Vanmorgen heeft An Spaanse les en Jan en ik zijn nieuwsgierig naar het nieuwe park dat als een ‘groene slagader’ door Benidorm loopt. We nemen de bus naar het station en lopen automatisch via de linkerkant van de weg naar het station, maar dat is niet goed. Ze zijn bezig om een weg onder het spoor door te maken en we kunnen vanaf hier niet over het spoor komen. Jan weet misschien nog oplossing, maar we besluiten al snel dat we beter terug kunnen lopen en het dan via de rechterkant nog eens proberen. Dat lukt.
We lopen via een slingerweggetje dat afgezet is met hekken en komen bij een grote parkeerplaats. Aan het eind van de parkeerplaats gaan we op zoek naar het begin van het park, want er staat nergens een wegwijzer. Ineens zien we een speeltuin met twee informatieborden: ja, dat is het.
Het duurt even voor we erachter zijn waar we ons op de kaart bevinden, want de kaart staat een kwartslag gedraaid en de straten lopen dus net anders dan het lijkt. Het blijkt dat we behoorlijk zijn afgedwaald en dat we nu verplicht de groene route moeten lopen, die loopt langs deze kant van het spoor en steekt een eind verderop weer over naar de andere kant. Voor het gemak bestaat de bewegwijzering van de groene route uit rode bordjes met namen, afstand en tijd. Op het eerste bordje staat dat de route 1,73 km is en dat we er 28 minuten over lopen. Het volgende bordje, een paar meter verderop, geeft aan dat we nog 0,89 km moeten lopen en dat het 12 minuten duurt. We zijn even in de war, maar dan volgt er weer een bordje: 1,4 km en 18 minuten. Nu begrijpen we het: De bordjes zijn willekeurig neergezet, dus we hopen dat we op onze eindbestemming aankomen.
Het pad begint als een enorm breed pad dat door een stel buldozers gemaakt lijkt te zijn. Op de eerste honderd meter komen we al twee keer een politiebus tegen, dus ik begin me af te vragen of dit een goed idee was. Gelukkig is Jan bij me π. Een paar bordjes verder zou het kunnen dat we schuin rechts naar achteren een klein pad in moeten lopen. We twijfelen of dit de bedoeling is, maar even later komt er toch weer een bordje dus we zitten goed.
Bij het spoor stuurt de wegwijzer ons naar links en daarna zien we niets meer.
‘We moeten gewoon doorlopen totdat we het spoor kunnen oversteken’, zeg ik vol zelfvertrouwen. Dat zelfvertrouwen zwakt aardig af als blijkt dat er geen weg over het spoor is, maar wel een weg onder het spoor door: een paar meter onder ons. Het talud is zo steil dat we niet naar beneden kunnen lopen, dus dan maar weer terug tot het hoogteverschil minder is.
Wanneer we weer op het pad zijn aangekomen, ben ik er wel een beetje klaar mee. We slaan ergens rechtsaf richting de zee en hopen zo weer richting ons appartement te lopen. Even ergens doorsteken is hier niet mogelijk, door het hoogte verschil en de rondweg loop je je zo maar vast. Uiteindelijk lukt het toch en op het eerste terras dat we zien gaan we zitten voor een drankje. Eerst maar ‘efkens bijkomen best’.
We zijn ongeveer gelijk met An weer terug en we hebben allemaal wel zin om lekker beneden in het restaurant te lunchen. We bestellen paella en Jan en ik nemen er een alcoholvrij biertje bij. Ik neem een slok en vind dat het bier wel erg smaakvol voor alcoholvrij. Inderdaad: gewoon bier met alcohol dus. We vergeven het hem, want het is dezelfde kneus van gisteren. Toen ging er ook al het één en ander niet zo soepel. Ah, daar komt het eten: vier tosti’s! Tosti’s?? Nee, we hebben paella besteld…
Er volgt een kleine discussie, waarbij de ober zegt dat hij ons gevraagd heeft of we vier tosti’s wilden en wij daar bevestigend op antwoorden. Daar kunnen we ons niets van herinneren, dus laat die paella maar doorkomen. Een half uur later komt er een fantastische pan paella op tafel en ons humeur wordt al snel beter.
Geschreven door Hazenreizen