Doodlopende weg 😱

Griekenland, Municipal Unit of Lefktro

Vanmorgen word ik wakker en het voelt alsof er iets mist. Ik kijk door het raam en dan weet ik het ineens: de zon. De hemel is dicht bewolkt en het lijkt een beetje somber. De temperatuur valt nog mee, maar op de scooter is het toch gauw koud. Nou ja, we zien het wel.
We eten wat restjes brood en besluiten dan om een beetje in de buurt te blijven met de scooter. We gaan dit keer naar het noorden en stoppen bij het kleine haventje van Kardamili. Jan heeft gelezen dat daar schildpadden zitten. We slaan linksaf naar de haven en bij de splitsing stopt Jan, de rechter weg gaan naar beneden, naar de haven, en de linker weg gaat bovenlangs naar een soort parkeerstrook. Ik stap af en Jan wordt gelijk aangevallen door één van de drie eenden die de weg blokkeren. Hij manoeuvreert de scooter langzaam achteruit, maar de eend weet van geen ophouden. Ik begin tegen de eend te praten en nu rent hij vol gas op mij af. Hij pikt aan mijn broek aan aan mijn schoenen, dus ik geen hem een stukje oud brood. Hij kan het niet echt waarderen, maar hij stopt wel met pikken. Terwijl Jan de scooter parkeert loop ik langs de eenden naar de haven. Geen schildpad te zien, maar Jan oppert dat ze allemaal op vakantie zijn in Kefalonia om te paren en eieren te leggen. Nou dat zal best, want hier zijn ze zeker niet. We lopen een rondje door het haventje en stappen dan weer op de scooter.

Voordat we het centrum van Kardamili bereiken slaan we rechtsaf naar Petrovouni. We proberen hier twee kloosters te vinden: Zoodochos Pigi Faneromen en Karaveli Moni. We komen inderdaad bij een ruïne van iets dat een klooster geweest kan zijn. Wel vreemd dat er geen bordjes bij staan, maar we gaan ervan uit dat dit Zoodochos Pigi Faneromen is. In de verte zien we een andere kerk. ‘Is dat nou weer die Agia Sophia?’, vraagt Jan. Ik weet het niet zeker, maar het lijkt er wel sprekend op. Later blijkt dit Karaveli Moni te zijn, maar dat hebben we dus gemist. We rijden dus verder het dorpje in en stallen daar de scooter om lopend verder te gaan. Een klein rood katje komt naar me toe en miauwt klagelijk. Ik neem hem op mijn arm mee door het dorpje, terwijl hij luid ligt te spinnen. Wanneer we bijna terug zijn van ons rondje springt hij ineens uit mijn armen en dan zie ik hoe hij snel vooruit rent naar een rode kater. Papa is blij dat zijn kleine zoon weer terecht is en ik voel me een beetje schuldig. Om me te verontschuldigen haal ik papa ook even aan en ik zwaai nog een keer naar ze als ik weer op de scooter stap.

We zetten onze tocht voort richting Lakkos en de zon begint zowaar te schijnen. Er steken wat schapen over de weg die Jan weet te ontwijken, maar één van de twee honden blijft blaffend naast de scooter rennen. ‘Stop maar even’, zeg ik tegen Jan. Hij stopt en ik stap af. De hond schrikt zich naar en doet snel wat passen achteruit. Ik gooi wat stukje brood naar hem toe, maar hij wacht tot ik achteruit ga voordat hij ze opeet. Zo handig, dat oude brood.

We stoppen in Prastio voor een kop koffie. We zien niet zo één, twee, drie een koffietent, maar ineens zie ik wat oudere dames aan een tafeltje zitten mét een kartonnen bekertje koffie. Ha! Een koffietent! Er staan inderdaad nog twee tafeltjes, maar ik zie nergens iets dat op een taverne of kafenion lijkt. Net als ik het op wil geven komt er een serveerster om de hoek met een dienblad. Ze verdwijnt weer een straatje in en Jan en ik lopen om de hoek van een oud gebouw om te zien waar ze vandaan kwam. Om de hoek is een klein straatje mét een taverna en een stel tafeltjes en stoeltjes. De kerk stroomt net leeg en iedereen komt hierheen. Ik ga snel aan een leeg tafeltje zitten met Jan, terwijl er naarstig met stoelen gesleept wordt om iedereen een zitplaats te geven. Voor alle zekerheid loop ik even naar binnen om aan de serveerster te vragen of we hier mogen zitten. Ze reageert enthousiast en we moeten vooral plaats nemen. Ze loopt heen en weer met flessen water en manden met brood en kaas. Wij krijgen ook een fles water en een mandje en twee kartonnen bekertjes koffie. Een jongetje van een jaar of vier komt me zijn gigantische kiepauto laten zien. Hij kletst tegen me en ik vertel in het Grieks dat ik geen Grieks spreek. Hij vindt het niet erg, hij kletst gewoon door en gebaart wat hij van mij verwacht. Als ik opper dat hij met zijn graafauto wel grind kan oppakken en dat in de kiepauto kan gooien, heb ik een vriend. Hij lacht en begint druk te graven. Ik laat de grote auto achteruit rijden terwijl ik de geluidjes maak die daarbij horen: piep-piep-piep. Soms kijkt hij me even vreemd aan, maar ik nog steeds meespelen. De auto word leeggekiept en ik klap in mijn handen en roep: Bravo! Dat heb ik geleerd van die oma in het restaurant in Nomitsi. Nu wijst hij op de grote kiepauto en zegt iets van ‘mesa’. Ik weet dat een mesa een tafel is, dus ik til de auto op de tafel. Hij glundert en gooit weer grind in de bak van de auto. De serveerster komt langs en hij blijkt haar zoontje te zijn, ze zegt iets tegen hem over de auto op de tafel maar ik beken dat het mijn schuld is. Dan is het geen probleem meer en mag hij gewoon doorspelen. Als we weggaan vraag ik nog even in het Grieks hoe hij heet, ik kan het niet helemaal goed verstaan maar het klinkt als Kostas. ‘Dag Kostas! Tot ziens!

