Gisteren reden we naar Lagos. We staan op de camping net buiten de oude stad. Als ik na de lunch de was uit het tonnetje heb uitgespoeld en opgehangen, gaat Paul even de omgeving verkennen.
Op een paar honderd meter van de camping is Praia de Dona Ana, dat wel het mooiste strand van Lagos wordt genoemd.
In de namiddag zwerven we samen wat door de straatjes. In het centrum zijn verschillende motieven in de wegen gestraat. Zelfs de putdeksels doen erin mee.
Na het achtuurjournaal, dat BVN om iets na zevenen Portugese tijd uitzendt, gaan we uit eten. Voor het eerst deze reis, dat we ’s avonds buiten kunnen eten.
Vanmorgen lopen we weer de stad in. We willen de binnenkant van de Santo António zien. Deze
18e-eeuwse kerk is een van de mooiste van de Algarve. Het onderste deel van de muren is bekleed met tegels. De rest van de muren is bekleed met zeer gedetailleerd gesneden hout, dat daarna is verguld of beschilderd. Tussen het houtsnijwerk schilderingen van wonderen, verricht door Santo António.
De kerk werd gebouwd door de broederschap van het infanterieregiment van Lagos. St. Antonius was beschermheilige van dit regiment. Het beeld van hem dat nu boven het altaar staat, werd ook meegenomen bij militaire acties.
De kerk was alleen toegankelijk als onderdeel van het regionale museum. We kochten dus maar een toegangskaartje.
Tegen enen wandelden we over de loopbrug naar de vissershaven, waar we hadden afgesproken om in een visrestaurantje te gaan lunchen met Hans en Annemarieke.
Na de lunch wandelen we door de stad terug naar de camping.
Geschreven door Arendien-en-Paul