Vanmorgen zijn we weer om 08:40 wakker. We pakken onze spullen in, ruimen de boel op en dan gaan we voor de laatste keer de zes trappen af.
Onderweg nemen we een Frans ontbijt bij Oldtown, dat bestaat uit een croissant, jus d’oranje, een stokbroodje met boter en jam en natuurlijk koffie. Amber draagt haar Alou University jack en heeft gelijk aanspraak aan een oudere Koreaanse man, die van alles wil weten. Van schrik weet ze geen een woord Koreaans meer, dat schiet haar later pas weer te binnen als we al de bocht om zijn.
Église Saint-Paul-Saint-Louis
Na het ontbijt staat een bezoekje aan de kerstmarkt bij des Halles op de planning. Het is een kleine markt met leuke houten stalletjes en een prachtige kerstboom.
Daarna lopen we door naar de Église st. Paul, een prachtige kerk die zeker een bezoekje waard is.
De Église Saint-Paul-Saint-Louis is een rooms-katholieke kerk in de Franse hoofdstad Parijs, gesitueerd aan de rue Saint-Paul in de wijk Le Marais in het 4e arrondissement. Het gebouw werd tussen 1627 en 1641 gebouwd door de jezuïtische architecten Étienne Martellange en François Derand, op bevel van koning Lodewijk XIII. De kerk grenst aan het - eveneens door jezuïeten gebouwde - Lycée Charlemagne.
De eerste kerk die op deze locatie gebouwd werd droeg de naam van Paulus de Heremiet, een kennis van Antonius van Egypte. De kerk hoorde bij het Eligiusklooster, opgericht door de heilige Eligius en Dagobert I. Dit klooster stond op de plaats waar nu het Parijse Paleis van Justitie staat. Vanaf daar begaf men zich per bootje naar de begraafplaats van de gemeenschap, waar de monniken werden begraven. Deze begraafplaats is in de loop der tijd in de vergetelheid geraakt en bestaat nu niet meer.
Bagageloos ... of toch niet?
We dwalen een beetje rond bij het Centre Pompidou, omdat ze daar gisteren bezig waren met het opzetten van heel veel kerstbomen, maar we kunnen de locatie niet meer terug vinden. Dan toch maar weer richting station aanhouden, want we willen niet te ver afdwalen.
Halverwege stappen we op de bus, want dat lopen met een tas en een koffer begint zijn tol te eisen en we hebben besloten de bagage eerst op het station in een locker op te bergen. We worden afgezet bij de halte Gare de Nord, maar als we uitstappen voelen we ons wat verloren. We zien nergens een station en de buurt ziet er niet zo uitnodigend uit. We lopen iets terug en ineens zie ik in een zijstraat iets bekends: een soort scheef gezakt gebouwtje. Daar is het station, ik weet het zeker! Dat rare gebouwtje viel me op toen we het stationsgebouw uitliepen. Wel een raar idee dat je geen notie hebt van een station terwijl je er bijna bovenop zit.
Het is nog een hele speurtocht voordat we de lockers hebben gevonden, maar uiteindelijk zijn we er. We moeten door een poortje en alle bagage moet op een lopende band, net als op het vliegveld. Ik moet ook mijn telefoon en fototoestel in een aparte bak doen, maar dan zijn we toch echt bij de lockers aangekomen. We worstelen even met de gebruiksaanwijzing, maar ook dat komt goed. Nu alleen nog het geld inwerpen ... eh ... juist ja ... geld. Na wat zoeken kom ik aan € 3,65, maar ik heb nog een euro nodig. Ik loop terug naar de poortjes waar een wisselautomaat staat. De machine neemt alleen briefjes van €5, €10 of €20 maar ik heb alleen €50. We gaan ervan uit dat het niet de bedoeling is dat we onze bagage hier achter laten en nemen alles weer vrolijk mee naar boven.
