De zon schijnt, het is 31 graden en windstil, tijd dus voor iets te water. We lopen langs het strand richting Afisos. Jan in zijn korte broek, shirt, sokken en wandelschoenen en ik in mijn bikini, een groot shirt en saunaslippers. Steeds als Jan de hindernisbaan moet nemen, neem ik de weg door het water. Als het erg lastig wordt, trekt Jan toch zijn sokken en schoenen uit en verwisselt die voor zijn saunaslippers. Na een paar meter door het water, laat de bovenkant van zijn slippers los van de zool. Ik wist niet dat je het woord saunaslippers zo nauw moest nemen. Wel geschikt voor de sauna, maar niet voor het strand? Dan maar weer over op de sokken en de wandelschoenen. Dat geeft mij mooi de gelegenheid om een dolfijntje te imiteren en even af te koelen.
In Koropi houden we het voor gezien. We slaan af naar de hoofdweg en nemen daar plaats op het terras tegenover de bushalte. Een briefje op de deur geeft aan dat het kafenion om twaalf uur open gaat, het is nu tien minuten over elf. We nemen een slok van ons water smeren onze insectenbeten even in en dan komt de eigenaar al het terras op. Koffie? Ja hoor, geen probleem. Ze hebben alleen Griekse koffie en ook nog voor de hoofdprijs blijkt bij het afrekenen, maar daar is niks aan te doen.
We lopen langs de asfaltweg richting de supermarkt waar we linksaf door een olijfboomgaard kunnen wandelen. Bij de bakker dringt een heerlijke zoete geur in onze neusgaten en we besluiten eerst nog even iets lekkers te eten voor we verder gaan.
Het pad door de olijfboomgaard loopt prima en de bordjes geven duidelijk de juiste richting aan. Vlak voor Kala Nera komen we weer bij het strand en als we langs het strand lopen zegt Jan: zijn dat dolfijntjes? Ik kijk naar een muurschildering aan de rechterkant en zeg: ja. Het is een tafereel met een vuurtoren en een zee met twee dolfijntjes. Als ik naar Jan kijk, zie ik dat hij niet naar rechts kijkt, maar naar links, naar de zee. Op dat moment beginnen de strandgasten ook te roepen: delfini, delfini! Ja hoor, een heel stel dolfijnen springt door het water. Eerst dichtbij en dan steeds iets verder weg. Natuurlijk heb ik dit keer geen fototoestel bij me en Jan krijgt ze met zijn telefoon ook niet echt goed in beeld. Ze zijn zo beweeglijk en snel. Je zult ons dus op ons woord moeten geloven.
In het dorp kopen we tomaat, komkommer en een blik tonijn voor een heerlijke lunch.
Voor het avondeten lopen we door een smalle straat richting de boulevard. Aan beide kanten bevindt zich een stoepje van krap een meter breed en daarna beginnen direct de appartementen, zonder tuintje dus. De appartementen op de begane grond hebben geen echt balkon, maar een soort klein bordesje wat er alleen toe dient dat je niet naar beneden valt als je de openslaande deuren open doet. Het bevindt zich ongeveer een meter boven de stoep. De meeste appartementen hebben nu de luiken iets opengevouwen, de deuren op een kier en in de deuropening zit iemand op een stoel. Ik kan er niets aan doen, maar dit doet me echt denken aan de rosse buurt in Amsterdam. De mensen die hier achter het raam zitten dragen weliswaar geen lingerie, maar een bloemetjesjurk die is opgetrokken tot boven de knie of een wijde korte broek met een toddig hemd, maar toch ... Vooral wanneer het donker is geworden en de lampen achter hen aan gaan.
Geschreven door Hazenreizen