Omdat voor de zondag nogal wat regen voorspeld was, hadden wij bedacht om een rondrit te gaan maken. Het was een prachtig stukje natuur, maar we zijn weinig uit de camper geweest vanwege de nattigheid. Op een gegeven moment gingen we van de hoofdweg af, zoals beschreven in onze gids richting het plaatsje Borne. Dit ligt heel afgezonderd, en dat was ook te merken aan de smalle weg die we moesten volgen. Alweer blij dat we geen tegenliggers hadden. Dit smalle stuk was zeker twintig kilometer lang. We kwamen wel wat jagers tegen, maar die hadden hun auto's netjes van de weg af geparkeerd. Op een gegeven moment nog even een gevaarlijk stukje, want daar was een deel van de weg ingezakt. Er waren ijzeren platen overheen gelegd. We konden weinig anders dan eroverheen rijden en gelukkig zonder problemen. Onze tocht eindigde in Aubenas, waar we de nacht zouden doorbrengen. Gelukkig was het droog geworden en konden we het stadje bekijken. Van de bewegwijzering voor de voetgangers snapten wij niet zoveel. We werden alle kanten uitgestuurd en kwamen diverse keren bij een gesloten hek terecht. We waren niet erg gecharmeerd van de stad. Wel hadden we 's avonds nog een prachtige zonsondergang. De weg die we de volgende dag reden richting Pont d'Arc leidde ons langs diverse leuke middeleeuwse stadjes. Het eerst was Vogúé. We maakten hier een wandeling door smalle straatjes naar boven tot aan een kapelletje en vandaar via het kasteel weer terug. Het was maar goed dat wij niet in het stadje zelf wilden parkeren, maar gelijk een plekje vonden bij een paar andere campers, want in het stadje was het haast niet te doen. Wel leuk om daar even te hebben rondgewandeld. Het volgende dorpje lag een paar kilometer verderop en was weer heel anders. Het ging om Rochecolombe. Je wandelt eerst door het hedendaagse dorp naar het middeleeuwse gedeelte wat helemaal tegen een berg lag aangeplakt. Aan de overkant lagen ook hoge rotswanden waaruit op sommige tijden van het jaar een waterval is, maar er nu maar een klein straaltje langs liep. Het lijkt wel een douche zei een klein meisje wat vlakbij ons stond. Ook hier weer door de smalle straatje geklauterd via allemaal trapjes. Wel kunstig dat ze het in die tijd zo gemaakt konden hebben. Teruggekomen bij de camper hebben we eerst een boterham gegeten en zijn toen doorgereden naar Balazuc, alweer een middeleeuws stadje. Er waren grote parkeerplaatsen aan de rand van de stad, waar het wel even zoeken was waar je met de camper mocht staan. In dit stadje was het erg opvallend dat er vele passages in de straatjes waren, gehakt uit de rotsen. Van bovenaf had je een mooi uitzicht op de Ardeche, waar een heus strandje bij was. Onze route ging eigenlijk door het stadje verder, maar daar mochten we met de camper niet langs. We wilden de Défilé de Ruoms bekijken, dus dan eerst maar doorrijden naar Ruoms en dan via de goede weg weer terugrijden. Dit was wel een heel spectaculaire route, helaas alleen te zien op onze filmpjes die we thuis gaan monteren. We hebben de weg dus heen en terug gereden en vervolgens door naar onze camping op loopafstand van de Pont d'Arc. Dit gingen we de volgende dag doen, want we waren al heel moe van alle indrukken. Wij hoorden van de campingbaas dat we alleen boven langs de weg bij de Pont d'Arc konden komen, wel jammer want we hadden de vorige dag gezien dat dit druk bezocht werd. Maar het was wel heel mooi. We daalden daar af naar het strandje waar je ook goed de kano's kon zien. Toen weer bovenlangs naar de andere kant van de overspanning. Dit was wel een eindje lopen want je moest om een grote rots heen. De andere kant was nog veel drukker. Iets verderop lagen allemaal grote keien in het water wat voor een stroomversnelling zorgt. Dit was best wel lastig voor sommige kanovaarders. Wij zagen sommigen op een kei vastlopen. Dan is het een kwestie van uitstappen, de boot van de kei afduwen en dan snel weer instappen. Ook gingen er wel kano's onderste boven, zelfs een man met een hond erin. Hij moest de hond weer vastpakken en toen ging zijn kano er al vandoor. Wij konden niet goed zien hoe het afliep, maar we namen aan dat hij wel door anderen geholpen is.