Basilique De Sacre Coeur
Met bagage gaan we naar de Sacre Cœur, die vlakbij is. Qua afstand klopt dat wel, maar we moeten eerst even 600 treden op (misschien is dit overdreven, maar het voelt wel zo met zo’n trolley aan je arm).
De Sacré-Coeur is een prachtige witte basiliek in Parijs. De basiliek bevindt zich op de top van de heuvel van Montmartre en is van verre al te zien. Het uitzicht vanaf Sacré-Coeur is spectaculair, op de Eiffeltoren na is dit het hoogste uitkijkpunt van Parijs.
Aan de voet van de heuvel treft u een trap naar Sacré-Coeur, dit is een behoorlijke klim van meer dan 200 treden.
Tussen 1875 en 1914 is Sacré-Coeur gebouwd ter nagedachtenis aan de vele slachtoffers van de Frans Duitse oorlog van 1870. De ontwerper van de basiliek is Paul Abadie. De bouw van Sacré-Coeur verliep moeizaam, vooral het aanleggen van de fundering en het plaatsen van de 19 ton wegende klok (bel) bleken flinke uitdagingen.
Voor de bouw van Sacré-Coeur is travertijn gebruikt, dit is een Franse kalksteen die bij regen een wit kalklaagje aanmaakt. Deze steensoort zorgt voor de kenmerkende witte kleur van de basiliek.
Het interieur van Sacré-Coeur is rijkelijk versierd, u treft er prachtige schilderijen en beeldhouwwerken. Boven het altaar ziet u de bezienswaardigheid van de basiliek, een indrukwekkend grote mozaïek van Christus met gespreide armen (Christus in majesteit.)
De Sacre Coeur is een prachtig gebouw, maar mijn koffertje mag niet mee naar binnen en ik mag hem ook niet achter laten bij de security. Amber gaat dus alleen een kijkje nemen en ik voer buiten op de trap de duiven die als dank over mijn voeten lopen, op mijn koffertje gaan zitten en vriendelijk koeren.
Montmartre
Samen met Amber loop ik via de Jardin Jean Michel (of zoiets) naar het Montmartre. Een schattig stukje Parijs waar een man en een vrouw midden op straat de mooiste operastukken uit hun mouw schudden. Ze laten zich zelfs niet van de wijs brengen door een langs rijdende vrachtwagen, die hen tijdelijk van elkaar scheidt.
Oorspronkelijk was Montmartre een dorpje buiten Parijs, maar met de gebiedsuitbreiding van Parijs in 1860 is Montmartre als wijk toegevoegd aan de stad. Het leuke aan de wijk is dat ze haar dorpse karakter heeft weten te behouden. Als u door Montmartre loopt, komt u allerlei leuke smalle straatjes, kleine pleintjes, witgekalkte huisjes en ouderwetse straatverlichting tegen.
Montmartre staat bekend als de kunstenaarswijk van Parijs. Dit komt omdat grote namen als Dali, Picasso en Van Gogh in de wijk hebben gewoond. In de wijk wonen nog steeds veel kunstenaars. Een gedeelte van hen ziet u aan het werk op het Place du Terre (het plein voor de Sacré-Coeur). Op dit plein verkopen de kunstenaars hun werk en bieden ze u de mogelijkheid om een portret van uzelf of uw gezin te laten maken.
We gaan op een terrasje zitten bij Au Clairon de Chasseurs, voor de lunch. Na diverse kunstenaars te hebben gezegd dat we niet vereeuwigd willen worden, beginnen er toch twee aan ons. Amber en ik eten gewoon door en laten de mannen lekker fröbelen. Aan het eind laten ze hun kunstwerken zien met de bedoeling dat we met een financiële tegenprestatie komen. Helaas ... we zijn Nederlanders. We vinden het niet mooi, we hebben er niet om gevraagd, dus ze mogen er zelf van genieten.
We dwalen lekker verder en nemen nog een kop koffie bij de bakker plus iets lekkers voor straks in de trein. Helaas zitten we nu niet in de eerste klas, maar het is wel heel erg lekker om even gewoon te zitten.
Geschreven door Hazenreizen