De bewolking is weer dichter geworden, maar de temperatuur is nog goed. We vinden om de eerste bocht nog een oude wasplaats, deze is veel groter dan de vorige. We rijden nog iets verder en Jan stopt bij een uitzichtpunt. Ik pak de wegenkaart uit de scooter en probeer uit te vissen waar we zijn. ‘Volgens mij gaan we niet helemaal de goede kant op.’ Jan kijkt op zijn telefoon en inderdaad, we zitten nu op een weg naar Kalamitsi, maar dat was niet de bedoeling. We moeten dus terug naar Prastio en daar een andere weg vinden. Dan kunnen we toch nog die wandeling doen naar het klooster Agios Georgios! Jan vindt dat hij daarnet al genoeg gewandeld heeft, maar hij wil wel een klein stukje lopen. We komen weer langs de taverne waar iedereen nog gezellig zit te kletsen en dit keer parkeren we de scooter wat verderop, net voorbij het dorp. Er is een mooi geplaveid pad naar een grot en vandaar naar het klooster. Overal waar je kijkt lijken restanten van gebouwen te staan, ook diepe gaten die op kelders lijken. Je moet hier niet in het donker gaan wandelen. Sommige restanten hebben een vreemd soort trapvormige muren, als een piramide. Er komt een schaapherder voorbij met een kudde schapen en daarna vinden we een soort kuil met televisies. Even tijd voor een selfie dus in ‘onze’ televisiekamer. We lopen door naar Agios Georgios. Het bestaat uit een ommuurde tuin met een kapel, die op slot is. Verder staan er in de tuin restanten van een gebouw met vier kamers. We kijken even rond en lopen dan terug naar de scooter om verder te rijden.

Via de juiste weg rijden we nu weer naar het zuiden. We passeren een oude brug en komen even later in Neochori, dat zoiets als ‘nieuwe stad’ betekent. We lopen hier even rond, maar het is een uitgestorven plek waar niks bijzonders te zien is. Dan rijden we maar door naar Pyrgos. Pyrgos is veel kleiner en heeft twee verdedigingstorens, nou ja de restanten ervan. Weer parkeren we scooter buiten het dorp en gaan op onderzoek uit. Het is een wirwar van kleine straatjes en steegjes, heel leuk, maar wel uitgestorven. We proberen allerlei straatjes, maar alles lijkt dood te lopen, het is net één groot doolhof waar maar één juiste weg is. Als we uiteindelijk toch weer de uitgang hebben gevonden, hebben we genoeg gereden. We gaan lekker naar huis via een klein binnendoor weggetje en maken daar zelf wel iets te eten. Bij de supermarkt halen we nog even eieren, spek, kaas en brood, dan hebben we morgen in ieder geval een fatsoenlijk ontbijt. Morgen is het namelijk 1 mei en dat is een nationale feestdag hier.

Met een heerlijke Griekse salade, tzatziki en een glaasje rosé gaan we even goed voor zitten. Vandaag is de F1 race en waar kunnen we die beter kijken dan op ons balkon 😊.

Vanavond zijn de vleermuizen er weer, ze vliegen af en aan met hun flapperende vleugeltjes. Nu worden ze opgeschrikt door vuurwerk, waarschijnlijk wordt het op het strand verderop afgestoken. Het is siervuurwerk, dus wel leuk om te zien.
We eten weer bij Pevko, waar we dit keer kiezen voor kip in filodeeg, pasta met zeevruchten en als voorgerecht cheesepie. De cheesepie is groot en machtig, dus die twee hoofdgerechten zijn wat veel. De kip is heerlijk! We eten alles op en gaan daarna voor de zeevruchten. Helaas hebben we door een misverstand rijst gekregen ipv pasta en de volgorde van de gerechten had andersom gemoeten. We laten de rijst inpakken, want weggooien is zonde.

P.S. Gisteren heb ik een boek gevonden van Harlan Coben: Geleende tijd. Lekker leesvoer voor een bewolkte namiddag.



Geschreven door

Geen reacties bij dit reisverslag

 

Over deze reis
Aantal reisverslagen:
GPS afstand deze dag:
GPS afstand totaal:
Aantal foto's:
Laatste verslag:
Reisduur:
Reisperiode:

Of schrijf je reisverhalen via de app

Met de Pindat App kun je offline reisverhalen schrijven en foto's toevoegen. Zodra je weer internet hebt kun je jouw verslagen uploaden. Ook via de app plaats je gratis onbeperkt foto's.



Klik op 1 van onderstaande knoppen om de app te installeren.