Op een open plek , la clairière du Verbamont, midden in een bos in de Vogezen genieten we (voorlopig voor de laatste keer?) van een zwoele zomeravond. De avondhemel kleurt van blauwgrijs naar zwart, de eerste sterren komen te voorschijn en wij hebben aan een picknicktafel naast een Vlaams jong stel en een Nederlands jong stel genoten van een chefkokdiner. Als (bijna) zestigers op de fiets verdienen we enig respect. De Nederlanders hebben voor ons twee biertjes meegebracht vanuit het dorp en de Vlamen zijn getuige van onze bezwete aankomst als zij net lekker zitten te eten in de blokhut waar men kan koken en eten. Vanavond holt le patron af en aan met kistjes gevuld met een onwaarschijnlijk lekker maal ( ce soir ce sera simple à cause du chaleur): een prachtig opgemaakt bord met charcuterie, fromage, taboulet opgefleurd met goudsbloemblaadjes en als toetje een zeer bijzondere fruitsalade met muntgelei en borinage als versiering. Een fantastisch einde van alweer een hete dag.
Het wordt eentonig, maar we wilden vroeg vertrekken en daarom niet gewacht op de bakker maar een restje brood van gisteren. Om 7.35 op de fiets. De andere fietsers om ons heen zijn net zo matineus, een noodzaak met dit weer. Nou ja, we zijn in de Vogezen en daar plenst het normaal gesproken, dus laten we niet klagen.
De hellingen zijn niet meer zo steil maar ook nu moet er een colline met panorama overwonnen worden. Dit keer wel een bijzondere colline, want we zijn bij de waterscheiding van Jésonville. Aan de ene kant de afwatering naar de Noordzee via Moezel en Maas en aan de andere kant naar de Middelandse Zee via de Rhône.
Na een kleine drie uur is er gelukkig een café dat open is. We bestellen koffie en veel koud water en voor de energie verorberen we een gateau de riz. Dan door richting Darnay. We komen over de Saône, dat hier nog een onbeduidend stroompje is. Darnay wordt in het gidsje aangekondigd als een leuk en levendig stadje, maar de camping is opgeheven (dat hadden we gelukkig al via internet ontdekt en daarom dit alternatief met maaltijd in het bos bedacht) en de straten zijn om 12.25 volkomen uitgestorven. We droomden stiekum al van een lunch in een pittoresk restaurantje maar dat gaat hier niet lukken. Net op tijd ga ik een épicerietje in waar gelukkig nog één baguette is, mozzarella en charcuterie. Als ik het winkeltje verlaat gaan de rolluiken neer voor de middagsrust.
Dan maar doorfietsen naar de camping, nog 7km. Maar oh wat is het nu heet, ookal fietsen we door het bos. Bovendien moeten we als toegift nog flink dalen maar vooral ook klimmen.
Eenmaal op de clarière was de moeite niet voor niets, een idyllische plek met rust en ruimte. Met liefde en zorg aangelegd.
Eerst veel water drinken en lunchen. Uitblazen, tent opzetten en siësta. De middag luieren, lezen en wachten tot de zon daalt en het koeler wordt. En dan als aangename verrassing zo’n fantastische maaltijd temidden van aangenaam gezelschap.
Nog even bij het citronellakaarsje zitten en genieten van de avond en de nacht die valt.
Geschreven door TAP.op.de.fiets