Na het ontbijt nemen we afscheid van Karen en Marco en natuurlijk ook van Isma. Het zal vreemd zijn zonder hen. Isma gaat met hen mee omdat er over een paar dagen een nieuwe trip voor hem is, waarbij ook de jeep nodig is. De spulletjes die we onderweg gekocht hebben nemen zij voor ons naar Entebbe mee. Dat is wel zo makkelijk, wij hoeven dan de rest van de reis hier niet meer mee te slepen. Voor ons staat een busje klaar. Over een hobbelige weg rijden we naar Cyanika waar we de grens met Rwanda oversteken. Het duurt ongeveer anderhalf uur voor alles geregeld is en wij de grens over mogen. Dat Ingrid geen visum voor Rwanda heeft is geen probleem. De diverse mailtjes die wij bij ons hebben is blijkbaar voldoende bewijs. We hoorden van verschillende mensen dat men aan de grens soms erg moeilijk kan doen. Hierbij gaat het dan vooral om mensen met een Franse en Belgische nationaliteit. Op zich niet zo vreemd als je weet hoe deze nationaliteiten hebben gehandeld ten tijde van de genocide. Het is bijzonder dat, zodra we in Rwanda zijn, er echt mooie asfaltwegen liggen. Voor Nathan is het wel even wennen, want in Rwanda wordt aan de rechterkant van de weg gereden, terwijl dat in Oeganda net weer anders is. Het is voor hem ook lastig om auto’s in te halen omdat zijn stuur rechts zit in plaats van links. Qua natuur is er niet veel verschil met Oeganda, het is hier echter allemaal net wat beter onderhouden. Je ziet geen rommel langs de kant van de weg en er staan veel nieuwe huizen. Wat ons opvalt, is dat er heel veel gevangenen op het land werken. Hoe we weten dat dit gevangenen zijn? Ze hebben, om ze vooral niet over het hoofd te zien, pakken aan in fel roze, knal geel of hard groen. Als ze klaar zijn met het werk lopen over de openbare weg, onder begeleiding van een bewapende bewaker, terug naar de gevangenis. Iedereen kan dus zien dat je een gevangene bent. Het merendeel van de gevangene is dader in de genocide geweest. Ook nu weer rijden we door landbouwgebieden. Bruine stroompjes water lopen door rijstvelden. Het is opvallend hoeveel vijvers er voor het kweken van vis (allemaal tilapia) zijn. We rijden voor een deel dezelfde weg als die we gereden hebben tijdens onze pilot reis in 2005. We komen langs een prachtig meer, Lake Burera, maar hoe meer we het binnenland in rijden hoe minder groen het wordt. Het blijkt maar een stuk te zijn, want hoe dichter we bij Nyungwe Forest komen hoe groener het wordt. We rijden op de snelweg die naar de grens Burundi/Congo en dwars door het regenwoud gaat. Tientallen vrachtwagens met containers, maar ook UN-vrachtwagens rijden in colonne dezelfde weg. Het is een lange sliert, waardoor het moeilijk is om deze wagens in te halen. Hoe meer we het park in rijden hoe slechter de weg wordt. Het zijn meer gaten dan weg. Op zich ook niet verwonderlijk als al deze vrachtwagens dezelfde weg volgen. Het Nyungwe Forest is een op grote hoogte (bijna 3000m), bergachtig regenwoud in het zuiden van Rwanda en is in 1933 opgericht als een bos reserve. Het bos is gelegen in de Albertine Rift, een reeks van bergketens vanaf de Rwenzori bergen in het westen van Oeganda en Congo, en wordt voortgezet in het Lendu Plateau in het oosten van Congo. Het Nationaal park Nyungwe is één van de grootste resterende bergachtige regenwouden in Afrika. Het park heeft op zich weinig te bieden. Onderweg zien we nog een Colobus-aapje. We stoppen even om van het mooie uitzicht te genieten. Het is bewolkt, maar de wolken blijven tussen de bergen hangen waardoor het een prachtig gezicht is. Tegen het einde van de middag stoppen we iets voor Gisakura, een klein dorpje gelegen aan de rand van het bos. Het Conservation Project van het nationale park (ondersteund door de Wildlife Conservation Society (WCS), heeft hier een kantoor en toeristisch centrum, evenals een kantine en gastenkamers. Wij maken van een van deze gastenkamers gebruik. Annette en Nathan rijden verder het dorp in voor een slaapplaats, vanwege het feit dat alle gastenkamers bezet zijn. We zetten onze spullen in de kamer en zoals gewoonlijk gaan we eerst wat drinken in de kantine. Het regent intussen en het is eigenlijk wel fris. In de kantine zijn wij niet de enige. Er zit een Nederlandse militair, samen met zijn Burundese (?) vrouw. Hij verteld werkzaam te zijn in Burundi. Ook zit Dean er samen met JP, een beetje populair te doen. Dean is een Engelsman die voor de BBC werkt. JP is een acteur uit Rwanda. Dean heeft net een film gemaakt over de huidige situatie in Rwanda en JP heeft hem hierbij geholpen. Beiden vinden zichzelf geweldig. Als Annette en Nathan weer terugkomen, drinken we nog wat. Annette en Nathan vertellen dat er een van de UN-vrachtwagens net voor het dorp gekanteld is en dat een jeep (die op de vrachtwagen was gebonden) in de greppel ligt. Het hele dorp is hier voor uitgelopen en de vrachtwagen wordt nu bewaakt. Als je dat niet doet heb je de kans dat de vrachtwagen en jeep compleet gestript terugvindt.. Om 20:00 uur zijn we klaar met eten, en wat nu? We drinken en lezen nog wat.
Geschreven door Ottengas.reizen