt het duiveneieren. Wat een kabaal!!!
Tegen half 7 wordt het droog en ga ik wat eten en zien mijn verslag te schrijven, is in het huisje niet handig en heel misschien dat het nu een beetje wil met de wifi…
Geschreven door Jacquelijne.opreis