Zondag vandaag en dus staat het leven in Italië een beetje stil. Wij gaan een stukje terug langs de kust, naar Trani waar we eerder al even hebben rondgestruind en nemen gelijk wat plekjes in de omgeving daar mee.
We starten in een grote outlet, vlak voor Trani, bij Bisceglie. Het is een vrij grote outlet, splinternieuw, ze zijn aan het laatste deel zelfs nog bezig. We starten zoals gebruikelijk met een cappuccino, waarna we een uurtje rondwandelen. Ook hier natuurlijk de bij ons bekende merken maar vooral de voor ons onbekende, Italiaanse merken.
Vervolgens rijden we naar een kasteel, het Castel del Monte. Dit staat ter hoogte van Trani, iets in het binnenland, op een heuvel. Een hoge, kegelvormige heuvel, in het Duits een Hohe Staufe genaamd, een hoge beker.
Het kasteel is rond 1240 gebouwd in opdracht van Keizer Frederik II van Hofenstaufen, toenmalig heerser over het koninkrijk Sicilië. En het is een beetje vreemd kasteel, Zo is alles in het kasteel achthoekig. Het kasteel vormt een volmaakte achthoek, een octogoon.
Rond de achthoekige binnenplaats liggen acht identieke zalen waarvan de muren en plafonds met marmer bekleed zijn. De muren zijn acht voet dik en tachtig voet hoog. Er zijn twee verdiepingen, dat maakt in totaal zestien zalen. Aan de buitenzijde staat aan elke hoek een uitstekende, achthoekige, gevechtstoren. Drie van de acht torens hebben wenteltrappen. Zij draaien 'verkeerd om'. De acht bovenzalen hebben wel een doorgaande verbinding. De zalen hebben tweebogige vensters en een vensterbank. De zaal, die precies op het noorden ligt heeft een venster met drie bogen, het 'Andria'-raam'. De achtste zaal, exact op het oosten, boven het hoofdportaal, wordt de 'troonzaal' genoemd. De zaal heeft als enige een venster naar buiten en naar het binnenhof. De zaal wordt met Frederik zelf geïdentificeerd.
Een ander vreemd iets is dat het een mysterie is waar het kasteel voor werd gebruikt. Het is niet bruikbaar als vesting of als woonkasteel, zo zijn er geen keukens, voorraadkamers of kapel. Slechts vijf zalen hebben een schouw, maar er is geen houtopslag, dus dat is kort stoken. Er is geen ridderzaal of ontvangstzaal, geen slotgracht of greppel, en ook de toegangspoort is moeilijk te barricaderen. Mogelijk was het bedoeld als jachtslot, maar stallen en verblijven voor valkeniers ontbreken.
Wel is het vol symboliek. Acht is het getal van de hemel en symboliseert de eeuwigheid en de wederopstanding. De cirkel symboliseert de hemelse oneindigheid en het vierkant is het symbool van de aarde. In de achthoek versmelten vierkant en cirkel, het is de verbinding tussen het goddelijke en menselijke. Frederik was een bekwaam wiskundige en de getallenleer, getallensymboliek en kabbalistiek hadden voor hem geen geheimen. Hij had contacten met grote wiskundigen van zijn tijd, zoals Fibonacci.
Omdat we in Corona-tijd er niet aan hadden gedacht on-line een kaartje te kopen en een tijdslot te reserveren, bleef het bezoek voor ons beperkt tot de buitenkant. En de lunch want die hebben we in het bijbehorende restaurant genuttigd.
Hiervandaan is het niet ver naar Trani waar we de auto bij de haven kunnen parkeren. Het is aardig warm dus de eerste halte is een ijssalon met terras aan de haven. Een bescheiden ijsje en een half uur later wandelen we een uurtje door de oude straten achter de haven, deze hadden we overgeslagen de eerste keer dat we hier waren. Ook hier weer de typische straatjes met oude huizen, oude deuren, wasgoed over de straat, kortom Italiaanse straatjes met bogen en doorkijkjes. We houden het een uur vol en rijden dan naar een ander havenstadje, even verderop, Bisceglie. Ook hier kunnen we de auto vlak naast de haven kwijt en worden direct verrast met twee grote muurschilderingen, 1 van Batman met een mondkapje. Waarschijnlijk is dat er onlangs bijgeschilderd, of het is een wel erg recente muurschildering.
Ook hier in de haven is het duidelijk dat het zondag is. Net als eerder vandaag in Trani liggen nu de wat grotere vissersboten allemaal afgemeerd. Waarschijnlijk zijn deze gedurende de week op zee, maar zondag niet. Het is net Kortjakje.
Een leuk beeld van een visser met een inktvis in de hand, die hij op de havenvloer gooit. In Griekenland hebben we de vissers dat wel zien doen, het schijnt de smaak en eetbaarheid ten goede te komen.
Wij lopen verder en ook hier uitnodigende terrasjes die we niet kunnen weerstaan. Dit keer geen ijsje, maar iets vloeibaars in een glas.
Zo tegen vijfen rijden we terug naar het hotel om even lekker op te frissen een een tafel in een restaurant in de buurt te reserveren. Morgen weer terug naar de kust, maar dan iets meer hier in de buurt.
Geschreven door Frans-en-plonys.reisblog