Deze ochtend ben ik helemaal uitgerust opgestaan in mijn kamertje op de "Bauernhof" van Frau Kroll. Ik hoef bijna niks in te pakken en beneden wacht mij een prima ontbijt met koffie. Frau Kroll heeft hier niet haar hele leven gewoond, maar de boerderij samen met haar man na hun pensionering gekocht. Zo'n oude "Hof" heeft veel onderhoud (en dus geld) nodig, maar het feit dat beiden hiermee hun droom naleven, maakt alles goed. Ik vertel haar nog dat ik bijna 6 jaar niet ver hier vandaan gewoond heb en dat zelfs mijn zoon hier is geboren. "Ach so, darum sprechen Sie so gut Deutsch." De schat.
Met een nijdige grom slaat Warhorse aan en, achtervolgd door de woest blaffende witte herder "met een steekje los" van Frau Kroll, rijden wij het erf af. (Ik geef toe: sneller dan ik normaal de gewoonte heb.)
De Hof staat bijna op de grens en binnen luttele kilometers spot ik een prachtige wachttoren. Ik kan het niet laten en laat Warhorse zijn weg zoeken over de oude Kolonnenweg. Op de akker gaat een boer onvermoeibaar door met het bewerken van zijn uitgedroogde land. Onwillekeurig denk ik: "En de boer, hij ploegde voort...". De DDR zag zich graag als
een republiek van vooral arbeiders en boeren (Arbeiter und Bauernstaat). Dat is ook te zien aan het wapen in de vlag. Grappig weetje is dat de bekende Nederlandse cartoonist Frits Behrendt (Parool en Telegraaf) het oorspronkelijk ontwerp heeft bedacht voor wat later werd een korenring, met een passer en een hamer. De rest van de dag rijd ik met name door kleine dorpjes en het platteland.
Het is werkelijk fantastisch motorrijweer. Zon, bijna geen wolkje aan de hemel en een beetje frisse wind. Ik merk dat ik de routine weer begin op te pakken. Ik heb tijd om om me heen te kijken, de geuren op te snuiven en te genieten van de rit. Warhorse bromt betrouwbaar zijn lied en slingert zich, alsof hij mijn hand aan het stuur niet nodig heeft, over de landwegen en de dorpsstraatjes van de oude DDR.
Ik kom aan bij het belangrijkste doel van mijn route vandaag: de dorpjes
Zicherie en Böckwitz.
Voor iedere in Duitsland geplaatste dienstplichtige- en beroepsmilitair was dit in de jaren van de Koude Oorlog verplichte kost: Een bezoek aan het
“Gedeelde dorp Zicherie- Böckwitz”. In het eerste weekend van de plaatsing werd iedereen op de kazerne Seedorf, Langemannshof of Bergen-Hohne in gereedstaande bussen geladen en vervoerd naar de Innere Deutsche Grenze (IDG).
Aangekomen in het miniscule dorpje Zicherie, staarden wij vanaf westelijke zijde van de grens naar de Oost-Duitse grensversperringen en het daarachter liggende dorpje Böckwitz. Op onze beurt werden wij zelf vanuit de Grenzturm aangestaard door twee aan oostzijde dienstdoende “Grenzer”. Niet zelden gewapend met een fotocamera met telelens. In een wederzijdse “fotoshoot-out” waren wij geen partij met onze rits-rats cameraatjes.
Vóór de bouw van "die Mauer" deelden deze twee piepkleine dorpjes, omdat ze zo dicht bij elkaar lagen, alle faciliteiten en verenigingen met elkaar. Één dorpswinkel, één schooltje, één kroeg, één voetbalclub, één Schützenverein…
Met de instelling van de Sovjet-bezettingszone in 1945 mochten de Zicherier-leerlingen niet langer naar de Böckwitz-school gaan. Onderlinge contacten waren in de eerste jaren na 1945 nog wel mogelijk, maar werden na de invoering van de D-mark en de Ostmark in 1948 steeds moeilijker. In 1952 werd de grens hermetisch afgesloten en werden enkele huizen in Böckwitz op de grens gesloopt. Het was afgelopen met de saamhorigheid en onderlinge verbinding. Vanaf dat moment had de gezamenlijke schuttersvereniging alleen nog maar leden uit Böckwitz en moest FC Zicherie het doen zonder de clubleden uit Böckwitz.
Op 12 oktober 1961 probeerde de West-Duitse journalist
Kurt Lichtenstein, vanaf het grondgebied van de gemeente Zicherie, Oost-Duitse landarbeiders aan te spreken. Duitse grenswachten openden het vuur toen hij de zone grens te dicht naderde. Hij was de eerste persoon die werd doodgeschoten door Oost-Duitse grenstroepen na de bouw van de Berlijnse Muur. In 1981 werd een bezoeker van het Schützenfest in Zicherie gearresteerd door DDR-grenstroepen omdat hij de grens, in naar ik vermoed beschonken toestand, bijna 20 meter was overgestoken. Hij moest een gevangenisstraf van twee jaar uitzitten.
Op 18 november 1989 was de weg van Zicherie naar Böckwitz weer open voor het verkeer.
Hoewel de grensinstallaties zijn afgebroken, scheidt een groene strook duidelijk de twee dorpjes: Zicherie valt onder het district Gifhorn in Nedersaksen en Böckwitz in het Altmark-district Salzwedel in Saksen-Anhalt. Er zijn vandaag de dag nog steeds geen gezamenlijke faciliteiten meer, afgezien van de heropgerichte schietvereniging Zicherie-Böckwitz. De kinderen zitten op verschillende scholen en de brandweer mag bij brand de Bundesland-grenz niet over. De tijd heelt alle wonden zegt men, maar tussen Zicherie en Böckwitz loopt een lelijk litteken.
Warhorse trekt de aandacht van een taxichauffeur met lunchpauze. Na de gebruikelijke complimenten aan Warhorse, die pedant tikkend staat af te koelen, hebben we het nog even over de dag dat de muur viel. Hij is een "Wessie", maar hij wist nog precies dat hij op de bouw in Wolfsburg werkzaam was. Het gonsde op de bouw van de geruchten en zodra het kon trokken ze naar de grens. Een feest van emotie noemde hij het. Nadat hij twee keer geprobeerd had te lachen voor de foto, nemen we hartelijk afscheid. Ik vervolg, nagestaard door de taxichauffeur, genietend mijn weg.
Ik stop nog even voor een broodje en een slok water bij het grote controlepunt bij de corridor naar West-Berlijn, maar blijf niet te lang, want het is nog een lange rit naar mijn eindpunt van deze dag:
de Brockenberg in het
Harzgebergte.
Geschreven door Warhorse