Ik ben netjes op tijd wakker. Hier krijg ik soep bij het ontbijt, raar, maar niet slecht. Vandaag ben ik op tijd weg met de zwaarste etappe in’t verschiet. Bij de inschrijvingen in het pelgrimsbureau sta ik als eerste op een blanco blad. Ik vertrek door de lege straten van Saint-Jean-Pied-de-Port (SJPDP ). Wat een verschil met het vertrek eind april, toen zag je overal pelgrims. Bij de kerk merk ik dat ik mijn stokken niet heb. Ik zet de kar even in de kerk en loop terug. Nog een laatste foto bij de porte d’Espagne en ik ben weg. De eerste kilometers schieten flink op, het is niks koud. Op de landelijke wegen merk ik 4 pelgrims op, ze lopen sneller dan ik dus die haal ik niet in. De hellingen worden steeds hoger en het eerste deel van de route is erg vergelijkbaar met de weg naar Hunto, alleen liggen er misschien wat meer huizen. Hunto ligt links van me in de wolken. Na 8 km eindigt de weg op een parking. Op een strook anders gekleurd asfalt ligt de grens, ik loop Spanje binnen. Er ligt een commercieel centrum en er is een café. Ik bestel een koffie en ik merk buiten op het terras de 4 pelgrims op ( ik herken ze van gisteren in SJPDP) maar ze stappen net op wanneer ik ga zitten. Ik denk dat ik nog maar goed een kilometer verder ben wanneer ik opnieuw de grens met Frankrijk oversteek ( het riviertje is de grens) en in Arnéguy kom. Bij het postkantoor wil ik postzegels kopen, maar dat is problematisch, de computer werkt niet en de dame achter het loket weet niet hoeveel het is voor België. Er hangt nochtans een poster met de tarieven en ik zeg haar dat het volgens die poster 1,65 € is. Ik betaal en vraag of ze die zegels niet straks of morgen kan plakken. Alé dan, het zou nog net lukken (zucht) De weg loopt nog tot Ondarolle door Frankrijk en steekt dan weer het riviertje (Arnegiko Errobi) over naar Spanje, naar Valcarlos. Er is een restaurant open en ik ga zitten om iets te eten en mijn voet wat te laten rusten. Na Valcarlos moeten we een stuk over de hoofdweg. Het wordt als gevaarlijk aangeduid, maar een tweebaans weg waar zo’n 20 voertuigen per uur langs komen, dat valt nog heel hard mee vind ik. Net voor de grote klim begint gaat het pad naar beneden door het bos langs een beekje om dan weer te klimmen terug naar de hoofdweg. Het pad is smal, stenig en glibberig op plaatsen, mijn snelheid zakt dus danig. Ik begrijp niet dat de winterroute op zo veel tegenstand stuit, ik vind ze even uitdagend en zeker ook mooi. Het laatste stuk naar de weg is via een trap, langs de kant zie ik een Aziatische hoornaar, een exoot, ook hier. Nu blijf ik de hoofdweg volgen met lange haarspeldbochten. Tussen twee bergflanken komen donkere wolken aangedreven, dat voorspeld niet veel goeds. Inderdaad begint het even later te regenen. Ik haal mijn cape uit mijn rugzak en doe mijn lampjes aan. Eerst valt het nog mee, maar al snel regent het hard, de beekjes langs de weg zwellen zienderogen aan. In de haarspeldbochten vormen zich zelfs beekjes op de weg. Door het klimmen kan ik natuurlijk geen hoog tempo maken, langzaam voel ik alles nat worden. Er komt een auto aangereden, er gaan zwaailichten aan, het is de guardia civil ( ik had ze nog een paar keer zien voorbij rijden) ze stoppen en zeggen dat ze me naar Ronceveaux gaan brengen, het wordt donker en ik loop niet snel genoeg. Daar valt niet veel tegen in te brengen. De ruiten zijn in een mum aangewasemd, in een schim zie ik de kapel van Ibaneta. De afdaling van daar af heb ik dus niet gedaan. Ik wordt voor de deur op de binnenkoer afgezet, de Nederlandse hospitalier verschiet en komt al direct mijn tassen halen. Als een verzopen kat sta ik in het portaal, ik mag mijn cape ophangen en ga mijn schoenen uitdoen, ze brengen mijn kar en mijn stokken na en vragen of ik het niet te koud heb. Ook dit is zo anders dan in april toen we met een kleur kaartje moesten wachten op onze beurt. Ik denk dat er nu zo’n 20 pelgrims zijn. Eerst ga ik een douche nemen, dan ga ik al mijn natte spullen ophangen in de kelder. Om 19.00 u kan ik gaan eten. Er zijn maar 4 pelgrims, twee Koreaanse meisjes en Maria uit Barcelona. Om 22.00 u gaan de lichten uit, ik ga snel naar boven want tijdens het schrijven van mijn blog was ik de tijd uit het oog verloren.
Geschreven door Vera.op.pelgrimstocht