Door de Golf van Patras en Korinthe.

Griekenland, Municipal Unit of Methana

Onze voorlopig laatste nacht in Préveza verloopt onrustig. Het is zaterdag en dan gaat de muziek in de café’s door tot wel vier uur in de ochtend.
Voor ons is de aangewakkerde oostenwind echter een nog grotere bron van onrust. Het water klotst tegen- en over de kade en de boten liggen aardig te dansen. Zekerheidshalve gaan we maar wat verder van de kade af liggen.
De bijboot, die naast de boeg ligt heeft de hele nacht de samba liggen dansen en is er zelfs in geslaagd om zich van een roeiriem te ontdoen. Die drijven helaas niet. We moeten aan boord nog ergens een set reserveriemen hebben.

Het is ons plan om westelijk Lefkas langs te zeilen, om de beroemde stranden van Egrimni en Porto Katsiki vanaf zee te bekijken en daarna naar Assos op Kefalonia te varen. De restdeining van de harde wind van de vorige nacht en het gebrek aan wind maken van de zee zo’n ongeorganiseerde klotsbak, dat we allebei wat wee in de maag worden; het moet wél leuk blijven, natuurlijk. We zijn nog noordwest van Lefkas, dus “het roer is al gauw over de andere boeg gegooid”. Toch maar weer door de Santa Maurabrug en het Lefkaskanaal. We redden het voor twaalf uur en wachten met wel zestien kalmpjes door elkaar krioelende boten op de sirene van de brugopening. Nog nooit zó druk gezien hier. Met wat geduld en vooral weinig gas geven glijdt de hele optocht in kiellinie langs de opzijgeschoven pontonbrug.
Na het kanaal hebben we ruime wind en dus gaat ons feestzeil, de gennaker op. We hebben vandaag twee jarigen in de vriendenkring, Jonna en Walter, dus de vlag van dik zestig vierkante meter mag uit!

In Sivota, op Zuid Lefkas vinden we tot onze verbazing nog een plekje aan de steiger van Taverna Stavros; het is volop hoogseizoen en er schijnt tegenwoordig ook al gereserveerd te kunnen worden…
De boten worden strak naast elkaar gedirigeerd, dus bij het wegvaren worden we er tussenuit gesleept door een marinero in een rubberboot. Best wel spannend met onze weer keurig strak gemaakte romp, maar het verloopt perfect.

Zonder vooropgezet plan zeilen we naar het zuiden. We laten ons een beetje leiden door de windrichting.
Het oorspronkelijke plan voor deze zomer was een trip rondom de Peloponnesos, maar door de verloren tijd van de reparaties zijn we hiervoor al wat te laat in het seizoen. Rond de drie zuidkapen van het schiereiland wordt het al winderiger dan wij leuk vinden.
Op internet lezen we dat het kanaal van Korinthe per 4 juli weer geopend is voor de kleine vaart, na een sluiting van ruim anderhalf jaar door landverschuivingen; voor ons een comfortabel alternatief om in de Saronische- en Argolische Golf onder Athene te geraken.

Uiteindelijk brengt de wind ons op het onbewoonde Atokos, waar we in de Cliff Bay een heerlijk ankerplekje vinden met een lijn naar de wal.
Als in de loop van de nacht de wind draait komt de boot wel erg dwars tussen anker en landlijn te liggen. De laatste gooien we dus maar los; die pikken we voor vertrek wel weer op. De boot draait van de wind af, gelukkig niet richting rotsen en we kunnen weer slapen. Hier diep ik de reserveroeiriemen op uit de bakskist. Die zijn van een ander type, dus daar moeten eerst wat gaten in geboord om over de draadeinden op de boot te passen. Ook gelijk maar wat Loctite op de draadeinden gesmeerd om loslopen van de kunststof moeren te voorkomen.

