Nog een verhaal geschreven door Bastiaan.
Voor ik dit verhaal begin wil ik iedereen bedanken voor de ontzettend leuke reacties op mijn andere twee verslagen. Ik heb Jan al gezegd hoe leuk ik het vind te lezen dat jullie allemaal zo betrokken zijn bij Jan en zijn avonturen. Erg leuk!
Het is zondag 14 augustus, onze laatste dag in Budapest, dus onze roadtrip is ook alweer bijna ten einde. De laatste dag hebben we maar een paar dingen op de planning staan, dus genoeg tijd om lekker op terrasjes te zitten, koffie te leuten en te werken aan onze verslagen.
We starten deze dag met het prachtige Parlementsgebouw van Budapest. Dit is een gotisch gebouw dat als een sprookjesachtig paleis aan de Donau voor de stad uittorend. Het gebouw is kolossaal en fantastisch versiert. Mooie steunbogen, torentjes en verfraaiingen aan de gevels. Van een afstandje kunnen we het bekijken terwijl we ons tegoed doen aan broodjes, gebak en emmers met koffie.
Om een uurtje of 1 lopen we om het mooie Parlementsgebouw en besluiten naar binnen te gaan. Echt super jammer, maar we komen niet meer binnen, want alle kaartjes zijn verkocht voor vandaag. Balen, maar gelukkig hebben we al erg kunnen genieten van de buitenkant, die al adembenemend is.
We hebben er nu drie steden opzitten en we hebben het in ieder stad erg naar onze zin gehad. k kan voor mezelf concluderen dat Budapest het meest bijzonder is. Praag heb ik ervaren als statig, elitair, een stad die in haar houding wat afstandelijk is, wat ook in de horeca en de mensen is terug te zien. Te mooi om waar te zijn. Een stad met veel pracht en praal, maar heeft niks persoonlijk en blijft door haar schoonheid altijd afstandelijk. Bratislava is juist het tegenovergestelde. Pracht en praal is daar ver te zoeken, maar de mensen zijn er verwelkomend en open. Ook is het inwonersaantal van beide steden erg verschillend. Waar Praag 1,2 miljoen inwoners huisvest heeft Bratislava er maar vierhonderdduizend inwoners. Budapest is het grootst met 1,7 miljoen stadsbewoners. Budapest voelt aan als een wereldstad waar altijd wel weer wat nieuws te ontdekken valt, ook al zou je er je hele leven wonen en elke dag op ontdekkingsreis gaan in deze stad. Een stad om nooit genoeg van te krijgen.
Nu we niet bij onze laatste bezienswaardigheid naar binnen kunnen besluiten we dat het eigenlijk te warm is om nog meer aan sightseeing te doen. We zoeken een plek om wat drankjes te doen en vinden een dakterras vlakbij waar we lekker kunnen hangen en relaxen in de zon. Met een koud drankje en een watersproeiventilator, kunnen we deze ziedende hitte makkelijk trotseren. We beginnen een zoveelste potje Machiavelli in de hoop dat dit wellicht de eerste keer wordt dat we het gaan afmaken, want op andere avonden kwam er telkens een leuke ontmoeting tussen. Shit, verloren. Jan is vervelend goed in dit spel! Erg leuk is het wel als je er helemaal inzit en met een paar potjes kom ik telkens dichterbij, maar verlies nog enkele keren. Het is ontzettend tactisch, omdat je continu aan het anticiperen bent wat je tegenspeler gaat doen en daarop inspeelt. Wanneer de zon al wat lager begint te staan en de hitte wat bedaart besluiten we richting de hotelkamer te gaan.
Aangekomen kleden ons om en gaan richting het etentje met pianoconcert met diner. Omdat alle steps die ik scan het niet doen rijden we door de straten op de step van Jan. Erg grappig, want er kijken veel mensen ons na en opeens horen we “Happy honeymoon!” naar ons toegeschreeuwd. Wij zijn het blije homostel geworden dat door de straten van Budapest scheurt met een elektrische step. Ook op de boot krijgen we deze rollen toebedeeld en buiten we uit, zie hiervoor de foto’s. We maken foto’s van andere groepen en stellen, waarna wij verschillende keren kunnen poseren voor leuke foto’s met een fantastisch uitzicht. De muzikanten beginnen omstebeurten op de twee piano’s te spelen. Gedurende de boottocht spelen ze soms samen waarbij ze lekker aan het jammen slaan en elkaar uitdagen met verschillende solostukken. Allemaal heerlijk jazzy. Midden in het stuk loopt een vrouw naar voren en begint te zingen. De sfeer zit erin en iedereen klapt en joelt aan boord. Ook hier zijn wij weer de fanatiekelingen waarbij we klappen, lachen, joelen en mensen opjutten hetzelfde te doen. We komen weer aan op de bestemming van de aanlegsteiger en voldaan verlaten we als laatsten de boot.
Met step in de hand lopen richting het centrum. We hebben nog één ding niet gezien in Budapest en omdat dit de laatste avond is, is dat de perfecte tijd voor deze laatste bezienswaardigheid, De Ruin Bars. Dit zijn een aantal horecazaken waar het uitgaansleven van Budapest ook bekend om staat. Elke muur is volgeplakt met stickers en beschreven met stift en opgespoten met graffiti. Er staan oude auto’s waar banken van zijn gemaakt, badkuipen waarin je kunt zitten en overal op de hogere niveau’s staan planten. Je kijkt echt je ogen uit en voor een zondag verbazingwekkend druk. De hele tent staat vol met mensen, waarvan veel festivalgangers van Sziget, het internationale muziekfestival van de hoofdstad. We komen meteen met een vader en een zoon uit Italië aan de praat. De zoon heeft onze leeftijd en tourt met zijn vader, Angelo, door een aantal landen in Europa. We komen erachter dat Angelo graag een dame vindt en onderzoeken bij verscheidene vrouwen op leeftijd of ze hem wat vinden. Dit zorgt voor hilarische taferelen, waaronder dat Angelo op een geven moment de salsa met één van deze vrouwen begint te dansen. Prachtig! Jan heeft het plan verworven om zijn marionetkunsten eens ten toon te stellen en begint mensen op te jutten om een danscirkel te beginnen. In minder dan twee minuten is het voor elkaar. Met veel gelach en veel spetterende dansmoves laten iedereen zien wat hij in huis heeft. Wat een heerlijke avond. Omdat we morgen vrij vroeg eruit moeten besluit ik om 2 uur dat het tijd is om naar huis te gaan. Jan voelt hem wel zitten en omdat ik geen druppel op heb rij ik deze keer maar, met Jan achterop de step. Jan kan niet helemaal stil op de step blijven staan dus we zigzaggen over de weg. Gelukkig zijn we vlakbij het hotel en is er vrijwel geen verkeer. Ik zorg dat Jan nog wat te eten krijgt, want bestellen is niet echt meer aan hem besteed en tevreden zit ik naast hem terwijl hij een durum doner verorbert. Gevuld en voldaan stappen we de hotelkamer in. Voor we in slaap vallen heb ik nog even een moment dat ik me verbaas over mijn vriend. Zelfs in een staat van dronkenschap besluit hij dat zijn broek en zijn schoenen hoognodig gepoetst moeten worden voor hij op bed ligt. Na nog even grondig te hebben gepoetst begint Jan vrijwel meteen begint te ronken. Wat een avontuur hebben we weer meegemaakt, fantastisch!
Geschreven door Jantjemadesreisverhalen