7 januari... een verschrikkelijk lange dag waarbij ik niets gedaan heb maar toch ontzettend moe van werd.
Het werd een dag vol onvergetelijke kleine momentjes. Ik koos er bewust voor om deze niet op foto vast te leggen, maar ze op te slaan in mijn geheugen. Achteraf gezien wel moeilijker om er een blogbericht over te schrijven, maar het is gelukt om met mijn gedachten even terug te gaan in de tijd:
3u30 - Tuut tuuuuut! Een halve meter sprong ik omhoog op mijn plankenbed. De wekker ging, mijn ogen gingen open en mijn kamer was leeg. Toen besefte ik dat het de laatste nacht was in de compound. Met een slaperig hoofd en nog prut in de ogen pakte ik de allerlaatste zaken in (het muskietennet, de wekker en het kussen). Daarna nam ik de tijd om nog eens goed rond te kijken. Dit was het dan, de laatste uren in Tamale en de laatste minuten in het gastgezin. Een vreemd gevoel, maaaaaaar, ik vertrok op reis! Een leuk vooruitzicht na een minder leuk moment van afscheid nemen.
4u00 - Mijn koffer en trekrugzak had ik alvast buitengezet. Hetgeen ik niet meer nodig ging had, legde ik mooi op een stapeltje op mijn bed. De diabolo’s voor de jongens (ze moesten beloven om goed te oefenen zodat ze veel trucjes kunnen doen), nog wat waspoeder voor de moeders, een tekenschriftje, potloden, verf en stickers voor de meisjes, … . Ik denk dat ze er allemaal wel iets uit kunnen halen. Als niet één persoon het zich toe-eigent natuurlijk. Maar ze wisten ervan, omdat ik het hen gisterenavond al had verteld. Toen ik buiten stapte, dacht ik er plots aan dat ik eigenlijk de ouders niet meer gezien heb gisteren, zodat ik geen dankjewel meer gezegd heb en ook geen afscheid meer heb genomen. Een schuldgevoel kwam boven, maar de stress nam dit gevoel snel weg.
Om 4 uur had ik met Salam afgesproken maar hij sliep nog. Het is dan ook midden in de nacht. Ik liet even de telefoon overgaan en één seconde later klonk het kerstmuziekje 5 meter verderop uit zijn kamer. Het werd meteen afgeduwd en niet veel later stond hij er. Met kleren aan en een patroontje van de mat op zijn wang gedrukt. De yellow yellow die hij gisteren geregeld had, werd gebeld maar was niet te bereiken. Dan maar hopen dat de taximan van enkele straten verderop thuis was! Na 20 minuten wachten op de binnenplaats was Salam nog steeds niet terug. Ik nam dan maar het initiatief om met de bagage al naar de straatkant te lopen (na voor de laatste keer de compound nog eens goed te bekijken in het maan/straatlantaarnlicht) om daar uit te kijken naar één of ander vervoermiddel dat toevallig zo vroeg in de ochtend reed. Geen geluk. Het was muisstil op straat. Op de zes geiten na die wakker werden omdat ik eraan kwam. Geen mens te zien en al zeker geen rijdend vervoermiddel. Het was ook nog eens pikkedonker, wat niet meteen een geruststellend gevoel geeft, maar al bij al was ik nog wel rustig omdat ik de plaats ondertussen al ken.
4u45 - Eindelijk een yellow yellow die me naar de stad kon brengen. De bestuurder was daarnet toevallig langsgereden met passagiers en in volle vaart riep hij dat hij straks terugkwam. Niet dat ik dat verstaan had, maar tien minuten later stond hij er wel. Een babbeltje doen en onderhandelen over de prijs... tot ook Salam aankwam mét een taxi. Ik vergeleek de prijzen en daarbij kwam de yellow yellow er als goedkoopste vervoermiddel uit. Mijn reusachtige grijze koffer werd met veel moeite op de achterbank getild en dan kroop ik voor de laatste keer in een yellow yellow. Onderweg naar de stad moesten we Lotte oppikken aan het begin van de straat. Het was een hele klus om de weg uit te leggen. De man verstond niet zo goed Engels, maar we zijn uiteindelijk bij de bushalte geraakt. Bleek dat het de verkeerde bushalte was! Met koffer (gelukkig staan er wieltjes onder), trekrugzak en starende blikken stapten we te voet naar het andere busstation. ‘Hurry up’ zei een man, toen we vroegen waar we naartoe moesten voor de bus naar Yendi, want op deze tijd vertrok er meestal maar één.
6u15 - Het was een drukte van jewelste. Anders druk dan overdag, maar nog steeds druk. We passeerden verschillende trotro’s die naar een of andere bestemming vertrokken en daartussen vonden we onze eerste bestemming: Yendi. We kochten meteen een kaartje, sprongen in de bus en mochten dan nog een twintigtal minuutjes wachten tot de allerlaatste plaats verkocht was. Voor mijn grote koffer moest bij elke busrit extra betaald worden. Hij werd door twee mannen op het dak getild om dan met de andere bagage vastgebonden te worden. (Hoe die eruit gaat zien tegen het einde van de week weet ik niet, maar ik weet wel zeker dat de koffer heel wat mee zal maken onderweg).
