Vannacht heeft het de hele nacht gehoost van de regen, maar als wij ‘s ochtends klaar staan om te vertrekken houden zelfs de laatste regendruppels ermee op. We hebben een kleine vertraging want de band va Mylène staat leeg. De mannen buigen zich er vakkundig over en in een mum van tijd is het reparatieklusje gefixt. Bij nadere bestudering - waar nu even tijd voor is - is ons Fahrradhotel een voormalige kegelbaan. Mooie nieuwe bestemming, waar door fietstoeristen dankbaar gebruik van wordt gemaakt. We doen weer even inkopen voor de lunch en dan op pad voor de volgende etape, vandaag maar liefst 86 km. We fietsen eerst langs de gekanaliseerde Hunte die aan de andere kant van Oldenburg uitkomt in de Weser bij Bremen. Maar wij gaan richting zuidoosten langs de Achterdiek. Leuk al die plaatsnamen die zo verwant zijn met onze Nederlandse namen: via gehuchten als Wardenburg en Westerburg naar de wat grotere plaats Grossenkneten. Het wegdek is nog steeds wisselvallig, wij hebben er wel 10 geïnventariseerd: mul zand met slipgeulen, gros steengruis, speculaasbrokken van asfalt, kiezel, klinkerpaden, zandwegen, graspad, bospad, stoeptegelfietspad en als je geluk hebt glad asfalt. Dat maakt dat afstand op zich niet zoveel zegt over de zwaarte of het gemak van het traject. De nachtelijke regen heeft er wel voor gezorgd dat de natuur en de temperatuur heerlijk zijn opgefrist en dat maakt dat het vandaag heel aangenaam fietst. Maar vieze voeten, benen en fietsen krijg je er wel van!
Na koffie op een prachtig aangelegde halteplek met picknickbank weer verder. Nu door een bos van beuken en eiken en daarna weer door boerenland. We proberen het graan te determineren en twijfelen tussen gerst en rogge. Volgens plantnet hangen de roggearen en staan de aren van de gerst.
Ww passeren in Varel de plek Amerika. Met een mooi verhaal over de oorsprong van deze naam. In vroeger tijden was hier een klein eilandje temidden van het veen, het moeras en de heide. Om er te komen met paard en wagen was niet eenvoudig en het kostte zoveel tijd dat je in dezelfde tijdsspanne naar Amerika had kunnen reizen. En zie de naam van dit oord was geboren en is altijd zo gebleven ookal zijn de veenplassen nu dicht gegooid en ben je in vijf minuten van Varel in Amerika.
Na de lunch op een bank in het bos rijden we via fraaie bospaden met terweerszijden hier en daar een bosven naar de Thülsfelder Talsperre, een groot stuwmeer waar we helemaal omheen rijden. Dan via dennenbos en uitgestrekte boerenlanderijen (en helaas nogal wat stinkende grootschalige varkensboerderijen), via een heus hunebed, naar het gehucht Dwergte. Daar eten we een platte perzik onder een boom met een religieus vogelhuisje om vervolgens de laatste kilometers te bedwingen. De accu van Menno raakt op zodat hij op eigen kracht het laatste stuk moet overbruggen. In Werlte, een zeer uitgestrekt zielloos dorp met saaie nieuwbouw en een eindeloze hoofdstraat bereiken we uiteindelijk hotel Cramer. En dat is dan weer verrassend leuk: een oud hotelpand dat al sinds 1859 een hotelfunctie heeft. We hebben elk een prachtige kamer met grappige details en met uitzicht op de oude tuin en de kolossale roodbakstenen kerk ernaast. Heerlijk gegeten in restaurant Palmyra, waar de Syrische eigenaren de heerlijkste mediterrane gerechten klaarmaken: in spek gegrilde dadels, wijnbladeren gevuld met rijst, gegrild (lams)vlees of falafel. En daarbij een uitstekende (Italiaanse) witte wijn. Menno legt meteen contact want hij was 40 jaar geleden in Palmyra. De eigenaresse vertelt hoezeer ze haar land mist, ookal hebben ze sinds 10 jaar een bestaan opgebouwd in dit Duitse plaatsje.
Na een ijsje bij de ijssalon die ook al wordt gerund door ‘nieuwe Duitsers’ zoeken we onze kamer weer op. Morgen alweer de één na laatste etape naar Bourtange!
Geschreven door TAP.op.de.fiets