Vrijdag was een regendag, waarop we dus het grootste deel van de dag in de camper bleven.
Zaterdag reden we naar Polle. Langs het pad rond de Burchtruïne verwijzingen naar Assepoester, het sprookje dat dit stadje heeft geadopteerd om deel te kunnen uitmaken van de Deutsche Märchenstrasse. Paul wil het muiltje passen, maar het staat vol water, dus toch maar niet.
In de Burchtruïne is in de zomer iedere derde zondag van de maand een vertelvoorstelling over dit sprookje. Helaas vanwege corona al voor het tweede jaar op rij niet.
Na een rondje door de burcht (gebouwd rond 1200) en het stadje, lunchen we aan de Weser met zicht op de veerpont.
Daarna rijden we door naar een CP bij Lauenförde. We kijken uit op het haventje, waar regelmatig bootjes uit het water worden gehaald of erin gaan. Het gaat nergens mis. Langs de ingang van het haventje zien we het water van de Weser snel voorbij stromen.
Vandaag reden we langs de hoge zijde van de Weser stroomopwaarts naar Wahmbeck, waar we het pontje namen en via de lage zijde terug naar Bevelungen en dan weer naar Lauenfönde. Veerpontjes over de Weser zitten met kettingen aan kabels over de rivier en verplaatsen zich door de stroming. Het vraagt wel stuurmanskunst (met inhalen of vieren van de ketting) om ze op de goede plaats te laten landen.
Op een gegeven moment vliegt er een grote vogel op uit een stoppelakker. Drie andere vliegen alle kanten op. Eentje blijft rondjes draaien tot de rest in een dennenbosje is verdwenen. Een familie Zwarte Wouw? Hans, Joanne, herkennen jullie hem?
Als we op het pontje staan, schiet er opeens een grote vogel omlaag, pakt iets in het water en vliegt ermee weg. Ingezoomd op de foto’s herkennen we een muis (of rat) in de klauwen. Foto’s vergelijkend met de plaatjes in het vogelboek, komen we uit op een Rode Wouw.
Een muis vangen in het water? Het heeft nogal geregend de laatste dagen en het water in de Weser staat hoog. Een uit zijn hol gespoelde muis op drift? In een stadje waar we doorfietsten, zagen we de bankjes langs de rivier nu in het water staan.
Het laatste stuk fietsen we in de stromende regen. Als we goed en wel thuis zijn, wordt het droog en gaat zelfs de zon weer schijnen.
Er is nog een klusje te doen. We slapen in een hefbed boven de cabine. Die kraakt de laatste tijd als we erin klimmen. Gisteravond een hele harde krak. De bodem was aan het loskomen van de rand. Paul is voor de zekerheid maar in een slaapzak op de bank gaan liggen, terwijl ik zorgvuldig tegen de raamkant bleef liggen. Het was wat werk, maar alles zit weer vast. Vanavond kunnen we weer samen in het hefbed.
Geschreven door Arendien-en-Paul