De sterke NO-wind, die ons tot nu een duwtje in de rug gaf, bleef deze nacht onstuimig waaien. Ook vandaag speelt ze in ons voordeel, althans Z-waarts tot in Bingen, waar de Rijn een bocht van 90° in Oostelijke richting maakt.
Bingen is de geboorteplaats van Hildegard von Bingen ( ja, hoe kan het anders), een abdis, schrijfster, componiste en mystica uit de 12de eeuw. Haar composities (gezangen) worden tot op vandaag nog uitgevoerd en er gaat een grote rust en sereniteit van uit.
Wij stoppen hier om een meer prozaische reden : een laat ontbijt, maar wel op een uitgelezen locatie, met zicht op de bocht van de Rijn en de sterk hellende wijngaarden van Rudesheim aan de overzijde. Een vervallen burcht, balancerend op die helling, maakt het plaatje af.
Vanaf Bingen breekt het landschap open en verdwijnen stilaan de flankerende heuvels. Het gaat verder zuidwaarts door natuurgebied en cultuurland. Korenvelden en fruitboomgaarden wisselen elkaar af. De drukke spoorlijnen en wegen die ons gisteren begeleiden, zijn verdwenen. Een verademing. Tot in Mainz genieten we van het groene open landschap en de stralende zon. Bij het binnenkomen van de stad komen we voorbij een oude Joodse begraafplaats. Scheefgezakte naamstenen in rode natuursteen, staan er in het lommer van het groen. Zeer sfeervol.
In Mainz willen we de Dom zien en de S. Stefanuskerk, deze laatste bekend om zijn brandglasramen van Marc Chagall. Ze zijn indrukwekkend, vooral om het diepe blauw en de kleurrijke figuratie. Van een aantal van die ramen zijn er de originele ontwerpschetsen te zien, die de kunstenaar maakte toen hij 95 jaar oud was!
De dom echter valt ons tegen : te zwaar, te somber en te donker. Nochthans (herbouwd) Romaans, een bouwstijl die me nauw aan het hart ligt.
Het plan was om nog wat verder door te fietsen, maar flexibel als we zijn, stoppen we hier en steken het water over naar onze kampeerplaats.
Vanmorgen iets vroeger op de been dan gewoonlijk want we willen wat afstand afleggen. Een aangename rit wordt het : zomers weer, autonome fietspaden door natuurgebieden en wijngaarden. Af en toe een charmant dorpje, maar ook saaie, inspiratieloze woonwijken. Veel beweging ook van trekkende, bepakte fietsers. De Rijnroute blijkt een succesnummer.
In Worms houden we halt, want daar willen we het Joodse kerkhof en de Dom bezoeken.
Worms is samen met Mainz en Speyr een keizerlijke stad, omdat de Duitse keizers er residentie hielden. Alle drie zijn ze ook Unesco-werelderfgoed.
Bovendien zou Worms de bakermat zijn van de Nibelungensagen. Deze hebben heel wat schrijvers en componisten geïnspireerd, oa Wagner.
En natuurlijk is ook Luther verbonden met de stad. Hier moest hij zijn leerstellingen komen uitleggen in de Rijksdag en werd hij geexcommuniceerd.
Het Joodse kerkhof is een van de oudste van Europa. Er staat nog een grafsteen uit de 11de eeuw! Een bijzondere sfeervolle plek. Traditiegetrouw liggen op heel wat grafstenen keien en papiertjes met boodschappen/wensen. Grafbezoekers leggen die uit piëteit voor de afgestorvene en het gebruik zou stammen uit de tijd dat hun doden werden begraven in de woestijn. Het "toedekken" met stenen zou roofdieren verhinderen het lijk op te graven...
De Dom is zoals zovele gebouwen hier, opgetrokken in een roodbruine natuursteen. De kern van de kerk is Romaans, maar in latere eeuwen is er veel aan toegevoegd. Het interieur is sober maar indrukwekkend. Toch de stop waard.
We hebben nog wat km's te doen tot in Ludwigshaven/Mannheim. Beide steden liggen tegenover elkaar aan de Rijn.
Ludwigshaven is de stad van BASF, of beter: Ludwigshaven IS BASF. De fabrieksschouwen doemen al km' s voor we de stad inkomen op in het landschap. Eenmaal in de stad behoortquasi ieder gebouw tot deze multinational. Beide steden zijn trouwens industriesteden met weinig culturele aantrekking, maar we zijn hier om reisorganisatorische redenen (😉) én er is een mooie camping aan de Rijn.
Geschreven door Niet.alle.wegen.leiden.naar