's Middagsop de camping hebben wij onze stoeltjes gepakt en zijn een poos bij het water gaan zitten, maar daar was het nogal winderig, dus kozen toch maar weer voor de beschutting van de camper.
De route door de Gorges de l'Ardeche hebben wij de volgende dag gereden. Er zijn regelmatig onderweg stopplaatsen met een mooi uitzicht. We hebben echt de tijd genomen om alles rustig te bekijken. Ik was blij dat we buiten het hoogseizoen hier zijn, want anders is het meestal filerijden volgens onze reisgids. Aan het eind van de Gorge moesten wij een hele smalle brug van 2.70 meter over (ons camper is 2.30 meter zonder spiegels) om in het mooie plaatsje Aiguèze te komen. Het verkeer werd met lichten aan beide kanten over de brug geleid. Bij Aiguèze is een hele mooie camperplaats waar je zo de natuur in wandelt en op loopafstand van het dorp. Wij zijn eerst het prachtige dorp gaan bekijken. Ik vond het plein met de grote bomen waaronder de terrasjes stonden heel gezellig. Het hele dorp was goed onderhouden. De wandeling door de natuur hebben we voor de volgende dag bewaard. Lekker wat brood mee en lunchen in de openlucht. Aan het eind weer een prachtig zicht op de rivier en het dorpje. Ik voelde me hier heerlijk thuis.
Gisteren wilden we eerst naar een mooi kapelletje rijden. We moesten natuurlijk eerst weer de smalle brug over. Het kapelletje hebben we uiteindelijk niet gezien. De weggetjes werden steeds smaller en op een gegeven moment ook onverhard. We konden de camper ook nergens neerzetten, dus uiteindelijk maar door naar de volgende bestemming, Verviers. Een paar kilometer ervoor moesten we even van de weg af en de auto voor de brug parkeren om aan de overkant de Défilé de Donzère te bekijken. Eerst liepen we langs een fietspad naast de Rhône, maar het bleek dat je de berg op moest. We moesten eerst weer terug want er liep een spoorbaan tussen. Het weggetje waar we toen in werden gestuurd liep dood op een hek. We zagen nog wel een smal pad naar boven, dus dan die maar proberen. We zijn uiteindelijk wel bij een uitzichtpunt gekomen, maar het viel wel een beetje tegen. Dan maar weer terug en doorgereden naar Viviers. Dit is een oude bisschopsstad uit de 5e eeuw. Voor de oude stad moesten we aardig naar boven klimmen. Het was een mooie kathedraal, maar de huizen die over het algemeen vrij hoog waren konden wel een opknapbeurt gebruiken. Je had nog een mooi uitzicht punt boven de stad, waar je neerkeek op de oude daken. Dit vonden wij eigenlijk nog mooier dan door de smalle straten met de hoge huizen te lopen. We hadden het snel bekeken en door naar de volgende stad Le Teil. Hier zouden we de camper op de camperplaats zetten, maar daar voelde het niet goed en was nog een eind lopen naar de stad, en toen zijn wij weer verder gereden naar onze laatste bestemming Alba-la-Romaine. Ook nu zat het weer tegen, want de hoofdweg daar naar toe was afgesloten voor wegwerkzaamheden, dus nog een heel stuk omrijden. Het was wel vrijdag de 13e. Gelukkig was Albe-la-Romaine wel een schot in de roos. Weer zo'n prachtig stadje. De plaatselijke tourist-office had onze een route gegeven die wij door het dorp konden lopen dan via een mooie wandelweg door naar het gehucht la Roche. Het was heel bizar om daar te lopen. De ingang van de poort was heel laag en ook de deuren naar de huizen waren soms kleiner dan ik ben. Verder hebben we helemaal niemand in dat gehucht gezien, geen bewoner en geen toerist. Het was of het eventjes helemaal van ons was. Vlakbij het dorp waren opgravingen van de oude stad van Alba wat in de eerste eeuw na Christus bewoond werd door de Helvii, een Gallische stam. Er is nog een mooi Romeins theater en binnen in het museum zagen we nog diverse dingen die ze bij de opgravingen hebben gevonden. Ik vond de mozaïekvloer met de vissen wel het allermooiste. Morgen is hier nog markt, daar gaan we zeker naar toe en daarna rijden we weer verder.
Geschreven door Jaap-Trijntje-camper-Europa