Na ons ontbijt wandelden we naar de vroegere mijnsite, op loopafstand van onze camperplaats. Deze zwavelmijn fungeerde beduidend langer dan de vorige die we bezochten of die van Le Marche, nl tot 1988. Vanaf 1950 zwaaide er zelfs een Belgische directeur de scepter Frédéric Velge, waarnaar een Portugees fonds werd vernoemd ivm industriele arcehologische sites. De site die we nu bezochten, startte in 2010 met zijn industrieel-archeologischeactiviteiten. In de winter waren het mijnmuseum en-centrum echter alleen op zondag geopend. Vandaag konden we gelukkig ook op de hele site rondwandelen.
De gebouwen verkeerden hier in betere staat dan de vorige mijn die we bezochten, we mochten er nog overal in. Iemand had zelfs van de gevonden metalen objecten sculpturen gemaakt. We kwamen langs zure meren waarbij borden waarschuwden om het water niet aan te raken, het zuurtegehalte veroorzaakte nl. brandwonden ! Ook merkten we dat er af en toe gasbellen uit de diepte naar het wateroppervalkete kwamen. De ondergrondse galerij konden we helaas niet bezoeken, dan daalt men engiszings enkele meters onder de grond. De mijnwerkers werkten op 500 meter diepte. Door de verschillende ertsen kleurde het landschap, of rood, bruin, wit of geel....Het pyriet noemde men ook het goud der dwazen, want vroeger zag men het vaak aan voor goud en het veroorzaakte zo onnodige goldrushes.
Het water dat men uit de mijnschachten opompte en in de natuur liet weglopen, veroorzaakte echte milieurampen, op die plekken groeide namelijk niets meer, zo zwaar verontreinigd was het water met ertsen. Op panelen zag men er een foto van. In 2010 probeerde men door een project het water zoveel mogelijk te filteren en nu 14 jaren alter zag je er toch weer riet en andere planten groeien. Ook mimosa's, waarvan ik zelf een stekje nam.
Weer een interessant bezoek! We gingen terug naar onze camper, losten alles, namen weer nieuw drinkwater en reden naar een stuwmeer Pego do Altar voor onze middagstop. Hier stond een Zweedse camper naast enkele Portugezen. We vonden het zo'n mooie plek dat we besloten om hier ook te blijven overnachten. Ook een beetje uit nostalgie want vòòr het bestaan van apps e.d. stonden we vroeger in Portugal heel dikwijls aan stuwmeren.
De meeste Portugezen kwamen hier om te vissen of een namiddag door te brengen. We wandelden even over de stuwdam. Het kunstmeer was nog persoonlijk ingewijd door Salazar in 1949 om de akkers en rijstvelden te bevloeien en om stroom op te wekken. Een zuil met een hele redevoering van Salazar pronkte op het midden van de dam. Salazar regeerde als een zekere dictator in Portugal van 1932 tot 1968 .
Na onze wandeling genoten we van een mooie siesta in de zon op onze kampeerstoelen !
Tot volgende keer
Isabelle en Erik
Geschreven door Girandolatrotter