De camping in Larache wordt niet alleen overdag, maar ook in de nacht goed bewaakt. Vlakbij de camper konden we de bewaker door verlichting op het terrein tijdens de nachtelijke uren dik ingepakt zien zitten.
Na het ontbijt maakten we gebruik van de enige herendouche, want bij de dames werkte de geiser voor warm water niet. Maar ook de herendouche bleek zeer matig door weinig en lauw water in een kille ruimte.
Met de fiets reden we naar het centrum, eerst over de ‘stoep’ en daarna over de weg, die meer op een snelweg leek. Bij rotondes was het goed opletten, want alles scheurde van alle kanten zo door. Toch bleek dat op het laatste moment iedereen wel stopte, want ook een rolstoeler schoof gewoon rustig en langzaam over de weg naar de overkant.
Langs een groot slecht onderhouden kerkhof en de Leeuwentuin kwamen we op Plaza España in Arabisch Andalusische stijl dat het centrum is van het koloniale Larache met onder de bogen veel terrasjes. Het noorden van Marokko viel van 1912 tot 1956 onder Spaans bewind en de rest onder Frankrijk. Vandaar veel Spaanse invloeden!
Nadat we de fietsen aan een paal hadden vastgezet, liepen we door een van de ingangen, de Bab el Medina-poort, naar Medina of Souk. Op een langgerekt binnenplein met aan weerszijden boven de poortjes mooie muurschilderingen waren weinig zaakjes geopend en moest alles nog op gang komen. Lopend door een van de smalle zijstraatjes had Jan enkele kappers gezien en besloot bij degene waar niemand in de stoel zat zich te laten fatsoeneren. De aardige kapper met familie in Rotterdam en Amsterdam sprak redelijk Frans en hij maakte aan alle kanten Jan z’n hoofd netjes met grote en kleine tondeuse, schaar, scheerkwast en mes en als laatste een geurtje erover. Klanten die aankwamen, bleven buiten wachten. Na afloop moest Jan 30 dirham (3 euro) afrekenen, maar Jan beloonde hem met 50 dh voor het mooie resultaat. Op het binnenplein waren inmiddels meer winkeltjes open en Jan kocht daar een dun zomerjack. Aan de andere kant van Plaza España of Plaza de la Liberación dronken we op een zonnig terras met alleen mannen café au lait en zoete mint thee.
Achterlangs het Fort fietsten we naar de Atlantische Oceaankant en konden niet veel verder. Terug over boulevard langs het verwaarloosde Spaans/Portugese Fort Kebibat richting de haven. Daar fietsten we eerst omhoog om vanaf Jardin de Lion een mooi uitzicht te hebben op de haven in de riviermonding en aan de overkant de plek waar we eergister waren.
Ondertussen hadden we wel trek om ‘iets’ te gaan eten en zakten neer bij een druk terras langs de straat tegenover de vissershaven. Jan bestelde een gemêleerde visschotel met patat en salade. De vis kwam echter pas nadat we eerst allebei tomatensoep en Harira (bonensoep), broodjes en grote schaal patat met salade hadden gekregen. Het was voor ons zeer overdadig en de ober pakte de overgebleven vis en broodjes in en gaf zelfs het water mee! De aimabele ober zorgde er ook voor dat een oud hulpbehoevend vrouwtje een goed gevulde tas in handen kreeg gestopt of een huilend kind met een soepje en wat keuvelpraat aan het lachen kreeg! Nadat we 165 dirham (zestien euro vijftig) afrekenden, riep hij ons na of we nog eens terugkwamen! Wij waren de enige toeristen op het terras, zoals bijna overal in Larache!
Terug op de camping zat Ria nog fijn een poosje in de zon te doezelen, terwijl Jan alvast de foto’s uitzocht. Ons avondmaal met de meegenomen vissen en broodjes was opnieuw veel en vooral heel erg lekker
Geschreven door LaikaRiaJan