Vandaag was er veel wind en regen voorspeld. Dan ga je bedenken hoe je hier het beste mee weg kunt komen vanuit Terschelling, bij voorkeur met een droge tent. Zoals elke dag ben ik al vroeg wakker. Dat is ook niet zo vreemd als je al om negen uur in je tent ligt, omdat het buiten koud is en gisteren ook nat. Ik had eigenlijk het plan om een lekker te gaan stappen in West-Terschelling, maar zelfs daar was het geen weer voor. Bij het wakker worden was het eerste wat ik deed, op de buienradar kijken, zodat ik een beetje kon timen hoe laat is mogelijk de tent droog kan inpakken. Op dat moment was het droog en het leek erop dat het alleen tussen 8 en 9 een klein beetje zou regen. Met deze wind, zou ik de tent dan precies voor 10 uur droog ingepakt kunnen hebben. Ik heb me nog even omgedraaid. Uiteindelijk bleek de regenzone een wat zuidelijkere koers te nemen. Het zou gaan regenen vanaf half 8 en alleen tussen 9 en half 10 iets minder hard gaan. Dat zou dus toch een natte tent meenemen worden. Nu was droog inpakken het meest ultieme, maar hoe krijg je in je eentje überhaupt een tent ingepakt met deze wind. Dat lukt dus eigenlijk niet. Nadat ik de haringen had verwijderd, hing de tent voordat ik het wist in de bomen. De binnentent had ik nog net vast en is nog aardig droog meegegaan. Maar de buitentent en het grondzeil heb ik uiteindelijk maar gewoon in een vuilniszak gedaan en apart op de bagage van de fiets gebonden. Als het niet gaat zoals het moet, dan moet het maar zoals het gaat.
De boot naar Harlingen deed er twee uur over. Dat betekende twee uur lekker warm en droog zitten, krantje lezen met een bakje koffie er bij. Hoewel het wel een lange rij was voor de koffie. Vanwege corona was de verkoop van eten en drinken niet toegestaan. Er was alleen zelfbediening bij de koffie automaat. Daar heeft de hele oversteek een rij gestaan. Gelukkig was ik een van de eersten, waardoor ik maar een kwartiertje hoefde te wachten.
Als ik van de boot weg wil fietsen, kruis ik het pad van Frans en Astrid Hoogendijk uit Zevenhuizen, die ook de afgelopen dagen op Terschelling zijn geweest. We hebben maar kort de ervaringen uitgewisseld, omdat we op een druk kruispunt stonden tussen al het verkeer dat van de boot af kwam en voetgangers op weg naar de parkeerplaats. Hierna moest ik nog even op zoek naar de foto plekjes, om in aanmerking te komen voor een Oorkonde voor het fietsen van de kustroute en het rondje Nederland. Hiervoor moet je op aangewezen plekken een foto van jou en je fiets maken en later opsturen als bewijs dat je die route hebt gefietst. Het liefst ook met het routebordje van de Kustroute er op. Voor deze foto moest ik op zoek naar de Stenen Man op de Waddendijk net ten zuiden van Harlingen.
Toen was het moment gekomen om eindelijk eens te gaan profiteren van de heftige wind. Ik moest vooral naar het oosten en bij deze zuidwesten wind schoot dat lekker op. Maar op het moment dat ik maar iets zuidelijker moest, of zelfs helemaal iets naar het zuidwesten moest afbuigen, stond ik bijna stil. In Franeker moest ik tegenwind een brug op fietsen. Nu was het voordeel van tegenwind een brug op fietsen, dat de wind door dezelfde brug met dijk iets wordt gebroken. Maar als je vervolgens tegenwind deze brug weer af fietst, moet je bijtrappen om nog vooruit te komen. Het doel deze rit was een rondje door het NP de Alde Faenen te fietsen. Dit Nationaal Park is een gebied van veel water en vlak natuurgebied. Bij een rondje fietsen betekent dit automatisch ook tegen wind fietsen. Op dat moment besefte ik dat ik met deze wind nergens was gekomen als ik alles tegenwind had gehad, omdat ik naar het westen had moeten fietsen. 60 km tegenwind zou geen doen geweest zijn. De Alde Faenen is een mooi gebied, maar ik heb er niet alles van gezien, omdat ik ook af en toe met mijn neus op het voorwiel zat.
Uiteindelijk ben ik bij Sjoerd, van Vrienden op de Fiets, in De Veenhoop aangekomen, nadat ik eerst nog met een klein veerpontje was overgezet. Bij Sjoerd kon ik in zijn tuin de tent even laten drogen. Helaas reed zijn automatische grasmaaier in het rond, hoewel ik niet zag dat hij iets maaide. Maar toen hij over mijn grondzeil probeerde te rijden, sneed hij er toch een gat in. Ik kon hem nog net op tijd optillen om erger te voorkomen.
Nu zit ik lekker warm en droog op een logeerkamer, annex hotelkamer, dit stukje te schrijven. Ik kan een kopje koffie zetten en er ligt een ontbijtje in de koelbox op de kamer. Zo kan ik morgen weer vol energie op de fiets.
Geschreven door John.fietstrond