Grand Falls begon vanochtend met een strak blauwe hemel en een prima ontbijt. Vandaag op naar de provincie Quebec. De stad volgt later. O daar te komen moeten we met de boot de St. Lawrence rivier over. Deze enorme rivier begint bij Lake Ontario en stroomt na 3058 kilometer uit is de St. Lawrence baai. Hij stroomt o.a. langs Montreal en Quebec stad. De rivier kreeg zijn naam van de Franse ontdekkingsreiziger Jacques Cartier die als eerste Europeaan in 1534 de rivier opvoer. Hij noemde de rivier naar de heilige Laurens omdat hij op diens dag, 10 augustus de rivier opvoer.
Maar voor we in Trois Pistoles de ferry opreiden moeten we vanaf Grand Falls zo'n twee uur rijden. Een mooie rit weer en na een drie kwartier overschreden we de grens tussen New Brunswick en Quebec en krijgen we er vandaag een uurtje extra bij. Wat opvalt is dat op de borden langs de wegen nu de namen van steden alleen nog in het Frans staan. In Nova Scotia, P.E.I. en New Brunswick was het altijd in het Engels en het Frans. Iets met Fransen en chauvinisme misschien?

We zijn ruim op tijd in Trois Pistoles en wachten in het zonnetje tot we de boot op mogen rijden. Het is geen al te grote ferry, maar er gaan toch nog flink wat auto's mee. Keurig op tijd vertrekt hij om kwart over elf. De overtocht duurt nog bijna twee uur als we om 1 uur in Les Escoumins van de boot afrijden. Op 800 meter van de boot is een leuk koffietentje voor de dagelijkse cappuccino. Hij smaakt prima hier. Eigenijk verwacht ik in het Frans-talige deel dat het scoren van een goede cappuccino makkelijker moet zijn, maar we gaan het afwachten.
Het einddoel Tadoussac ligt een half uurtje verder, dus besluiten we om eerst nog naar het Parc National Fjord du Saguenay te gaan. Deze fjord loopt bij Tadoussac het land in en is bekend omdat hier in juli en augustus de Beluga walvissen in de beschutting van de flora kalveren en hun jongen zogen. Wij dachten gezien de naam dat de nationale park pas hier geldig was, maar nee, het bleek een provinciaal park te zijn. Dus National in Quebec alleen? Maakt niet uit, bij de ingang betalen we met plezier de toegang en we maken een mooie wandeling van zo'n 6 kilometer naar het Beluga uitkijkpunt. Niet dat we er 1 zien, want waarschijnlijk zijn ze er nog niet, maar je weet tenslotte nooit. De fjord is op sommige plaatsen meer dn 150 meter diep De beluga's leven tot ongeveer 50 meter diepte.
Het is een mooi pad met mooie uitzichten op de fjord en omliggende bergen. Geen belaag's maar wel veel muggen. Hoewel we verschillende van onze armen hebben kunnen afslaan, zal het de komende dagen nog wel genoeg gaan jeuken vrees ik.
Tegen half vijf zijn we terug bij de auto en rijden het laatste kleine stukje naar Tadoussac waar we de komende nacht verblijven on de laatste B&B van deze reis. Een leuk huis , waar de innkeeper ons trots zijn man Cave laat zien waar we kunnen poolen, tafelvoetbal of andere spellen kunnen spelen.
Na de spullen op de knusse (lees kleine) kamer te hebben gezet lopen we naar het kleine haventje, waar we nog een korte wandeling volgen van een 1,5 kilometer met uitzicht over de ingang van de Fjord en op de St. Lawrence rivier. Het is een rondje dat uiteindelijk weer bij het eind van het haventje uitkomt. We lopen daar langs een eenvoudig maar leuk restaurant waar we maar gelijk gaan zitten want de maag begint nu wel een beetje te knorren.
Het smaakte prima waarna we terugwandelen naar de B&B.
Morgen de rit langs de St. Lawrence naar de stad Quebec. Hier begint eigenlijk het tweede deel van onze trip met een aaneenschakeling van stedentrips. En in deze steden verblijven we in hotels in plaats van B&B's.
Even afhankelijk van het weer hoe de dag van morgen er uit gaat zien. Er zijn best veel leuke plekjes om te stoppen, maar de weersverwachting is regen en onweer, dus dat moeten we aankijken morgen.

Geschreven door Frans-en-plonys.reisblog