We zeilen langs allerlei onbewoonde eilandjes, de Dragonera’s en de rotsklomp Oxia verder naar Messolonghi, aan het begin van de Golf van Patras. We ankeren in de baai en gaan met de bijboot naar de wal om het stadje te bekijken. Het lijkt er nog bouwvalliger dan de vorige keer dat we hier waren, maar er staan mooie standbeelden in en om het “Park van de Helden”. Messolonghi speelde een belangrijke rol in de vrijheidsstrijd tegen de Turkse overheersing, begin 19e eeuw.
We hebben nog een douchekaart van de jachthaven uit 2018, die we vorig jaar opdouchten.
We laten deze met een onschuldig gezicht bij de receptie opwaarderen, er niet bij vermeldend dat we helemaal niet in de haven liggen. Als de receptioniste naar de naam van de boot en de ligplaats vraagt, heeft ze de kaart al opgewaardeerd.
Soms moet je creatief en een beetje brutaal zijn.

Na twee nachten in Messolonghi varen we verder de Golf van Patras in naar de Rion/Antirion brug, die het vasteland met de Peloponnesos verbindt. De wind is totaal in de war en ons kruimelspoor op de Marine Trafic app, die de gevolgde route bijhoudt heeft meer weg van een woelige dag op Wall Street dan van een ontspannen zeiltocht.
Onder de brug krijgen we plotseling gezelschap van wel 7 of 8 grote dolfijnen. Zó gaaf! Ze zwemmen wel een half uur met ons op en Marijke filmt en fotografeert zich een slag in de rondte.

We koersen af op het Middeleeuwse stadje Nafpaktos en hopen dat er een plekje is in het piepkleine Venetiaanse haventje waar we al eerder lagen. Er liggen wel een stuk of 8 boten in de baai voor de haven, dus we schatten onze kansen slecht in. Toch maar alles voorbereid voor een landing aan de kade en achteruit de haven in. Wat blijkt? “Ons” plekje aan de kade is gewoon nog vrij! In de vaarwijzers wordt wat paniekerig geschreven over wat er allemaal mis kan gaan in een vol haventje van nog geen voetbalveld groot, dus misschien worden mensen ook wel afgeschrikt om hier aan te leggen?
Hoe dan ook, wij leggen soepeltjes weer aan in ons sprookjeshaventje. Behalve de lokale vissersbootjes ligt er nog één foeilelijk doorzonstoomstrijkijzer van een motorjacht aan de andere kade.
We maken een wandeling naar het gigantische Venetiaanse fort, dat honderden meters hoog tegen de heuvels achter de stad verrijst, maar het is te heet om te klimmen, dus eindigt deze expeditie halverwege op een terras met verse jus en een prachtig uitzicht op de Golf van Korinthe met de Peloponnesos aan de overkant. We kunnen daar bijna de camping aanwijzen, waar we in het voorjaar met Jettie en Rembrandt stonden met de campers.

Na twee nachten geven we ons mooie plekje toch maar op en zeilen we verder oostwaarts. De wind komt ook uit die hoek, dus maken we ruime slagen. We proberen zo veel mogelijk te zeilen, maar uiteindelijk is de voortgang nul en slingeren we toch maar de motor aan. We ankeren in Ormos (baai) Panormos, een ruime baai met een super rustig dorpje er omheen. Hier kunnen we weer heerlijk zwemmen vanaf de boot.
Het is inmiddels zondag en tijdens een ochtendwandeling aan de wal zien we dat het erg druk is in en om het kerkje van het dorp. Wat later zien we een hele stoet auto’s voorafgegaan door een lijkwagen, dus kennelijk was daar een uitvaartdienst gaande. Dat verklaart de drukte. Maar goed dat we het kerkje niet in onze argeloosheid zijn gaan bezichtigen.

De volgende ankerplek is in Ormos Anemokambi, dichtbij Galaxidhi We willen graag ankeren in deze baai omdat we daar in het voorjaar tijdens onze campertrip naar Aegina ook een nachtje aan deze baai gestaan hebben. Vanaf het water ziet het er toch weer anders uit. Er staan op “ons” plekje nu wel drie campers. Aan het eind van de baai is kennelijk een soort zomerkamp gevestigd, want in de ochtend komt een hele horde kinderen met begeleiding zwemmen kanoën en van de opblaasglijbaan rutschen. Na anderhalf uur verdwijnen ze ook weer, op naar een andere activiteit.

Het is nu nog maar een klein eindje naar het mooie stadje Galaxidhi, waar we na een winderige oversteek tussen eilandjes en riffen een plekje in de goed beschutte haven zoeken. Met de harde zijwind wordt het niet bepaald een modellanding, mede door een knoop in de ankerketting, die er tijdens de manoeuvre eerst uit moet, maar we slagen er in om zonder schade aan te leggen naast een andere Nederlandse boot.

