Dag 29, Van Getaria naar Mutriku
24 km, cumulatief 760 km
Half acht ontbijt. Vreemd genoeg hebben maar drie van de tien gasten ontbijt besteld. Aziz en ik vertrekken even over achten.
Het is de hele dag bewolkt en zo nu en dan valt er een onbeduidend spatje regen.
We komen onderweg - klimmend en dalend door velden en wijngaarden - regelmatig andere pelgrimgangers tegen. In het havenstadje Zumaia drinken we koffie met wat lekkers. Even later komt Monalisa (uit Oostenrijk) erbij zitten (haar Amerikaanse kompaan van gisteren heeft een rustdag genomen). We gaan met z’n drieën verder, om even later af te slaan naar de aanbevolen maar pittiger GR-route direct langs de kust. Het is weer een prachtige route, tot direct over de rotsen langs de kustlijn. Monalisa en ik raken aan de praat. Ze wil alles weten over mijn werk en mijn ideeën over diverse milieuvraagstukken. Zij werkt in een asielzoekerscentrum in het Zwitserse Zürich, en kan me alles vertellen over alle integratieproblematiek die daarbij komt kijken. Zo vliegt de tijd en heb ik nauwelijks meer aandacht voor alle klim- en daalinspanning.
Aziz loopt voor ons, maar zonder goed op te letten, zijn we hem kwijt. We roepen en fluiten, maar geen reactie. We lopen een beetje ongerust door tot het plaatsje Deba. De terrassen zitten vol, maar Monalisa (‘ik moet nog steeds een keer naar het Louvre om haar te bewonderen’, moet ze bekennen) heeft genoeg te eten om met mij te delen. Dan komt Aziz aanlopen. Hij heeft een andere route genomen. Het eerste wat we doen is telefoonnummers uitwisselen.
Intussen dient zich een probleem aan: waar verblijven we vannacht? We hebben niets gereserveerd en horen dat iedereen moeite heeft om iets te vinden. Ik heb een suggestie van Tine, maar daar schijnt het ook volgeboekt te zijn. Ondertussen schuift de Spaanse Sergio aan. Hij blijkt samen met Monalisa een hotelkamer in Mutriku - direct aan de kust, een aantal kilometer van de route - te hebben geboekt. We ontmoeten ook een Spaans en een Italiaans stel die daar gereserveerd hebben. De telefoon wordt er niet beantwoord, dus op goed geluk gaan we met de rest mee. Aangekomen bij het hotel is er geen personeel. Het inchecken gaat met codes. Ook het telefoonnummer dat daar hangt, wordt niet beantwoord. Hoewel illegaal nodigen Monalisa en Sergio Aziz en mij uit om op hun kamer slapen. We vinden een opklapbed onder het tweepersoonsbed en ik heb een matje bij me, dus dat moet lukken. Sergio en Aziz slapen in het tweepersoonsbed, Monalisa op het opklapbed en ik op mijn matje.
Ook boeken we vast voor morgenavond op een hotelkamer voor maximaal 8 personen voor € 100. We kunnen dus nog vier slaapplaatsen voor goed geld verkopen aan andere wandelaars, grappen we.
Het lijkt alsof ik nu in een golf van pelgrims loop in deze dagen. Het is mooi om te zien dat we elkaar op deze manier helpen en steunen.
We gaan borrelen in het stadje en maken nader kennis met een stel uit Barcelona: Israël (‘geen discussie graag, misschien had ik liever Palestina geheten’) en Marina.
Aan de leuzen op de muren in dit stadje lijkt het een (voormalig?) ETA-bolwerk te zijn. Als we de Baskische problematiek bespreken, praten onze Spaanse vrienden gedempt en kijken schichtig om zich heen. Je weet maar nooit wie hier meeluisteren…
We hebben een heel leuke avond samen, eten op Spaanse tijd (vanaf negen uur) in een restaurant en gaan vrolijk en een beetje aangeschoten terug naar ons hotel.
Het is een heerlijke dag!
Geschreven door Frans.de.kruif