Vanuit de chambres d’Ovaline heb je, als je op het kleine stoeltje laag bij één van de ramen gaat zitten, prachtig uitzicht over St Emilion en de wijngaarden en uit het andere raam zie je een kerktoren. Een romantische plek die verder verre van praktisch is. Maar daar gaat het niet in de eerste plaats om in Frankrijk. Ten eerste is het nogal een uitdaging om met vol bepakte fietsen van de ene kant van het dorp naar de andere kant te komen. Steile straatjes met hobbelkeien, groot verschil tussen het hoge en lage gedeelte - waardoor Google Maps ook de kluts kwijt raakt - en opeens een overweldigende hoeveelheid toeristen. Port du masque obligatoire dans tout le village - dat vinden wij niet reëel met onze bezweette fietsgezichten en gelukkig zijn er nog enkele andere ongehoorzamen… Uiteindelijk vinden we ons logies: een prachtige cour achter een hek met code waar de fietsen veilig staan. Dan via drie binnenplaatsen en zeker vier trappen bereiken we onze kamer, met aparte badkamer en wc. Sfeervol maar oer Frans dus niet zo praktisch. Met gevaar voor ons leven douchen we in het enorme bad. De wc is intellectueel behangen met boekenkastenbehangpapier. Maar het bed is ok en hoewel de deur niet op slot kan voelen we ons hier prima.
Vanochtend rond 9 uur op pad. Eerst wachten totdat de épicerie in Aubeterre open gaat voor de lunchboodschappen.
Dan en route! Flink klimmen om Aubeterre achter ons te laten maar daar hoort dan ook weer een heerlijke afdaling bij.
In het dorpje Ste Cathérine koffie met pain au chocolat of pain aux raisins op een sfeervol authentiek plein.
Dan verder. Helaas volgt dan een stuk met een nieuwe plaag voor de arme fietser. We gaan door een bosrijk stuk, en iedere keer als de daling plaats maakt voor een klim verliezen we tempo. Dat is het sein voor de muggen en vliegen vanuit het hele bos om zich op ons te storten. Quel horreur!!! Maar ook nu is er maar één remedie en dat is doorgaan. Schrale troost is dat ik deze keer niet de enige belaagde ben: ook Tetman zwoegt zich hoestend en proestend door de muggen naar boven.
De tocht is verder qua klimmen goed te doen, maar qua beloning valt het wat tegen. Op enige moment heet de weg zelfs ‘route du Désert’. De temperatuur is niet zo hoog, maar de hoge luchtvochtigheid zorgt voor veel zweetdruppels.
Het is een volstrekt verlaten gebied, met vroeger alleen bos en nu wat kleine dorpjes, hier en daar visvijvers en een verdwaalde jager die gelukkig zijn geweer niet op ons richt.
Lunch onder een paar bomen in de schaduw.
Dan verder naar St Emlion. Ongeveer 15 km voor dit beroemde dorp laten we het bos achter ons en komen pardoes in de golvende hellingen met wijngaarden terecht. Hier en daar een mooi chateau. Maar ach wat zien de meeste druiventrossen er zielig uit …. Voor ons lekenoog lijken de meeste trossen volkomen ‘pourri’.
Na het laatste stuk door de wijngaarden bereiken we na zo’n 60km St Emilion, en na wat geheister met Google Maps en de bepakte fietsen ook onze chambre d’hôtes.
Met levensgevaar douchen en dan even een wandeling door het dorp en wat drinken op het centrale plein. Le vin et le vélo zijn oo tal van plaatsen in het dorp een grappige combinatie en de vlaggen getuigen nog van de doorkomst van de Tour de France dit jaar door het oude centrum: zijn ze echt over deze onmogelijke kasseien gegaan??
s’Avonds heerlijk gegeten in een van tevoren gereserveerd restaurantje. Dan nog even St Emilion by night en lekker slapen…
Geschreven door TAP.op.de.fiets