Het was deze morgen lichtelijk bewolkt en niet meer helder blauw door witte vlagen in de lucht en daardoor meteen een minder hoge temperatuur. We hadden gister besloten om een stukje terug te rijden naar Mirleft i.p.v. binnendoor naar de N1, omdat we niet wisten in welke staat de route was. Langs de kustweg stond een groep schapen op de heuvel bijeen gedreven in een omheining, een geitenhoeder dreef z’n kudde verder en een vrouw liep met brandhout achter de vangrail.
Halverwege Mirleft kwamen we opnieuw langs de vrolijk beschilderde schoolmuur bij Id Bendaoud. Scholen in Marokko herken je meteen aan kleurrijke gevels of omheiningen. Aan de rand van Mirleft was een moskee in aanbouw en we kwamen nogmaals langs onze strandbaai.
Na de stad namen we de afslag ‘Tiznit par Sahel’ en reden weg van de oceaan naar de heuvels en bergen het binnenland in met de kleuren rood en bruin en huizen in dezelfde kleuren.
We kwamen bij Tiznit, waar de afgelopen jaren ook vreselijk veel nieuw gebouwd was, zoals rondom het al bestaande gerechtsgebouw. Langs de stadsmuren stonden campers geparkeerd, maar onbekend of je er mocht overnachten. De campings zijn overvol en Ruud en Annemarie moesten ook uitwijken naar de niet al te beste camping Riad Assllaf buiten het centrum, die wij ook ooit bezochten.
We reden over de R104, die merendeel in orde was en kwamen langs verschillende oase-achtige gebieden met palmbomen waar het mooi groen was, al zagen we dat het door de aanhoudende droogte bij sommigen wel minder groen werd. En wat we in Marokko al eerder ontdekten, dat er van de grootbladige cactussen overal niets meer over was dan een hoop grijze rommel. Het was opnieuw een fantastische route waar we slingerend behoorlijk hoog de Anti Atlas inreden met prachtige vergezichten.
De laatste veertig kilometer keken we uit naar een waterpunt om onze tank vol te maken en zonder problemen lagen er meerdere langs de weg. Bij de eerste kraan waar we stopten, kwam er geen water uit, maar bij de volgende kon Jan met twee gieters de tank volmaken. Wel eerst z’n jack aantrekken, want er stond een koude wind.
Al was het koud op enige hoogte, toch stonden de eerste amandelbomen alweer in bloei; eind februari zal hier het amandelfestival plaatsvinden, waar wij helaas niet meer bij kunnen zijn!
Ria zocht via WhatsApp contact met Ruud en Annemarie die inmiddels in het Tafraoute op de vrije camperplaats in de Ammeln vallei stonden. Ruud waarschuwde dat de laatste vier kilometer vreselijk slecht begaanbaar was en stuurde een filmpje, dat Annemarie had gemaakt. Het bleek dat er nauwelijks nog een weg was, maar aangekomen op onze bestemming maakte de plek weer alles goed.
De prachtige locatie omringd door oranje bergen in allerlei vormen en formaten waar je voor 15 dirham (een euro vijftig) mag staan.
Jan schoof de camper naast die van Ruud en Annemarie en we hoorden het verhaal over hun Marokkaanse kennissen waarmee ze in Tiznit hadden afgesproken en ook thuis waren geweest. En ons verhaal hadden ze gelezen.
Het was nog helemaal niet zo druk, omdat het hele dal om vrij te staan een poos was afgesloten, omdat men bang was voor een eventuele aanslag i.v.m. de pro Israëlitische houding van Marokko. Vreemd genoeg waren de campings wel open gebleven!
Tafraoute is een dorp met nog geen vijfduizend inwoners. De vijf campings en de camperplaatsen in het dal zijn een belangrijke bron van inkomsten voor de bewoners van Tafraoute. We zijn vanmiddag om half vier hier aangekomen maar er zijn al heel veel verkopers aan de deur van de camper geweest. De bakker brengt morgenvroeg om tien uur twee barquettes en een zak kokosmakronen. Morgenmiddag brengt een mooie Marokkaanse dame “berber-pizza’s” die we samen met Ruud en Annemarie gaan eten. Het wordt dus weer een mooie dag morgen.
Geschreven door LaikaRiaJan