Ook de zondag wordt nog een winderige dag. Ondanks de vrije dag staat er toch nog een programma te doen. Om 10.00 uur gaan we eerst een kop koffie drinken in een plaatselijk cafeetje. Een soort Loppis (Zweedse tweedehans verkoop), veel oud spul in de tuin en allerlei zelfgemaakte huisvlijt te koop in het café. Koffie met weer zelfgebakken (worteltjes) taart. Ja bakken en koken kunnen ze hier wel. Na onze saaie menu’s in de Balkanlanden gaan we dit keer ons hart ophalen aan allerlei lekkers en vooral ook anders eten.
Na de koffie onze eerste ervaring met de stoffige wasbord wegen. We poolen weer en zitten dit keer bij Gijs en Iet in de camper. Met Jacques en Lies achterin en dan voelt het hobbel en gebobbel wel heel anders. Niet altijd even fijn.
Het Namaqua National Park staat bekend om de bloemenpracht in de maanden augustus en september. Het is hier echter veel te droog en de bloemen worden steeds minder. Maar als we eenmaal aan de wandel gaan zien we de kleine oranje en gele bloemetjes beter. Het is natuurlijk weer op het heetst van de dag dat we gaan lopen en het licht op de bergen is stoffig. De bloemen hebben weer klinkende namen als: Maartblom, Berggousblom of Pietsnot. Prachtige, soms wel paarlemoerachtige kleuren. We lopen 1 ½ uur in de hitte van meer dan 35 graden. Eigenlijk gaat dat heel gemakkelijk, het is hier niet zo vochtig als in Nederland.
Na terugkomst is er een picknick. Bij het koffiecafeetje waren picknickmandjes meegenomen. Een variatie van sandwiches met kaas, een gekookt ei en wat zakjes chips. Met deze warmte kan je niet al te veel eten ongekoeld vervoeren.
En dan de instructie hoe een band te verwisselen van de camper. Dat is zeker heel nuttig op deze wegen.
Dit onder een boom waar de vogeltjes (Wevertjes) weer hard bezig zijn met het bouwen van hun mooie nesten aan de takken van de boom.
Uiteindelijk zijn we pas om 3 uur terug op de camping en om 6 uur gaan we weer gezamenlijk avondeten.
Dit keer zijn het de mensen van de kerk. Kamieskroon is een piepklein plaatsje met zandweggetjes door het dorp. Inwoneraantal zal ongeveer 110 zijn, waarvan er velen wekelijks naar de kerk gaan. Jacques had (per ongeluk) een kleine inzage in het financieel jaaroverzicht van de kerk met een eigen vermogen van 1,1 miljoen Rand…
Natuurlijk gaan we eerst de kerk bekijken. Dat hoort er nu eenmaal bij. Buiten de kerk is het evenzo mooi in het avondlicht. Er staat een prachtige Kokerboom. Dit is een zeldzame boom, met een holle stam. De boom houdt zijn vocht vast in de dikke bladeren en verdikte stam. Om verdamping te voorkomen zijn de bladeren voorzien van een waslaag.
Daarna hebben we in de kale gemeenschapsruimte (tevens sportzaal) een maaltijd gekregen, gemaakt door de dames en heren van de kerk. Wat is er weer lekker en uitgebreid gekookt. Geweldig! Ze vinden het wel wat gek als je het recept komt vragen… Ook ietwat teleurstellend… waarvan ik dacht dat het zoete aardappel was bleken het gewone aardappels te zijn. Suiker, stroop en ‘glanspatatten’ karamelliseren! Ja veel suiker, kan niet missen dat dit smaakt. Geen recept om mee naar huis te nemen, bovendien zou geen groenteman weten wat een ‘glanspatat’ is.
Maar met onze aanwezigheid hebben wij de inkomsten van de kerk waar wat verbeterd en dat was het zeker waard!
Morgen gaan we naar Namibië!
Geschreven door Peter.en.Eelke.op.stap