Iets na tien uur rijden we richting Milies voor een rondje ‘andere kant’, maar nu met stops in de plaatsen die we vorige keer hebben overgeslagen. Vanaf Milies rijden we naar Kalamaki, maar waar wij door willen rijden naar een ‘bezienswaardigheid’ is de weg ineens weg. Er staat een vrachtwagen en een buldozer en er wordt druk gegraven. Dan nemen we maar een ander weggetje en zo komen we langs een paar loslopende schapen en daarna bij een kerkje. We moeten weer terug naar de hoofdweg en nemen even later weer een afslag naar rechts, naar de kust. Het is een behoorlijk steile weg en we zien een grote roofvogel rondcirkelen boven ons. Aan het eind van de weg blijkt ook dit dood te lopen. Jan verdenkt de roofvogel ervan dat die het al wist en dat hij daarom een beetje bij ons in de buurt bleef. Voor het geval we zonder benzine zouden komen te staan en hier onze laatste uren zouden slijten. De weg zelf is heel mooi en loopt tussen allemaal olijfboomgaarden door. Bij veel boomgaarden zijn ze druk aan het werk met het plukken van de olijven.
We zitten weer op de doorgaande weg en zien in Xourichti een wegwijzer met de tekst: ΠΛΑΤΕΙΑ. Dat betekent ‘plein’ en aan het plein zitten altijd de cafeetjes. Op naar het plein dus. We hebben al een stukje gelopen als we beginnen te vermoeden dat we het plaatsje weer uit gaan. Ik vraag aan een mevrouw in het Grieks waar het plein is en ze wijst in de richitng waar we vandaan komen. ‘Pano, pano, pano’, roept ze terwijl ze een kruis slaat. Ik zeg tegen Jan dat we terug moeten lopen tot we een kerk tegenkomen (ik heb het gewoon even vrij vertaald π). Vlak bij de kerk is een benzinepomp waar ik het nog eens vraag en de jongen zegt dat het plein gesloten is. Dat kan wel zo zijn, maar dat had er toch wel een plein moeten zijn, nietwaar? Ze kunnen niet een heel plein weghalen en zolang in de kelder bewaren. We geven het op en gaan even bij het 17e eeuwse kerkje kijken, zodat we niet helemaal voor niets zijn uitgestapt π.
Ergens in Agia Paraskevi komen we bij een plein met wederom een grote plataan en een kerk, maar ook met een taverna die open is. We drinken bij Agnani even koffie en lopen een paadje in met een wegwijzer naar ‘Planadiada’ of zoiets. We weten niet wat het is, maar het is maar 250 meter, dus we kunnen het allicht proberen. Tot onze verrassing komen we bij een speelplek met schommels. Ik schommel twee keer en stap dan snel weer af, schommelen is niet meer zo leuk als vroeger, ik word er een beetje misselijk van.
Nu zetten we koers naar Damouchari, waar ook een deel van de Mamma Mia film is opgenomen. De scene waarin Meryl Streep haar twee gasten ontmoet die naar de bruiloft van haar dochter komen. Hier kunnen we lunchen, want er is een taverne open. We nemen de fava, salade en dolmades die ons aangeboden worden. We worden vergezeld door een kat met ‘vliegtuigoortjes’, die hij zo te zien heeft overgehouden aan een zwaar gevecht.
Na het eten zwerven we over de ‘kade’ en de rotsen, waar we vissen, een krabbetje en heel veel garnalen zien. Wanneer ik het krabbetje probeer te voeren, steelt een kat mijn brood. Wanneer ik me omdraai laat hij het gauw vallen, maar ik scheur het brood in stukken en voer hem wat. Hij zal best honger hebben, anders eet hij geen droog brood.
We rijden ook nog even naar het Papa Nero strand. Het is inderdaad een redelijk mooi strand, maar er zijn geen kleedhokjes of toiletten, toch liggen er nog best wat mensen te zonnen en te zwemmen.
