De nacht op het parkeerterrein van de Ikea was redelijk rustig; wel hoorde je regelmatig in de verte het opstijgen van vliegtuigen vanaf luchthaven Catania Fontanarossa. Gisteravond was er nog een camper met Zwitsers kenteken bij gekomen.
Jan sprak vanmorgen de jonge mensen die naast ons stonden met hun vrachtwagen camper; zij waren pas een week in het bezit ervan en hadden een andere zachtere matras bij de Ikea gekocht. Zij wilden vandaag verder rijden.
Na het ontbijt stapten wij op de fiets om via de zeekant naar Catania te gaan. Op het eerste stuk stonk het vreselijk, waarschijnlijk van de gedumpte en opengereten afvalzakken. Na het stinkende industriegebied kwamen we op de SP53var, die pas geasfalteerd was (zonder lijnen) en met weinig verkeer. Het verkeer wat echter langs reed, scheurde als op een autobaan. Verder reed het alleen prettig door het gladde wegdek, maar kon je het nauwelijks een kustweg noemen vanwege de gesloten paviljoen bebouwing. De zee en strand waren niet te zien op deze lange rechte weg!
In de buurt van de havens stonden oude leuk beschilderde silo’s van wel twintig meter hoog en lag een Grimaldi schip aangemeerd. We fietsten het oude centrum in en kwamen meteen in een vrolijk straatje, waar allemaal paraplu’s in verschillende kleuren hingen. Op het Piazza dell Università met aan weerszijden twee prachtige gebouwen stonden veel jongelui in groepen bij elkaar. Ook een kunstwerk van een gekleurde olifant: de olifant is het symbool van deze stad.
We fietsen rustig door grote winkelstraat Via Etnea waar we de verjaarcadeautjes voor Puck en Tristan konden kopen en gingen verder naar Piazza Stesicoro met het Monument van Vincenzo Bellini, een Italiaanse componist van opera’s. Hier snoerden we onze fietsen vast aan een lantaarnpaal om een gezellige drukke markt op te lopen met veel kleding-, vis-, groente- en fruitkramen, waar verkopers luid hun waren aanprezen. Weer terug op het plein bij de McDonalds een koffie en een frisje gedronken met een stukje cheesecake.
We fietsten terug naar het Piazza Duomo met helaas een gesloten Dom en liepen een rondje langs de fontein boven een kanaal en kwamen via een plein met een half overdekte vismarkt met grote zwaardvis ook langs kramen met vlees en kaas. Opnieuw was er een paraplu straatje.
Terug op het Domplein stond de, na een aardbeving in 1693 bij toeval teruggevonden olifant uit lavasteen uit de Romeinse tijd, trots boven op een fontein. De olifant staat ook afgebeeld op de kleden, die uit de vensters hangen en de A is waarschijnlijk van Agatha de patroonheilige van de stad, maar kan ook van Athena of Aragona zijn. Vanwege het feest van Agatha in de eerste week van januari hingen de doeken er nog, met als hoogtepunt een festival van 3 t/m 6 februari. Misschien dat we het grote Agatha-festival dan wel gaan bezoeken. Het zou een mooi einde kunnen zijn van onze reis door Sicilië. Op de trappen rondom de fontein kon je heerlijk in het zonnetje zitten.
Het was nog te vroeg voor de lunch en we fietsten langs de douane en politie het havengebied in tot op het einde van een pier waar twee schepen van de kustwacht lagen aangemeerd. Verder was het een prachtige stek voor veel vissers. En kon Jan vandaar een foto van de stad maken.
We kregen trek en naast de fontein boven het kanaal zat een leuk restaurantje waar we samen een grote Dorado-achtige vis bestelden met salade, frites, water en wijn. Ondertussen werd daar een man door z’n vrouw of vriendin onder handen genomen en werden zijn wenkbrauwen onder handen genomen. Mooi dat dit op zo’n druk plein gebeurd!
Voldaan fietsten we weer over dezelfde weg twaalf kilometer terug naar de Ikea, waar onze buren met de vrachtwagen camper er toch nog waren. Vandaag hadden ze allerlei klussen gedaan met Ikea producten.
Morgen gaan we, net als onze buren, weer een stukje verder!
Geschreven door LaikaRiaJan