Eigenlijk wil ik niet weg vandaag, maar ik weet dat het me goed zal doen. Even de voorbije week over me heen laten komen en loslaten en afsluiten. Bovendien is er eentje jarig vandaag en hij mag de wandeling kiezen.
Wielerliefhebber als hij is, kiest hij ervoor om het iconische Trouée d'Arenberg in het Bois de Wallers in Noord-Frankrijk te bewandelen en er de heroïsche sfeer op te snuiven. Het weer ziet er, althans bij vertrek in West-Vlaanderen, goed uit, dus we rijden richting Noord-Frankrijk. Bois de Wallers is gemakkelijk bereikbaar via de autostrade en ligt zo'n 85km van bij ons. Helaas verschuilt de zon zich meer en meer achter een serieus wolkendek, maar het blijft droog. We parkeren aan het begin van de beroemde kasseiweg. Het heeft wel iets als je er zo voor staat. Die trechter, dat punt waar de eerste schifting gebeurt in Paris-Roubaix. De tv-beelden zie je zo voorbijflitsen. Op de grond voor de strook nog een eerbetoon aan Tom Boonen, op dezelfde plaats waar een monumentje staat voor Jean Stablinski, die destijds voorstelde om de koers hier te laten passeren.
Zoals zo vaak is de erbarmelijke staat van de kasseistrook niet vast te leggen op tv-beelden of op foto. Je moet er echt voor staan en over lopen om te begrijpen, of net niet, hoe die coureurs in godsnaam hier over geraken. Wij hebben al moeite om er gewoon over te wandelen en kiezen liever de zijstrook dan de kasseistrook zelf.
De strook ligt echter in een uitgestrekt bos dat er in eerste instantie "saai" uitziet. Het bestaat voornamelijk uit lange, rechte dreven, maar toch biedt het een verscheidenheid van boslandschappen aan die naadloos in mekaar overlopen.
Wat me vooral opvalt is het felle, frisse lentegroen. Het doet haast pijn aan de ogen. En ook heerlijk is het gezang van de vogels, dat me ononderbroken tijdens de wandeling begeleidt.
Veel toerisme is er niet, maar toch wat wandelaars die even de hond uitlaten, of die hun kind alvast al op de kasseien leren rijden. Je weet maar nooit ...
Verwacht geen tea-room, geen bankjes, geen vuilbakjes. Zorg er dus voor dat je zelf drank en proviand mee hebt en dat je uiteraard je eigen afval terug mee neemt naar huis.
De wandeling bewaart het beste voor het laatst. Op een gegeven moment loop je naast een terril, (een restant van de mijnontginning in de streek), en kun je deze ook oplopen. Dat moet je zeker doen want boven sta je in een bijna buitenaards landschap. Loop nog even verder en je wordt beloond met een panorama over het meer en het bos. Bij helder weer moet het hier heerlijk zijn.
We lopen terug naar beneden en komen in een fantastisch stukje bos terecht. We zijn eigenlijk net te laat om de uitbundige bloei van de boshyacinten te beleven, maar we zien wel nog een licht paarse gloed. Dit moeten we onthouden voor volgend jaar.
Na 13km zijn we weer aan ons uitgangspunt. Een mooi stukje natuur net over de grens dat best wel de moeite is om even te doen.
Geschreven door Hilde.op.pad