6u30 - Tamale --> Yendi. De bus is volgeladen, we kunnen vertrekken. In mijn en Lottes ogen was de bus eerder overvol. Waar normaal gezien 24 mensen in kunnen, zaten we nu met 39. Op onze rij, een rij van 4 zitplaatsen en een klapstoeltje, zaten in totaal 9 personen. Kinderen werden op de schoot of rechtstaand tussen de benen gezet. De dagelijkse handelingen werden ongestoord verder gezet: de vrouw naast me zat borstvoeding te geven en op haar knieën zat haar tweede kindje te slapen. Het was krap en vreemd om te zien, maar zo worden busritten nooit saai.
9u00 - Iets meer dan 2 uur later stopten we plots aan de kant van de weg. Geen enkele andere trotro was te zien, maar we waren wel aangekomen op de eindbestemming van deze rit: Yendi. Iedereen stapte uit, de bagage werd terug van het dak gehaald en we werden al snel ‘overvallen’ met taxichauffeurs. We hadden er inderdaad eentje nodig om ons naar het busstation van Yendi te brengen, want daar stond waarschijnlijk ons volgend voertuig. En inderdaad, toen we aankwamen stond de bus naar Bimbilla er. Helaas was deze bus net vol en mochten we wachten op de volgende.
10u10 - Yendi –> Bimbilla. Na terug een lege bus op te vullen (met jongeren die terug naar school moesten in hun eigen stad) konden we eindelijk vertrekken. Ook nu hadden we niet veel zitruimte. Deze rit was totaal anders dan de vorige, want ditmaal reden we niet meer op de verharde weg. Zandwegen vol met stenen, putten en gaten. We werden door elkaar geschud en vlogen om de 2 seconden de lucht in. En dat voor de volgende 3 uur.
13u25 - Bimbilla –> Borae. Lang was het niet wachten voor de volgende bus. Hij moest zelfs niet vol zijn! We vertrokken met 4 man en pikten onderweg nieuwe mensen op. Het was een beetje vergelijkbaar met de lijnbus: je zei waar je naartoe wou en betaalde voor die afstand. Ondertussen hadden we ook een man gevonden die mede Hohoe als eindbestemming had (Hohoe spreek je trouwens uit als Hohoj). Hij heeft ons begeleid bij het overstappen en bracht ons veilig op onze eindbestemming.
Onderweg keek ik mijn ogen uit. Herkenbare maar ook nieuwe dingen kwamen we tegen:
- een kerkhof tussen de bomen langs de weg (zagen we nergens in Tamale)
- ‘winkeltjes’ waar ze doodskisten maakten en mooi uitstalden om ze te verkopen
- vrouwen die een lange weg aflegden om water te gaan halen met bidons op hun hoofd
- vrouwen en kinderen die water stonden te pompen aan de pomp
- planten en bomen langs de kant van de weg die niet meer groen waren, maar oranje kleurden van het stof (de Hamatan of de droge periode, is hier duidelijk zichtbaar, ook wij waren bijna oranje sneeuwmannen toen we uit de bus stapten)
- grote stofwolken van de tegenliggers
- ….
(ik kan nog zoveel dingen opsommen die de rit mooi en 'anders' maakten)
16u30 - Borae –> Dambai. Ook deze keer stopten we plots aan de rand van een klein dorpje. We kregen uitleg van onze persoonlijke gids: we moesten uitstappen en de taxi nemen naar de veerboot om dan over het water naar Dambai te gaan. Een heuse belevenis. Het was prachtig toen we aankwamen aan het Volta lake. Er hing mist over het water. We stapten een gammel houten brugje over om dan tussen de mensen door op de veerboot te stappen. Er stond zelfs een open vrachtwagen met koeien op (de koeien waren allemaal dubbelgevouwen en vastgebonden zodat ze zeker niet meer konden bewegen). Een kwartiertje duurde de overtocht en dan meerden we aan aan de oevers van het dorp Dambai.
18u00 - Dambai –> Hohoe. De laatste trotro. Eindelijk! Het begon tegen te steken al die overstappen en busritten. Ook hier zaten we lekker krap en dicht op elkaar. En net zoals de andere ritten, had ook deze rit iets speciaals. Want langzaam aan reden we de nacht in. Aan beide kanten van de weg zag je vuurtjes branden. Ofwel om op te koken ofwel om het afval te verbranden. Zelfs in het donker keek je je ogen uit.
21u30 - Het tijdstip dat we aankwamen in 'Hotel Geduld'. We werden meteen gastvrij verwelkomd door de bazin des huizes: een kleine, goed gebouwde, vriendelijke dame. Gelukkig waren de mensen van het hotel zo lief om nog iets te voorzien van eten. Zo hadden we met ons twee een heerlijk dinertje bij kaarslicht. Nadat we onze buik vol hadden gegeten, zijn we meteen gaan slapen. Zo’n 15-uur durende rit put je wel uit. En we moesten morgen uitgeslapen zijn om onze reis verder te zetten!
Geschreven door Avontureninbeeld