Ik werd wakker en voelde me beroerd, pijn op de borst en rond mijn hart. Kortademig. Ik zou met de trein naar Boxtel gaan en daar met een vriendin de NS-wandeling naar Oisterwijk maken. Een dagtocht van 18 kilometer, die wij opgeknipt hadden in twee stukken, van 12 en 6 kilometer. Het idee om te gaan kamperen was al gesneuveld omdat zij de hele week nog last van een griep had gehad, we zouden overnachten in een Nivonhuis.
Maar wat zag ik er nu tegenop!
Ik appte dat ik misschien na een uur lopen om zou keren, maar dat ik wel zou gaan.
We begonnen heel langzaam en na een half uur al stelde zij voor om te gaan zitten en te lunchen. Leve de griep! Ik was niet de enige die niet zo snel hoefde (kón) lopen en veel pauzes nodig had! Na een kleine 10 kilometer kon ik niet meer lopen en praten tegelijk en in stilte liepen we het laatste stuk langs de prachtige Oisterwijkse vennen. Eenmaal op mijn bed viel ik gelijk in slaap, waarna we wel weer puf hadden om eten te koken.
De dag daarna ging het nog beter. Door een omweg werden de 6 kilometer er 10 en ik voelde me net de man van Raynor Winn (van ‘Het Zoutpad’) of van ‘Drie mannen, drie lama’s’: beiden begonnen ziek respectievelijk herstellend aan hun voettocht en merkten dat het gaandeweg steeds beter met ze ging.
Na een dag thuis vertrok ik weer met mijn rugzak, dit keer alleen en mét tent.
Het Pieterpad van Vorden naar Laren, de eerste dag 14 kilometer heen de tweede dag dezelfde weg terug. Niet mijn wandelstokken vergeten, want zonder wandelstokken geen tent! Ik liep rustig maar heerlijk. Nam onderweg twee keer uitgebreid de tijd om koffie en thee te zetten, voor het eerst met mijn Trangia mini (spiritusbrander), de concurrent van mijn nieuwe ultralichte gasbrandertje. Beide hebben voor- en nadelen, misschien wordt het iene-niene-mutte wie er te zijner tijd mee mag naar Rome. Mijn slaapzak beloofde lekker warm te zijn tot -1 ᵒ C, maar dat bleek een grote leugen te zijn, en de R-waarde (isolerende waarde) van mijn matje bleek ik niet onderzocht te hebben: mijn God, wat heb ik het in mijn slaapzak, aangekleed met alles wat ik mee had, koud gehad! Des te tevredener was ik dat ik, na zo’n nacht, zonder problemen terugliep.
Niet alleen had ik twee hele fijne dagen, maar dit experiment diende eigenlijk een ander doel: kan ik toch dit jaar nog aan mijn pelgrimage beginnen?
Van lopen krijg ik geen rare hartkloppingen, word ik niet benauwd, word ik nog steeds veel sneller moe dan vroeger, maar niet minder gelukkig.
Ik ga.
Geschreven door Hanneke.op.pelgrimage