Vanaf het Papa Nero strand rijden we naar Kissos, daar lopen we even rond en kijken we bij een leuk, oud kerkje. Kerkjes en kloosters zijn zo ongeveer de enige bezienswaardigheid hier, maar zoals je weet ben ik gek op oude stenen π.
We vervolgen de tocht door een prachtig herfstlandschap tot we bij de skipiste zijn. Ik heb nog wat brood achter de hand gehouden voor de hond en hij is er helemaal blij mee. Zijn waterbak gooi ik leeg en ik doe er vers water in, wat hij ook weet te waarderen. Even verderop zijn ze aan het werk op de skipiste, dus ik denk dat hij regelmatig iets te eten zal krijgen. Dat stelt me wel gerust π.
Het is inmiddels als laat, dus we rijden naar huis zodat ik aan mijn blog kan schrijven. We horen een hoop gestommel en even later komt een man ons terras op lopen. Het is de verwarmingsmonteur die de ketel komt nakijken. Regelmatig lig ik hier ’s middags in mijn blote kont even te zonnen, maar dit keer gelukkig niet π.
Om 19:00 uur breng ik de boeken, die ik heb geleend, terug. De boeken van Milao zijn prettig leesbaar en de hoofdstukken zijn duidelijk op een thema geënt en bruikbaar. In het eerste hoofdstuk leer je bijvoorbeeld om te vragen hoe het met iemand gaat, maar in tegenstelling toen mijn andere boeken is niet het enige antwoord: goed. Je leert hier gelijk alle andere mogelijkheden. Ook zie ik hier geen domme dialogen van een stel pubers in de trein die vinden dat hun vriendin dik en lelijk is. Met dit boek vindt Jan het misschien ook wel leuk om Grieks te leren. Het andere boek is een grammaticaboek. Ik was sceptisch, maar het is een heel mooi boek waarin heel duidelijk wordt uitgelegd hoe de grammatica werkt. Het is helaas wel een dik boek, maar de index is ook duidelijk en je kunt makkelijk terug vinden wat je zoekt. In het grammaticaboek zitten ook bijlagen, waaronder een woordenlijst van de 3000 meest gebruikte woorden voor beginners π. Als ik nog even met het echtpaar sta te praten, komt Aris erbij en zegt iets in het Grieks tegen de man. Ik begrijp het, maar de man zegt: ‘Hij wil blijkbaar dat ik je iets verkoop. Wij hebben rijst met spinazie, dille en citroensap gegeten en hij wil dat jullie dat ook bestellen.’ Jan en ik zijn direct enthousiast, dat willen we wel eens eten.
Op de boulevard lopen we even heen en weer, want nu het donker is ziet alles er zo gezellig uit met die lichtjes. Voor eten is het nog een beetje vroeg, maar na een half uurtje gaan we toch maar aan tafel. Aris komt bij ons aan tafel staan en kijkt als een hond die weet dat hij iets lekkers krijgt. ‘Ja’, zeg ik ‘de rijst met spinazie.’ Hij is helemaal blij en zegt nog eens hoe lekker dat is. Jan vraagt naar de mixed grill voor twee personen en Aris zegt dat we het gerecht voor één persoon kunnen bestellen. Hij weet inmiddels wel dat we niet zulke grote eters zijn. Op het terras loopt een kleine kitten hartverscheurend te mauwen, omdat hij zijn mama kwijt is (of om iets anders π). Even later komt Blondie ook nog even langs, maar het broodje dat ze van ons krijgt, legt ze gauw weer op de grond. Het is echt geen vegetariër. Gisteren voerde Jan hem ook brood dat gedoopt was in het vocht van de Biftekki. Dat at hij telkens snel op. Toen het vocht op was en Jan een broodje doopte in het vocht van de Briam en het aan hem gaf, pakte hij het net zo snel aan en tufte het gelijk weer uit. Briam is een vegetarisch gerecht met aubergine, aardappels, uien en natuurlijk knoflook.
De rijst en het vlees smaakte goed en we gaan zeker thuis nog eens proberen om de rijst te maken.
Geschreven door Hazenreizen