Vanuit Tregastel gingen we langs de kustweg rijden en zijn bij diverse uitzichtpunten gestopt o.a. Pointe de Bihit. Onze bestemming voor die dag was Pointe du Diben waar we een mooi plekje langs de kade hadden en goed het getij konden waarnemen. Jaap heeft nog een filmpje gemaakt van het afgaande water. Uiteraard hebben we ook een rondtocht gelopen langs deze punt en zijn nog langs een kerkhof van oude vissersschepen gelopen. Er was verder niet veel te beleven dus de volgende dag zijn we doorgereden naar Morlaix. Deze stad wordt gedomineerd door een 58 meter hoog viaduct. Over het bovenste gedeelte loopt het spoor, voetgangers kunnen over het middelste gedeelte lopen. Zo heb je een mooi uitzicht over de stad. Bij het toeristenbureau hadden we een rondwandeling door de stad gehaald. Wij kozen voor de langste route, maar het bleek erg veel stijle wegen te zijn. Halverwege hebben we hem toch maar ingekort want we hadden geen zin in nog een klim. We hebben nog een bezoek gebracht aan het Maison de la Duchesse Anne, een Maison á laterne, dat wil zeggen een huis met een overdekte binnenplaats. Hier was een bijzondere wenteltrap gebouwd rond een elf meter hoge spil uit één stuk met allerlei afbeeldingen van heiligen hierop. Een prachtig gezicht Ook hier hadden ze weer een speciale opvang gemaakt voor het regenwater, wat naar een kelder werd getransporteerd en gezuiverd. Na het stadsbezoek zijn we doorgereden naar Saint Pol de Leon, waar we weer een prachtige camperplaats aan het water hadden. We zijn 's avonds nog even op de fiets naar de pier gereden, waar ook een toeristisch vermaakpunt is met een strandje, speeltuin en picknickplaatsen. De volgende morgen zijn we op de fiets naar Roscoff gegaan, allereerst om de exotische tuinen te bekijken. Wat opviel waren de vele prachtige vetplanten in allerlei kleuren. Je krijgt hier ook een uitzichtspunt over de stad. Hier zijn we uiteraard na het bezoek aan de tuinen naar toe gegaan. Roscoff heeft een klein oud centrum, vlak bij de haven. Best wel gezellig. Daarna hebben we ook nog even het centrum van Saint Pol de Leon bekeken, maar die was minder aantrekkelijk.
Eigenlijk hadden we best nog wel wat langer op de camperplaats willen blijven, maar de maximale verblijfsduur was 48 uur, dus we moesten weer weg.
Op Hemelvaartsdag reden we verder, eerst langs twee prachtige kerken van Guimiliau Lampaul en Guimiliau. Het parochie-erf (Enclos Paroissial) heeft een toegangspoort en een mooie calvaire, waarop taferelen zijn gebeeldhouwd van de lijdensweg. Het doopvont in de kerk heeft een mooie houten baldakijn. De afbeeldingen links en rechts van het altaar laten mooie taferelen zien. Dit type kerk zien we nog veel vaker terug in dit deel van Bretagne. Na de bezichtigingen zijn we doorgereden door het Parc d'Armorique. We zijn gestopt om te lunchen bij het Lac du Drennec. Uiteraard hebben we een ronde van 6,5 kilometer rond het meer gelopen. Onze eindbestemming van die dag was Lopérec. In dit kleine stadje hebben ze een rondtocht gemaakt waar ze met plaquettes op diverse plaatsen de geschiedenis van het stadje vertellen. Erg leuk, we hebben dit 's avonds gedaan. We zagen gelijk dat er nog een rondwandeling van 12 kilometer rond het stadje was. Die hebben we de volgende dag gelopen. Sommige stukken waren wel erg nat, de paden waren soms compleet kleine beekjes. Maar goed dat we waterdichte wandelschoenen hebben. Het was wel een leuke wandeling door een heuvelachtig landschap.
Locronan was de volgende bestemming. Het plan was om daar op de camperplaats te overnachten, maar de zuil maakte het zo ingewikkeld dat wij afhaakten en gewoon een plaatsje op de parkeerplaats zochten. Dat was maar goed ook, want dit druk bezochte toeristenplaatsje was maar erg klein. Binnen een uur hadden we het wel bekeken. Het staat bekend als een van de mooiste plaatsjes van Frankrijk en wordt regelmatig als filmdecor gebruikt. Alle hedendaagse zaken als lantaarnpalen zijn gaslantaarns aan de gevels. Je ziet geen elektriciteits- en telefoondraden lopen. Wel aardig, maar voor ons niet genoeg om te blijven. We zijn doorgereden naar de onderste westpunt van Bretagne de Cap Sizun. We zijn neergestreken op een mooie camping. Hier vlak langs loopt het beroemde kustpad weer. De eerste tocht ging naar Pointe de Millier. Dit pad liep wel heel dicht langs de afgrond, als je hier valt rol je zo naar beneden en kom je op de rotspunten terecht. Erg voorzichtig lopen dus. Vlak bij Millier werd het pad breder en was verder bij de rand vandaan. hierdoor kon ik dus beter om me heen kijken. Stom, want toen zag ik een steen niet en kwam plat op mijn buik terecht. Gelukkig was er niet veel aan de hand, behalve wat pijnlijke schaafwonden. Terug op de camping konden we gebruik maken van het heerlijke zwembad inclusief een bubbelbad, heerlijk voor de vermoeide spieren. De volgende dag zijn we wat minder ver de andere kant op gelopen, want mijn knie was nog wel een beetje pijnlijk. Ook daarna weer heerlijk de luxe van een zwembad. Verder hebben we de middag met een boekje in de zon bij de camper doorgebracht.
5 minuten rijden van de camping is een vogelreservaat waar diverse vogels zitten te broeden. We zijn hier met de camper naar toegereden. Het aantal vogels viel ons tegen. We zagen eigenlijk op de rotsen in het water wat broedende meeuwen zitten, maar niet erg spectaculair. Daarna zijn we doorgereden naar Pointe de Brezellec, waar we bovenop de punt een prachtig uitzicht hebben op de omgeving, waar we kunnen overnachten. Beneden ligt een klein haventje. We hebben vanmiddag nog een klein stukje langs de prachtige kust gelopen, maar omdat we best wel moe waren, hebben we het verder rustig aan gedaan.
Geschreven door Jaap-Trijntje-camper-Europa