Om 06:30 uur zitten we alweer aan een heerlijk Engels ontbijt. Tijdens het ontbijt ontmoeten we Dudu en Shadi die ons de komende 10 dagen naar de verschillende parken zullen brengen en waar zij (na later zal blijken) heerlijke maaltijden zullen bereiden.
Na het ontbijt pakken we ons boeltje bij elkaar en wordt alles de truck in geladen. In het achterste deel van de truck zit de keuken. Het domein van Shadi. Er is zelfs een diepvries aanwezig! Nomad heeft het goed voor elkaar.
Als alles er in zit gaan we op weg naar Chipata (Zambia), waar we boodschappen zullen doen. Maar.... eerst de grens over. Voor ons gaat het redelijk snel. Voor Dudu gaat het iets minder snel. Invoer van de truck levert enige vertraging op. Tijdens het wachten maar even wat frisbeeën met plaatselijke kinderen. Zowel zij als wij amuseren ons prima. Als Dudu het dan eindelijk voor elkaar heeft om ook de truck Zambia in te krijgen stoppen we met het spel en maakt Ingrid één van de kinderen blij met de frisbee. Hopelijk levert het geen oorlog tussen de kinderen op en zullen zij er samen mee gaan spelen.
In de loop van de ochtend komen we in Chipata aan waar Dudu de truck bij de supermarkt Shopprite parkeert. Voor ons alweer een bekende locatie. In de tijd dat Angela en Shadi boodschappen doen lopen wij wat rond en komen op de plaatselijk markt terecht. Het is niet een grote markt maar wel erg levendig en kleurrijk. Een meneer is een mooie reclame op zijn winkel aan het schilderen, waardoor anderen kunnen zien dat hij o.a. groente verkoopt. Weer een ander is bezig om zijn waar mooi op te stapelen. Aan het eind van de markt treffen we een restaurant aan met de naam Hunger Clinic Restaurant. We kunnen ons hierbij weinig voorstellen wat er geserveerd wordt. Als we de hele markt bezocht hebben lopen we rustig terug naar de supermarkt. Onderweg zien we diverse mooie dames met van alles en nog wat op hun hoofd dragend. Ook zien we een jongetje met een kip op z’n schoot. Of het nu zijn troeteldier is of gewoon voor de verkoop, krijgen we niet echt duidelijk van hem. Hij is in ieder geval blij dat hij met zijn kip op de foto staat.
Als we bij de supermarkt aan komen staan Angela en Shadi al met volgeladen winkelwagentjes klaar. Alleen Dudu met truck ontbreekt nog. Het duurt niet lang of ook hij komt er aan. Snel alles inladen op aanwijzing van Shadi en we kunnen naar de plek rijden waar we onze eerste lunch gaan gebruiken. Het is een kampeerplaats waar Shadi een heerlijke lunch voor ons bereidt. Vele handen maken licht werk dus is het super snel voor elkaar. Het eerste wild is al gespot. Bavianen. Velen van deze dieren zullen er nog volgen. Na de lunch, de afwas en het wapperen van de natte vaat (qua hygiëne de beste manier om de afwas te drogen) gaan we naar het Nationaal Park South Luangwa. Eén van de parken die op de lijst van Afrikaanse grootste parken staat. Het park beslaat ongeveer 9050 km2. Het bestaat uit diverse leefgebieden variërend van dichte bossen van Mopane-bomen tot open grasland. Het park bevat Mahonie-, Ebony-, Marula- en Worstenbomen (genoemd naar de enorme vruchten die er als worsten uitzien). In dit park kan ook gewandeld worden. Maar voor we dit moois kunnen bewonderen zullen we eerst nog moeten komen.
Een weg die wij ons van een van de onze vorige reizen nog goed kunnen herinneren, zie verslag Zimbabwe-Zanzibar. Gelukkig is het droog in tegenstelling tot toen, maar het blijft een weg met heeeel veeeel gehobbel. We zijn dan ook blij als we om plm. 16:00 uur op de kampeerplaats zijn. We kamperen niet op Flat Dogs (zoals de vorige keer), maar op Wildlife Camp. Een mooie kampeerplaats aan de rand van de rivier Luangwa.
Voor het eerst tijdens deze reis zetten we de tenten op. We zoeken een mooi plekje aan de rand van de rivier. Het is weer even wennen hoe die dingen ook al weer opgezet moeten weer. Het lukt ons aardig om in een snel tempo de tent op te zetten. Na het opzetten hiervan moeten we even onder het genot van een biertje bijkomen. De bar heeft een prachtig uitzicht over de rivier en het geluid van nijlpaarden hoor je al weer van diverse kanten. Ja, we zijn weer thuis!
Na het eten gaan we in de bar nog even genieten van alle geluiden en laten de eerste reisdag in onze gedachten passeren.
We liggen lekker in onze tent te slapen tot één van ons moet plassen. Laat ik dan ook maar meteen plassen, denkt de ander. Het is wel een eindje lopen naar het toilet, dan maar voor de tent. Terug in onze slaapzak horen we een olifant onze tent voorbij schuiven en daarna een nijlpaard. Wat een geluk dat ik nu niet hoef te plassen, denkt Ingrid. ‘s-Morgens horen we van onze buren dat de olifant er al stond op het moment dat wij aan het plassen waren. Heel fijn!
Geschreven door Ottengas.reizen