Woensdag
De Donauradweg loopt langs beide zijden van de rivier. Wil je dus bepaalde plaatsen bereiken dan is het opletten geblazen dat je aan de juiste kant aan het fietsen bent, want ook over de Donau zijn bruggen zeldzaam.
Bij ons vertrek in Grein nemen we meteen het veer, samen met heel wat andere fietsers.
De ganse dag fietsen we op rechteroever, opnieuw met een zeer strakke Noordooster, pal in het gezicht. Goed dat we wat polderwind gewoon zijn 😉.
Onze belangrijkste stopplaats vandaag is Melk, meer bepaald de abdij van... Het is één van de parels van de Oostenrijkse barok en dus mag een Donaufietser hieraan niet voorbij gaan.
Van ver reeds is het silhouet herkenbaar : een groot gebouwencomplex met de typische tweelingtorens, hoog verheven op een rotsplateau boven de Donau. Kom je dichterbij dan is de kleur wel opvallend : overwegend wit met okergele accenten.
De opzet van dit gebouw was duidelijk : imponeren en vertoon van macht én rijkdom. Vreemd voor een kloosterorde die de regel van Benedictus aanhing : "ora et labora", gehoorzaamheid, kuisheid én armoede!
Maar hier huisde niet alleen geestelijke, maar ook wereldlijke macht.
In het bureau voor toerisme mogen we onze fietsen met bepakking achterlaten, en we klimmen gezwind, door het oude stadje Melk hemelwaarts.
Overweldiging is de eerste indruk. Ellenlange gangen, rijke decoratie, exclusieve kloosterschatten. Vooral de bibliotheek imponeert. Lederen boekbanden mooi in het gelid tot tegen het plafond. Het plafond zelf beschilderd in trompe-l'oeuil met barokke taferelen. Naar het schijnt zou Umberto Eco hier zijn inspiratie gehaald hebben voor zijn " Naam van de roos". Maar dat wordt van nog andere locaties gezegd 😉 ( herinneren jullie Castel del Monte vorig jaar in Puglia).
Klapstuk is evenwel de kerk. Opnieuw een demonstratie van flirten met de overdaad en kitsch. Marmers, goud (mat en glanzend), snijwerk, stucwerk en schilderwerk. Duidelijk een triomferende kerk die, wat mij betreft, ver af staat van wat Benedictus in de 11de eeuw voor ogen had...
Foto's van de interieurs mochten niet, je krijgt dus enkel wat van de buitenzijde te zien.
Voldaan van al deze grootsheid, eten we een broodje kaas en zetten onze Donauvaart enkele km's verder tot op de camping van Emmersdorf aan de overzijde. Maar dat kan deze keer middels een brug.
Donderdag
Vandaag rijden we ons laatste stukje langs de Donau, en eerlijk gezegd, het wordt het mooiste. We bevinden ons nu in Wachau, een regio bekend om zijn natuurschoon, charmante dorpen en steden. Trouwens beschermd als Unesco werelderfgoed.
Liefelijkheid en charme zijn inderdaad de termen die hier best passen. Op de hellingen die de Donau flankeren liggen wijngaarden, boomgaarden en af en toe korenvelden. Op de bergkammen regelmatig burchtruines, die het geheel een romantisch karakter geven. De eerste die we op rechteroever zien is die van Aggstein, op zo'n 320 m boven de Donau.
In Spitz an der Donau rijden we door de Schlossgasse, de centrale straat in de oude stad. Kleurrijke huizen met bloemrijke balkons en booggaanderijen omzomen haar en getuigen van haar rijkdom. De Wachau is een bekende wijnstreek met talrijke wijnhuizen. Dat zijn nooit de meest bescheiden optrekjes. Alles piekfijn verzorgd.
We bezoeken de kerk omdat er een mooi barok hoogaltaar is te zien. Bijzonder is dat het koor een knik vertoont tov het schip, vreemd.
Even buiten de stad, komen we langs de versterkte St.Michielskerk uit de 12de eeuw. In de 17de e. is ze deels afgebrand, maar er zijn nog gotische restanten. Vlakbij staat een cylindrische toren uit dezelfde tijd. Binnenin is een monumentale sgrafitto te zien. Dat is een decoratieve techniek die je hier veel ziet. De muurbepleistering wordt in verschillende kleurlagen op elkaar uitgevoerd en de tekening wordt dan uitgekrast. Afhankelijk van de diepte van het wegkrassen, krijg je dus een ander kleur. Een techniek waar je heel goed moet weten wat je doet.
Bovenop de toren worden we beloond met een mooi panorama.
Verder fietsen we als door een prentbriefkaart.
We komen voorbij Willendorf...en die naam deed mij een belletje rinkelen. Inderdaad, hier werd in 1908 de Venus van Willendorf gevonden. Een klein, prehistorisch beeldje van een vrouw met zeer geprononceerde kenmerken : zware heupen en borsten. Naar de betekenis ervan is het raden, maar men vermoedt dat het een cultusbeeldje zou zijn geweest. In het dorp is men fier op de vondst en er is een "Venusium" gebouwd (klinkt een beetje als de naam van een erotisch centrum) waar je meer te weten komt over het beeldje.
Verder naar Durnstein, een bevallig dorp met een mooie hoofdstraat en een Stift (abdij) van Augustinus. Kleiner dan Melk, maar barokker. De toren van de abdijkerk in blauw en wit en uitbundig versierd. Deze zou niet misstaan op een ijsroomtaart.
Ons einddoel vandaag is Krems am Donau, en dit is meteen onze laatste stop aan de Donau, want van hieruit verlaten we de rivier en gaan we noordwaarts...
Vrijdag
Deze morgen nemen we een stukje trein en stappen af in een klein dorp (Allentsteig) om verder te fietsen naar Gmund.
Hier proeven we van het Oostenrijkse platteland. Glooiend landschap, veel korenvelden, bossen en hoeven. Eens iets anders dan het spoor volgen van een rivier.
Gmund is het laatste Oostenrijkse stadje...morgen gaan we opnieuw een grens over. Benieuwd of we die ook geruisloos zullen passeren...
Geschreven door Niet.alle.wegen.leiden.naar