Om 8 u kan ik gaan ontbijten. De kinderen Samuel, Joachim en Myriam zitten al aan tafel. Etienne maakt koffie en ik krijg zelf gebakken brood met eigen gemaakte confituur. Samen met Aline zwaaien ze me uit. Het gaat door de velden zonder veel hoogteverschil. Ik pluk een paar rozenbottels, haal de pitten er uit en knabbel er op, ze bevatten veel vitamine C. Het pad naar Baugy is een 10 tal meter breed met bomen en struiken en vormt een lang lint vol leven in de immense levenloze velden. Ik hoor zoveel gezoem alsof ik langs een bijenkast sta. De klimop staat in bloei en trekt met dit mooie weer massaal de bijen aan. Ik hoef niet te kijken of ergens nog klimop staat, ik hoor het gewoon. Er zitten ook veel vogels, vlinders, libellen en wolken met kleine vliegjes. Het contrast met de naastliggende velden kan niet groter zijn, daar is geen levend iets te bekennen. Een mooie boerderij duidt de komst van een dorp aan. Het is Baugy, eerst kom ik langs een industrieterreintje met een bedrijf dat non-clinische studies uitvoert ( erbc) en een chocolatier. Al snel kom ik in het centrum, de Sint Martinus kerk is open, mijnheer pastoor komt me vragen of ik onderdak zoek, maar het is nog wat vroeg, ik wil nog een paar uurtjes wandelen. Voorbij Baugy is het wat vervelender, want naar Villabon moet je over de vrij drukke D12. Daar hoorde ik door andere pelgrims al over klagen. Ik stap flink door en moet bekennen dat het wel lekker opschiet. Je moet wel regelmatig naar de kant, maar de chauffeurs zijn wel hoffelijk en rijden ruim langs je door. Zo erg als verteld werd vind ik het niet. In Villabon is de kerk niet open en even verder zie ik een terras. Ik kan er eten, dat komt goed uit. Na Villabon gaat het pad eerst door het gemeentebos, met een breed pad. Er hangt een waarschuwing voor de jacht, meet een lijstje met de datums waarop men hier komt jagen. Vandaag gelukkig niet. Eens uit het bos gaat het weer over de hoofdweg naar Brécy. Hier heb ik de gîte pélerin municipal gereserveerd, er was wel een probleem zij de dame, het is boven de gemeentelijke feestzaal en er is een feest vandaag. Geen probleem zei ik haar, ik slaap toch door alles heen. Dus mag ik de sleutel gaan halen in het café. Er is er maar één, dat vind ik wel. In de gîte kan ik zelf mijn credential stempelen. De frigo staat vol eten en er is brood. Ik maak me een royco soepje en een rijstschoteltje. Voor morgenochtend is er een gekookt ei. Je komt slechter tegen.
Geschreven door Vera.op.pelgrimstocht