Heerlijk geslapen zeg, lekker bed, raam open. Bij het binnenkomen in de ontbijtkamer vindt Emanuela dat ik er tien jaar jonger uitzie en zo voel ik me ook. Copieus ontbijt, mama doet niet onder voor Leo. Dan trek ik zo licht als een veertje de poort achter me dicht, niet voordat ik het adres heb 'geparkeerd' in Google Maps, want anders kom ik vanavond aan de andere kant van Spoleto weer uit. Ik sla op gevoel rechtsaf omdat ik denk dat het links is. Rechts was goed en ik loop linea recta onder de toegangspoort het historische stadje binnen. De eerste kerk die ik bezoek heeft fantastisch mooie fresco's, kleurrijk en grotendeels in tact. Het is eigenlijk gewoon de voorloper van onze graffiti. Mijn waterflesje lekt en druppelt op mijn kuit. Ik verstop de fles ergens in een hoekje van de kerk, en raad eens waar die nu nog staat? Emanuela wees me op het feit dat in de Duomo, de Dom van Spoleto om half elf een zondagsmis wordt gehouden. Daar ga ik op af, want er is vast ook een koor en dat galm ik graag even mee. Daarbij moet ik zorgen dat ik zo'n priester bij zijn habijt grijp want ik moet en zal een stempel van deze Duomo, anders ga ik niet weg. Deze stad heeft Scale Mobile, dat zijn bewegende trappen, oké, roltrappen. Ik heb er zeven geteld, achter elkaar naar boven, overdekt. Ik kwam boven de Dom uit en moest weer een stukje naar beneden. De mis was al een tijdje bezig en ik heb wat halleluja's meegezongen. De mevrouw die achter mij zat kende het helemaal uit haar hoofd en dat moest de hele kerk horen.
Nadat de mis was afgelopen begonnen mijn argusogen zich te vernauwen, waar vind ik mijn 'timbo'? En dan is het ineens zó simpel, een mevrouw haalt de dikke touwen weg die mensen tijdens de mis moeten tegenhouden. Dove trovo un timbo? Ja, kom maar mee, in de sacristie. Ze zette er flink de pas in, deur in, deur uit en ik moest uitkijken dat ik haar niet uit het (argus)oog verloor. Bots nog bijna tegen de Monseigneur in burger op en daar was het kantoortje met de stempel. Zo mooi! (zie foto).
Dan wil ik nog naar de Rocca Albornoziana, helemaal bovenop de berg. Er is een lift dus die pak ik. Eerst druk ik op het alarm, maar gelukkig komt niemand mij redden. Dan druk ik op de enige andere knop en even later sta ik weer beneden. Toen maar de trappen opgelopen, dat waren er meer dan 200 hoor. Maar daar doe ik tegenwoordig niet moeilijk meer over. Mooie foto's gemaakt, ook van de Ponte delle Torri, die door een aardbeving onveilig is verklaard. Daar moet ik morgen dus omheen volgens mijn beschrijving. Alle lof trouwens voor Pieter Quelle van de Vereniging van Pelgrimswegen, die zeer zorgvuldig heeft gezorgd dat ik iedere dag weer op de plaats van bestemming aankom.
Het is ondertussen 31 graden in de zon, maar er zijn hier genoeg koele straatjes. Ik zoek rond 13.00 uur een restaurantje. Je moet gewoon zoeken naar een plekje want alle Italianen eten buiten de deur, het kost ook bijna niets. Heerlijk bord met allerlei lekkere gerechtjes opgepeuzeld. Daarna even op een bankje in de schaduw met mijn dochter Lisette geappt. Haar amandelen zijn afgelopen donderdag geknipt (heet dat nog zo?) en ze leeft nu op kokosmelk heb ik begrepen. Sterkte lieverd, ik heb een kaarsje... maar dat helpt niet, vrees ik.
Morgen loop ik naar Monteluco, eigenlijk naar Patricio, maar de familie Bartoli doet dit jaar iets anders en zij zijn het enige overnachtingsadres daar. Maar ik heb iets geregeld met Albergo Ferretti. Dus morgen 5 km klimmen, da's nog wel te overzien.
Pace e bene
José
Geschreven door JoselooptGR5vanMaastrichtnaarNice