Bestemming bereikt
Ik ben vannacht een paar keer wakker geweest door lawaai en gerommel van de Engelse buren.
Vandaag is de klim naar Roncevalles.
Om 10:00 ben ik in Valcarlos, is het al 25 graden en heb reeds aardige hellingen achter de rug.
Er is veel guardia civil op de been. Zo ook bij de Spaans/Franse grens, waar ze het uitgaande verkeer controleren, en ze komen regelmatig met motoren langsrijden. Ik mag gewoon doorrijden.
Om 11:45 neem ik een wat langere pauze na 22 kilometer ploeteren. Het valt niet mee. Het is een zware lange klim, het is warm en soms heb ik wind tegen.
Om 13:00 ben ik in Roncevalles. Daarvoor heb ik nog wat foto’s op de Ibañetapas gemaakt.
In Roncevalles haal ik een stempel in de OdT. Als ik naar buiten loop zie ik iemand met het naambordje ‘Fons’.
Die moet ik hebben, denk ik.
Ik vraag Fons waar het pelgrimshospitaal is voor informatie.
Fons begreep me niet helemaal. Of ik was komen lopen, vraagt hij, terwijl ik met de fiets in de hand sta.
Uiteindelijk zei hij dat ze eerst gingen eten, dat dus nu alles dicht was en dat het een uur later open ging.
Ik heb eerst zelf ook maar een broodje gegeten en toen het weer open ging ben ik een stempel gaan halen. Ik had intussen besloten door te fietsen naar Pamplona. Ik was toch bezig.
In de ruimte waar al de pelgrims een plek komen vragen, of een stempel komen halen, stond er wierook te smeulen. Ik kon het wel raden, maar bij navraag was dat om de lucht van al die stinkende pelgrims te verdrijven.
Na Roncevalles zijn er nog twee zware klimmen richting Pamplona.
Om 17:00 ben ik bij Arre. Een paar kilometer verder ligt de camping. Bij Arre is, net over een historische brug, een pelgrimsopvang en een kerkje. In de kerk is het doodstil. Als je binnenkomt gaat er licht aan, wat even later weer uit gaat, en je dus vrijwel in het donker zit. Een vreemde gewaarwording.
Ik ben ongeveer 4 kilometer van Pamplona en wil natuurlijk vandaag daar al aankomen.
Ik fiets nog een stukje door en ben ik na 1.832 kilometer bij het stadsbord van Pamplona. Ik vraag mensen mij op de foto te zetten.
Zo, ook weer gedaan. Op naar de camping.
Om 18:00 ben ik op de camping.
Ik zoek een plekje. De dame van de receptie had gezegd dat er bij het zwembad ook plaatsen waren, maar ik kan het zwembad niet vinden. Ik vraag het aan iemand. Deze geeft zijn zoon 5€ en zegt dat hij me het zwembad moet wijzen. Uiteindelijk ga ik naast degene staan die net zijn zoon erop uit had gestuurd om mij te helpen.
Het blijken Letten te zijn. Ze zijn bezig met een “crazy roadtrip” door Europa met een 20 jaar oude bus. Man, vrouw, twee kinderen en een hond van het formaat Duitse herder. Hij haalt een grote kaart van Europa uit de auto en laat zien hoe ze gereden zijn. Estland, Litouwen, Duitsland, Nederland, België, Frankrijk en nu Spanje. Ze willen nog naar zuid Spanje en dan weer terug naar Letland.
Ik vraag waar hij in Nederland is geweest. Amsterdam, Amersfoort en Rotterdam. Dus geen Kinderdijk, geen Deltawerken en geen Giethoorn. Gewoon Amersfoort.
Hij vond het allemaal wel mooi en Nederlanders zijn aardige mensen, volgens hem.
Ik krijg een Nederlands “Kordaat” biertje van hem en later nog een energiedrank, die het zoontje komt brengen (ik weet niet of hij hier geld voor heeft gehad).
De electriciteitsaansluiting zit achter hun bus. Hij haalt uit de bus een verlengsnoer en zo heb ik ook elektra.
Om 20:00 laat de Let de motor van zijn bus een uurtje draaien.
De kinderen slapen in een heel klein tentje en de man en vrouw in de bus, welke helemaal volgestouwd is met spullen.
Het is om 23:00 nog erg lawaaierig op de camping. Er zijn veel kinderen nog laat op. Ik vind het allemaal best.
Ik zie ook nog andere fietsers die in de avond aan het inpakken zijn. Blijkt dat ze met de bus van Cycletours terug gaan, en die vanaf de camping vertrekt.
“O, gaat er volgende week ook een bus?”, zeggen ze.
“Ik hoop het wel”, zeg ik.
Ik heb het toch maar even gecheckt en het klopt. Mijn bus gaat volgende week.
Geschreven door Op-fietse