Dag 52, Notre Dame de Prime Combe - Pougnadoresse, 58 km.
Het weer:
Warm en zonnig, bijna geen wind, boven de 34 graden.
De route:
Niet gemarkeerd en veel langs een drukke weg.
De gegevens:
Vertrokken om 08:00 uur, gestopt om 15:00 uur. Gereden 4:30, 58km, gemiddelde van 13. Max 43. Stijgen 521m dalen 394m.
Het verslag:
Heet en heter
We staan klaar om te vertrekken. Alles nagekeken en dan begint er een vrolijk klokje te bengelen. Ik kijk op en Hans zingt mee. Ave, ave, ave Maria. O ja. De mensen die er nog meer zijn zullen wakker moeten worden. Even erna slaat de klok 8 uur. Straks zal er een mis zijn in de buitenkerk waar we voor staan. Twee geiten zijn aan de wandel en gaan de trap op de kerk in. Te laat om te fotograferen. Rijden het weggetje af dat we gisteren moesten klimmen in die hitte. Dit gaat wat makkelijker.
De hitte zorgde er wel voor dat we goed hebben geslapen. Geen airco, geen ventilator nodig. Als alles zoveel mogelijk dicht blijft gaat het dus goed.
Deze route hebben we al eens gereden. Gisteren herkende Hans wat plekjes. Zo van. Daar hebben we toen gegeten en in dat straatje overnacht. En toch herkennen we niet veel van de route. De Pont du Gard hebben we toen bezocht vanuit Uzès. Ook daar zien we niets bekends op de route.
Steeds weer komen we op de D22 uit vanuit leuke dorpjes met heerlijke schaduwbomen. Op zondag is de bakker open, dus ook die bezoeken we voor een paar lekkere broodjes. Berepootjes (pattes d’ours) worden het vandaag. De Paimpol raisonneur zijn al op. Ook deze zijn lekker, want in een volgend dorp is de bar gelukkig open. De mevrouw van de bar geeft ons nog even heerlijk fris water mee. Wielrenners groeten en moedigen ons aan met courage en jolie. Ze gaan veel harder dan wij. Automobilisten die inhalen en niet even kunnen wachten zijn er regelmatig.
Pff, het is echt wel heet. Verbranden doe ik niet. We smeren goed, maar mijn velletje vertoont hitteuitslag. Van die vervelende rode plekken. Ze trekken wel weer weg. En de plekken van Carcassonne zullen misschien weg zijn als we thuis zijn. Het is niet anders.
Hans trapt ook dapper door, maar plotselinge bewegingen veroorzaken toch wel wat pijn en gaan liggen in bed is ook even moeilijk. Oké, we gaan door. Welke route we verder gaan moeten we een deze dagen beslissen.
Uzès. Aha, een winkel die nog open is. We nemen het zekere voor het onzekere en kopen wat eten dat we zonder te koken klaar kunnen maken. Hoeveel gaan we verder, vraagt Hans. Wat mij betreft niet veel. Echt geen 30 of 40 km meer. We hebben er inmiddels al 42 km opzitten. In Pougnadoresse is wat. Geen restaurant en geen kookgelegenheid. Prima. Wij zijn creatief.
Nog even het laatste stuk. Valt altijd tegen. Wat een akelige klim. Denk je dat je uitgeklommen bent, komt er weer zo’n klim.
Ik wil regelmatig mijn broek recht trekken en op een schaduwplekken wat drinken. Pff, en dan roep ik stop Hans. We hadden het er al over gehad. We zijn in de Provence en we hebben nog steeds geen lavendelveld gezien. Nu rijden we er zo langs en naderhand nog een. Prachtig. Een paar velden met zonnebloemen hadden we al gehad en nu dit. Mooi.
Komen we bij ons adres hangt er een bordje dat er vanaf 18.00 uur pas ontvangst is. We gaan lekker in de schaduw zitten met onze zoute chips en schweppes. Even later zie ik iemand de was er afhalen en hij ziet ons. We worden toch ontvangen en vallen in slaap van de warmte.
Geschreven door Hans-en-alies.avonturen