Zaterdag 20 januari is een lui dagje. We genieten (ondanks de forse wind) van de zon, het geweldige uitzicht op het stadje Alcaucin en de gastvrijheid van Corinne en Chun. In de loop van de middag rijden we met z’n vieren naar de aan de Middellandse Zee gelegen stad Torre del Mar. Hier slenteren we over de brede boulevard en drinken wat. Rond etenstijd vind je ons in een restaurant, waar we een kilo T-bone steak (zelf klaargemaakt op de steengrill) met z’n vieren verorberen. Goed gevuld gaan we huiswaarts, waar we nog een afzakkertje nemen en dan het bed in rollen.
Zondag is vanouds een rustdag, maar zondag de 21ste is hier geen sprake van. Chun en Corinne hebben dit huis nog niet zo lang geleden gekocht, dus moet er van alles gebeuren en vandaag is dat de keuken witten. Tenminste, daar waar de keuken gaat komen aankomende week. Dus na het ontbijt iedereen oude kleren aan, de latex roeren, afplakken en gáán met die rollers. Natuurlijk wel eerst even de gaten vullen! En dat is nou precies mijn taak. Ik ga namelijk niet met de roller aan de slag, want ik heb vervelend genoeg al best lang last van een soort van “tennisarm-klachten”. Chun, Corinne en Lidy zijn de schilders en dat gaat als een speer. Chun zei eerst “Alleen het stukje bij de keuken. Is zo klaar.”. Maar al gauw blijkt dat Chun een soort Jack Russel is: als hij zich ergens in vastbijt, gaat hij door tot hij er bij neervalt. Terwijl wij ’s avonds nog een fles rosé wegtikken, staat Chun nog tot laat met de roller op de ladder en gaat door tot het door mij gevulde gaatje.
Maandag 22 januari gaat ieder z’n eigen gang. Corinne en Chun gaan een aantal zaken regelen voor het huis en wij gaan wandelen. We lopen vanuit het huis zo’n 100 meter omhoog en kijken dan uit over een wijds, lieflijk, door bergformaties omringd dal met vooral heel veel olijfgaarden en hier en daar een veld bloeiende amandelbomen. In de verte glinstert het groen-blauwe Vinuela stuwmeer in de zon. We wandelen in ons T-shirt langs kleine gehuchtjes, boerderijen en vakantiehuizen. We komen nauwelijks iemand tegen en het is stil op veel blaffende waakse honden na. Om een rondje te kunnen wandelen overbruggen we een stuk zonder pad door dwars door een aantal olijfgaarden te lopen. Het klopt als een bus en zo zijn we na een mooie wandeling halverwege de middag weer terug. De korte broek gaat aan en we relaxen nog wat tot onze gastvrouw en -heer terugkomen. Chun Russel pakt in de avond de roller en witkwast weer op, want “een tweede keer dekt beter”, terwijl wij Corinne het spelletje Qwixx proberen bij te brengen. We gaan niet te laat slapen, want morgen moeten we bijtijds op.
Lidy zit tegenover me en staart wat glazig voor zich uit. Duidelijk is dat half acht opstaan eigenlijk iets te vroeg is voor haar. Maar het is noodzakelijk, want vandaag - de 23ste januari - gaan we met z’n vieren de spectaculaire wandeling “Caminito del Rey” (het Koningspad) door de El Chorro kloof lopen. Dit volledig herstelde pad - begin 20ste eeuw bedoeld voor het vervoeren van spullen voor de bouw en onderhoud van waterkrachtcentrales - is drie kilometer lang, één meter breed en “hangt” 100 meter boven de rivier El Chorro tegen de loodrechte rotswanden van de kloof. We hebben kaartjes online geboekt, want er mogen maar een beperkt aantal wandelaars op de populaire “Caminito del Rey”. We parkeren - na een mooie, maar deels ook erg mistige rit - onze auto’s rond half elf voor het tunneltje dat naar het begin van de wandeling leidt. De optrekkende mist zorgt voor mystieke beelden om ons heen en zo zien we ook ineens het turquoise stuwmeer langzaam verschijnen onder ons. Erg mooi. Bij de start van het Koningspad krijgen we allemaal een helm (tegen eventueel vallende stenen) en na wat uitleg over wat wel en niet mag, gaan we - samen met zo’n 40 anderen - om 11 uur wat giechelend en als kinderen zo gespannen op weg. En tja, ik ga proberen iets te zeggen over deze fantastische wandeling, maar eigenlijk schieten woorden tekort. De natuur hier is spectaculair en groots: een waanzinnig nauwe kloof met hoge, loodrechte rotswanden, waartussen diep onder ons de rivier zich kolkend en schuimend een weg zoekt. Op grote hoogte lijken wij als mieren langs de wanden te kruipen via het hangende “pad”. Het voelt of we in een decor van “The Lord of the Rings” terecht zijn gekomen. Een geweldige ervaring! Na deze eerste kloof komen we even in een breed dal, waar de El Chorro wat rustiger wordt tussen de met dennen begroeide hellingen om vervolgens weer een kloof in te denderen. Bij deze kloof lijkt het of een mes de rotsen doormidden heeft gekliefd, zo recht zijn de wanden en zo smal is de kloof. Ook hier lopen we horizontaal langs de wand op het één meter brede pad met de schuimende rivier in de diepte onder ons. Chun zou volgens hemzelf niet van wandelen houden en hoogtevrees hebben. Van beide heb ik niets gemerkt. Hij loopt er lustig op los en geniet met volle teugen op het pad dat tegen de loodrechte rotswanden de zwaartekracht tart, waarbij hij al poserend voor de vele selfies met blinkend gebit lachend achterover leunt over de reling op 100 meter hoogte. Hoezo hoogtevrees? Ondertussen gaat het genieten gewoon door, want lopend door de kloof cirkelen er honderden vale gieren rond boven ons en zitten op de rotswanden. Echt prachtig om te zien. En als klap op de vuurpijl gaan we dwars over de kloof heen via een stalen hangbrug. Dan zijn we aan het eind van het spectaculaire deel. We verwarmen ons aan de hoogstaande zon terwijl we een broodje eten en wandelen nagenietend nog zo’n twee kilometer door naar het eindpunt. Hier worden we door een bus opgepikt, die ons terugbrengt naar onze auto’s. Wat een geweldige dag was dit! We drinken nog wat samen en nemen dan hartelijk afscheid van Chun en Corinne. Het was erg gezellig, maar nu gaan we met z’n tweetjes weer verder. Na een heuvelachtige tocht van een uur zijn we op onze volgende bestemming: Ronda, de stad van de kloof en de brug. Morgen meer daarover.
