Vandaag fietsten we naar de Oderstausee. Ik was heel verbaasd dat de Oder hier door het dorp en de omgeving stroomt. Duitsland heeft 2 rivieren die Oder heten. Die van hier ontspringt in de Harz en waar die precies blijft, heb ik niet zo gauw kunnen ontdekken. De andere ontspringt in Polen (heet daar Odra), komt uit in de Neisse en vormt dan de Oder-Neisse grens tussen Polen en Duitsland. Die Oder kenden we.
Noordoostelijk van Bad Lauterberg ligt een stuw (met waterkrachtcentrale) en daarachter dus een stuwmeer. Op de kaart ging er een weg rond het meer, dus dat was ons doel. Helaas een deel van die weg bestond uit los grind, of eigenlijk kleine en wat grotere scherpe steentjes en het midden was flink hoger dan de zijkanten. Prima te rijden met een mountainbike of ATB, maar niet met onze fietsen. We gingen dus terug en langs de andere kant (normale verkeersweg) naar het eind van het meer. Daarna dezelfde weg terug. De weg naar het meer ging bijna helemaal door de bebouwde kom van een paar dorpen. Geen echt mooie route dus.
Na het eten vanavond gingen we op zoek naar de Steinkirche en Steinbergen. Aan de overkant van de weg via een klein pad steil omhoog het bos in. Verder naar boven wordt het pad breder, maar eerst lopen we tot boven ons middel door frambozenstruiken en ander groen. Tekencontrole dus vanavond.
Bij de Steinbergen een monument voor ene meneer Jahn (1778-1852), de oervader van het turnen. De turnbeweging was toen (begin 19e eeuw) een politieke beweging, waarin naast het sterken en weerbaar maken van het lichaam, tegelijkertijd conservatief nationalistische ideeën werden overgedragen.
De vlakte boven de stenen doet op het eerste gezicht denken aan een weiland waarin het gras is verdord. Op het tweede gezicht groeien er tussen het gras allerlei bloemen en zitten er zelfs op de graszaden nog insecten: vlinders, hommels en bijen.
Iets verderop een paadje naar de Steinkirche, een natuurlijke grot, die 1000 jaar geleden als vroeg-christelijke kerk werd gebruikt. Zaken als altaar, kansel en wijwatervat zijn nog te herkennen. Er zijn aanwijzingen gevonden dat de kerk ooit met een houten deur kon worden afgesloten. In de ruimte voor de grot zijn graven gevonden uit de 9e tot 15e eeuw.
Achterin de grot een spleet, waardoor wij naar buiten konden kijken, dwz naar een stukje lucht en wat groen om de opening, want de grot is zo’n 6 m hoog.
Deze wandeling van anderhalf uur maakte het tegenvallen van de fietstocht vandaag goed.
Geschreven door Arendien-en-Paul