Na een mooi verzorgd ontbijt vertrekken we terug richting Chiang Mai via een lokaal marktje naar Doi Inthanon. Zowat deze hele berg is weer een Nationaal Park en deel van “HET koninklijk project”. Ter ondersteuning van de lokale economie en om mensen van de opiumteelt en drugssmokkel af te houden. Eerlijk gezegd, als je nog nooit ergens bent geweest is het misschien best leuk. Ik vond het nogal tegenvallen. Het deed me een beetje denken aan Bolivia, waar we een week lang de Che Guavara route deden, eigenlijk is het allemaal niet veel, maar we melken het maar uit. Nou ja, dat is misschien wat kort door de bocht want er was wel overal een en ander aangelegd en met infoborden enz. Maar goed, ja, weet je. Ik had al gezegd tegen het reisbureau: Max 1 waterval. Man man, dan ben je ergens en dan hebben ze een watervalletje en dan is het alsof je dat nog nooit gezien hebt en dan moet je oh en ahh roepen. Ik doe dat niet meer of het moet echt bijzonder zijn. Uitzichtpunten waren vanwege de mist ook niets en dan kregen we ook nog DE canyon. Het is dat het met veel poeha werd aangekondigd en we moesten er dan nog met een soort van nature trail heenlopen, kennelijk om het effect te vergroten. Dat hielp niet echt. De hele canyon was 30 m hoog (leek het eigenlijk niet en 100 m breed), het was bijna lachwekkend.
Je hoeft nog niet eens naar de gorges in Frankrijk, gewoon in de Belgische Ardennen loop je langs zo’n stukje als dit gewoon zonder te kijken langs. Het zou het prima doen in Madurodam. Onze gids daarentegen vond het spectaculair, maar die heeft dan ook nog niet erg veel buiten Thailand gereisd. Er kwamen verder ook voornamelijk Thaise toeristen en dat snap ik dan wel (we moesten trouwens ook als buitenlanders nog even op een foto voor het verslag van het park. Dat dan weer wel).
Op het hoogste punt is een soort van stupa, die al mooi bemost is, met de as van een eerdere koning (Rama de vierde of vijfde eind 19e eeuw). Ook daar wordt nog steeds geofferd. Zijn dochter moest op haar 12e trouwen met de koning van Bangkok (die Rama was de koning van Chiang Mai, een soort onderkoning). Ze heeft zich voor het land opgeofferd, maar geen troonopvolger gekregen, wel een meisje dat na 3 jaar overleed. Er kwam niet nog een kind want waarschijnlijk was ze minder in trek voor het vervullen van de echtelijke daad dan een van zijn andere 168 vrouwen.
Dan waren en nog de twin pagodes, een aan de voormalige koning gewijd en een aan zijn gemalin. Als ze niet in de mist waren, wellicht nog bijzonder, maar ook dit vond ik niet mooi. En "prachtige tuinen" eromheen met overal dezelfde soort vlijtige liesjes. Wel in verschillende kleuren. Het enige leuke in die van de koningin was een mozaïek in een verder lelijk modern steriel gebeuren. Ik weet niet was het moest voorstellen, maar ik vond het wel een leuk stukje, waarin de een de ander achter elkaar zit, ik weet niet waar dat paste in het leven en doen van Boeddha. De enige lol die we hadden was dat Adrie omdat hij een man was WEL met korte broek naar binnen mocht en ik met dezelfde broeklengte NIET. Ik moest dus en wikkelrok om die gelukkig niet al te lelijk was, maar meer bedoeld voor de Thaise maat 36, en dus ging hij amper 5 cm over elkaar. Ik kreeg dan van de jonge militair die me dat ding aan liet doen het compliment dat ik er nu toch zeker 5 jaar jonger uitzag. Mijn dag weer goed natuurlijk.
Het plaatje in onze reisbeschrijving waarvan we dachten dat het dus bij die canyon van vandaag hoorde, blijkt ergens buiten Lampang te zijn en is een tempel. Maar daar moet je dan ongeveer een uur voor steil omhoog klimmen en we kwamen samen met Jeeda tot de conclusie dat dit eigenlijk alleen de moeite is als je boeddhist bent want dat is weer een van die dingen die je weer letterlijk een figuurlijk op een hoger plan brengen. Blij dat we geen boeddhisten zijn en we gaan onze vrije dag in Lampang mooi met beide benen op de grond doorbrengen.
Nou ja, nog even via een Karen dorpje die ook hun eigen geloof alweer hadden verkwanseld om Christen te worden in ruil voor een schooltje. Maar goed, mooi rijstveld erachter en we zagen ook een dragonfruit plant, bijzonder om te zien.
Nu waren we benieuwd naar het hotel, ik had de eerste dag een klacht gedaan over dat we alleen een koude douche hadden en de airco enorm lekte zodat je bijna onderuit ging op de spiegelgladde betonnen, gelakte vloer (moest kennelijk modern zijn) als je naar de wc ging en dat doe ik ook ’s nachts met volle overgave. Maar natuurlijk de 2e dag ook geen warm water en niets veranderd. Die kamer was ook heel erg donker en vochtig ( voor de kamer zwommen koikarpers en de douche was half open naar de kamer. Door al dat vocht en doordat de kamers natuurlijk ruim 2 jaar dicht waren stonk het naar schimmel. Kijk, bij een budgethotel moet je dan niet zeuren, doe ik dan ook echt niet, want dan kun je dat niet verwachten. Maar bij een luxe boutique hotel vind ik dat echt niet ok. Dus dat had ik gelijk aan de gids meegegeven. Regel maar wat beters. Ze had gelijk onderweg gebeld en ze gingen kijken voor een andere kamer, met niet -lekkende airco enz. Dankzij Jeeda hebben we nu een ruimere, lichte kamer, met glanzend gelakte mooi houten vloer en afgesloten douche. Een heel fijne kamer. EN we kregen een voucher voor een 3 gangen dinertje in het restaurant. Nou, dat was wel heel netjes opgelost.
Daarna snel nog even kijken of we nog een keer bij de massagesalon terecht konden hier een straatje verder. We moesten even 10 minuutjes wachten en dan konden we terecht. Het was wederom erg lekker en ontspannend.
Na het dinertje zijn we voor nog wat souvenirtjes naar de Night Bazar geweest. Dat was er nog niet van gekomen op een enkel dingetje na. Morgenochtend gaan we nog een tempeltochtje doen hier in Chiang Mai en om 1300 uur vertrekken we richting Lampang.
Geschreven door Jacquelijne.opreis