De volgende dag rollen we om negen uur ons bed uit. We doen kalm aan en stappen eind van de ochtend de deur uit. Eerst wandelen we naar een uitzichtpunt tegenover de stad Ronda. Hier hebben we voor het eerst mooi zicht op de kloof en de hoge brug erover, die het oude en nieuwe deel van Ronda met elkaar verbindt. Deze bijna 100 meter hoge brug (Puente Nuevo) is in de 18de eeuw gebouwd. Boven in de brug zijn kamers gebouwd. Bizar idee dat die tijdens de Spaanse Burgeroorlog werden gebruikt als martelkamers en dat mensen hier onder andere gedood werden door ze uit het raam te gooien. Te wreed voor woorden. We wandelen terug naar de stad, lopen over de brug en kijken naar de rivier Guadalevín diep beneden ons. Volgens ons heeft Jan Terlouw hier zijn inspiratie gekregen voor zijn prachtige jeugdboek “De Kloof”. We lopen nog naar een mooi uitzichtpunt recht voor en iets onder de brug. Het is een imposant en prachtig gezicht. Begrijpelijk dat we niet de enige toeristen zijn die van dit uitzicht genieten. We wandelen terug, bekijken Ronda verder met z’n oude stadsdeel, stierenvechtenarena en kerken, waarna we teruggaan naar de camping. We komen tot de slotsom dat Zuid-Spanje toch wel tot onze top tien gebieden van Europa behoort! ’s Avonds kijken we weer een paar afleveringen van seizoen één van “The Bridge”. We zijn allebei fan van deze serie en kijken de seizoenen nu voor de tweede keer. Heerlijk!
Donderdag de 25ste januari is het al half tien als we onder ons dekbed vandaan komen. Ja, reizen is erg vermoeiend hoor! Rond half twaalf starten we de wandeling van vandaag: een rondje vanaf de camping. Het is fris en bewolkt, maar de zon komt er gelukkig snel doorheen. Mijn verwachtingen voor deze wandeling zijn niet al te hoog: een “rondje vanaf de camping” klinkt nogal saai, maar het tegendeel is waar. We starten licht dalend langs olijfgaarden en vakantiehuizen, waarna een paar geelbruine rotsformaties naast ons verschijnen. Oké, mooi zeg, maar ik heb meer rotsen gezien de laatste tijd. We gaan een hek door en komen op een zeer oud, geplaveid, slingerend pad, die ons – op en neer gaand – naar een beek toe leidt. En dan staan we totaal onverwacht ineens onderaan een gigantische rotswand. Wow! En dat gaat maar zo door, vooral aan één kant blijven de hoge, roodgeel gelaagde rotswanden maar mee slingeren met de beek. Onverwacht mooi! Helaas is een rondwandeling niet mogelijk, dus keren we na twee uur om en genieten nog een keer van deze ruige natuur. Voldaan en moe komen we thuis. Na een vierdaagse van wandelingen is het even mooi geweest. Morgen even niet wandelen.
We doen het rustig aan op vrijdag 26 januari. We doen weer wat huishoudelijke klussen: bed verschonen, wassen, gootsteen ontstoppen, een paar boodschappen op de fiets in Ronda en dat soort dingen. Verder lezen we weer wat over Marokko, waar we volgende week naar toe oversteken. ’s Middags klim ik het dak van de camper op en haal uit de dakkoffer de kaars (van Hester) die we altijd branden als Floor jarig is sinds ze is overleden. En dat is morgen dus. Floor zou morgen - de 27ste - 33 jaar zijn geworden. We denken allebei dagelijks aan Floor, maar de afgelopen dagen - in aanloop op haar "verjaardag" - steeds meer. We zijn dan ook beiden wat stil vandaag en regelmatig in gedachten verzonken. Sinds Floor er niet meer is, is de 27ste januari altijd zo dubbel: de dag dat zij geboren werd is één van de mooiste van ons leven, maar dat Floor er nooit meer bij zal zijn maakt ons intens verdrietig. Maar de klok tikt gelukkig verder en zo gaat morgen ook weer voorbij.
Tot volgende week.
Geschreven door DeTrip