Er staat een harde wind als we vertrekken in de richting van het Białowieski Nationaal Park.
Tegen de grens met Wit-Rusland ligt het laatste stukje oerbos van Europa. De Europese bizon (wisent) komt hier nog (of liever weer) voor. In de WO1 zijn de laatste opgegeten door soldaten. Via een fokprogramma in dierentuinen zijn er later weer uitgezet. Voor WO1 mocht er op deze beesten alleen worden gejaagd door de adel.
Dit gebied is vanaf de Napoleontische tijd Russisch geweest. Je ziet hier dan ook orthodoxe kerken in plaats van katholieke.
In Treścianka staat een mooie (gerestaureerd met behulp van EU-geld) uit de jaren 60 van de 19e eeuw. Het (16e eeuwse) dorp heeft traditioneel houten huizen, sommigen met versierde luiken.
Uiteraard werd (wordt) er hier gebouwd met hout. Het is ruim voorhanden in dit bosgebied.
In Hajnówka staat een orthodoxe kathedraal. Toen we er aankwamen gingen er net een paar Polen naar binnen voor een rondleiding. Paul mocht niet in een korte broek. Toen hij een lange aan had, was de kerk op slot en het wachten tot ze weer naar buiten kwamen, duurde ons te lang. Misschien over een paar dagen nog een poging.
We staan nu op een kleine camping in het dorp Białowieża. De laatste 22 kilometer een smalle weg door het bos, waar je elkaar net kan passeren. De Polen halen in als gekken. Fietsers worden dan gedwongen de berm in te schieten.
Na het eten vanavond was er op het dorpsplein een “concert” van Wit-Russische muziek. Weinig belangstellenden. Ook wij hadden het na een paar nummers wel gezien. Het was te koud om te blijven zitten.
Geschreven door Arendien-en-Paul