Gisteren op de terugweg zag Paul tussen de rotsen een baai met een strandje. Misschien kunnen we daar snorkelen. Het lukt mij niet om te ademen met een snorkel in mijn mond, daarom kreeg ik vorig jaar een snorkelmasker voor mijn verjaardag.
We fietsen vanmorgen dus een kilometer of 2 weer in westelijke richting. Via een zandduin komen we op het strandje. Voor de terugweg hangt er een lang dik touw.
Het lukt om te kijken onder water, alleen is er weinig te zien. Het water is niet helder, ook bij de rotsen niet. Paul ziet 2 kleine visjes en ik zie een mossel liggen.
Voor onze dashcam hebben we een waterdichte behuizing, die neemt Paul mee het water in. Hij is alleen vergeten dat als je dan weer boven water een foto maakt er waterdruppels op kunnen zitten.
’s Middags werk ik Pindat bij tot gisteren en we koelen nog weer even af in de zee bij de camping. Dan is er ook nog de zaterdagkrant.
Het journaal (en Europees weerbericht) hebben we al een week niet gezien. Geen bereik vanwege bomen voor de schotel. Wat het weer in Italië betreft is er weinig verandering: heet, dik boven de 30˚ overdag en ’s nachts koelt het af tot 26˚.
Geschreven door Arendien-en-Paul