Vandaag de langste reisdag, van Medora in Noord Dakota naar Butte in Montana. Alles via de Interstate I-90. Ook vandaag weer prachtig weer, beetje koud vanochtend zelfs met een beetje ijs op het autoraam, maar even sproeien en weg was het. We waren er vroeg bij vanochtend, om 7 uur zaten we al aan het ontbijt om op tijd on the road te zijn.
Door het heuvellandschap met af en toe hertjes langs de kant in het grasland reden we vlotjes op een stille weg. Af en toe passeerden we een vrachtwagen, personenauto’s kwamen we bijna niet tegen om dit tijdstip.
De eerste stop was Billings in Montana al. Koffie konden we er vinden, verder was er niet veel te zien en te beleven.
Dus dan maar op naar de tweede stop, Bozeman. Hier waren we in 2016 al eens geweest en het is nog steeds een leuk stadje met veel restaurantjes, koffieshops en winekels met mooie spullen en souveniers die niet made in China zijn. Uurtje hier rondgewandeld en daarna het laatste stukje van vandaag naar Butte.
Tegen vijfen ingecheckt in het hotel en een burger gegeten in een tentje in de buurt. Daarna nog even rondgewandeld in de lokale Walmart een voor sluitingstijd een goede koffie genomen bij de plaatselijke koffietent.
Maar een stuk of drie foto’s genomen vandaag, maar die komen morgen wel aan de beurt.
Butte ligt in Silver Bow Cuonty en is de hoofdstad van deze county. In de hoogtijdagen tussen 1890 en 1920 was Butte een van de voornaamste koper vindplaatsen en floreerde goed. Er waren honderden bars en saloons en een beroemde rosse buurt.
Sinds de stichting van de stad in de jaren-1860 is Butte een mijnbouwstad geweest. Eerst werd er vooral goud en zilver gedolven maar met de opkomst van elektriciteit nam de vraag naar koper sterk toe. Dit werd vooral in de Anaconda-mijn van Hearst, Haggin, Tevis and Co. gedolven. Door de rijke aanwezigheid van dit metaal werd de stad al snel een van de meest welvarende steden in het land en tijdens de Eerste Wereldoorlog werd Butte vaak "de rijkste heuvel op aarde" genoemd. Met een geschatte populatie van 115.000 zielen in 1910 was het de grootste stad in de wijde omgeving. Naar schatting een derde van de totale Amerikaanse koperproductie kwam in die periode voor rekening van Butte. De stad trok ook veel immigranten aan, vooral uit Ierland en China. De laatsten openden in Butte het allereerste Chinees restaurant in de Verenigde Staten.
Gedurende de 20e eeuw stapten de mijnbouwmaatschappijen over op dagbouw. De Berkeley Pit werd in 1955 aangelegd, een grote open afgraving die later voor grote milieuproblemen zou zorgen. De aanleg ging ten koste van vele duizenden huizen. In 1982 werden de mijnbouwactiviteiten op deze locatie gestaakt. Om de locatie te saneren werd deze opgenomen in het zogenaamde Superfund-programma dat de federale overheid ontwikkelde. De Berkely Pit is nog steeds een problematische locatie maar trekt tegelijkertijd ook regelmatig toeristen. In Butte zijn veel overblijfsels van voormalige mijnen nog zichtbaar en nog steeds vormt mijnbouw een belangrijke bron van inkomsten.
Geschreven door Frans-en-plonys.reisblog