Er wordt voor de komende dagen meer wind voorspeld dan wij leuk vinden en ook nog eens uit de verkeerde hoek, dus zijn we blij met een beschut haventje en wat vertier en taverna’s in het stadje. Er vertrekt of arriveert ook vrijwel niemand meer. Dit heet nu “verwaaid liggen”.

In het stadje is ook een maritiem museum, dat ik uiteraard ga bezoeken. Tot eind 19e eeuw was Galaxidhi bekend om zijn bouw van houten zeilschepen tot zo’n 300 ton. Brikken, brigantijnen, schoeners, ze bouwden de prachtigste schepen voornamelijk voor de handelsvaart. Rond 1900 bleek dat ze de overgang naar de bouw van stalen stoomschepen gemist hadden en raakte de scheepsbouw in verval, waarmee ook een hoop kennis verloren ging. Galaxidhi drijft nu vooral nog op kleinschalig toerisme en de horeca profiteert van de schilderachtige haven, waar bootjesmensen zoals wij graag een paar dagen verblijven. Ook Delphi ligt hier maar zo’n 30 kilometer vandaan en dat is natuurlijk een enorme toeristenmagneet.

Wanneer op donderdag de wind zich weer een beet je gedraagt, besluiten we de oversteek naar het kanaal van Korinthe te wagen. De eerste paar mijlen hebben we een lopend windje, maar daarna zakt het helemaal in en moeten we het grootste deel van de ruim 40 mijl door de golf de motor bij laten staan om nog een beetje voortgang te maken.

Vijf mijl voor het kanaal roepen we de Corinth Canal Authority op over de marifoon met de mededeling dat we van noord naar zuid willen oversteken. Na een klein uur stand by voor de kanaalingang krijgen we toestemming om samen met twee andere boten het kanaal in te varen. Het is hier afwisselend eenrichtingsverkeer, dus bang voor tegenliggers in het slechts 25 meter brede kanaal hoeven we niet te zijn.

Het kanaal is anderhalf jaar gesloten geweest na een aantal aardverschuivingen, waarbij het op sommige plaatsen bijna gedempt werd. De herstelwerkzaamheden zijn nog in volle gang, maar de “kleine vaart” waar ook wij toe behoren mag er sinds een paar weken weer gebruik van maken. We zien hijskranen en ondersteuningsmateriaal, waarmee de wanden op hun plaats gehouden worden. Het kanaal is ook al dik 120 jaar oud en het begrip onderhoud lijkt me niet hoog op de agenda te staan hier, hoewel het kanaal iedere dinsdag gesloten is wegens…onderhoud. De aarde is hier ook nogal seismisch actief met aardbevingen en zo; daar valt natuurlijk niet tegenop te onderhouden als het gaat schudden. Dan kun je ze het ook niet kwalijk nemen.

Met Lysander voeren we in eerdere jaren al drie keer door het kanaal. Maar het blijft iedere keer weer een belevenis; varen met aan weerszijden rotswanden tot 79 meter hoog!
Het kanaal staat bekend als het duurste toltraject ter wereld per kilometer. Voor die 6 kilometer mogen we aan het eind van het kanaal ruim 200 euro aftikken voor 12 meter Keros. Daar kunnen zelfs het Suezkanaal en het Panamakanaal niet aan tippen, geloof ik.

Na het kanaal kunnen we onze reis met halve wind vervolgen. We zien de rookwolken van de bosbranden op het vasteland voorbijtrekken; een angstaanjagende aanblik. Ook zien we de grote gele blusvliegtuigen overtrekken, Canadairs? Die scheppen al scherend over het water tonnen zeewater naar binnen (en soms een onfortuinlijke snorkelaar) en storten het uit over de bosbranden. Het wordt al avond, dus gaat de navigatieverlichting aan, een goede test. Het is al bijna donker als we rond half tien ons anker laten vallen in de baai van Korfos in het noordoosten van de Peloponnesos. We zijn in de Saronische golf.

Geschreven door

Al 5 reacties bij dit reisverslag

Erg leuk om voor ons inmiddels bekende plekjes terug te zien! Krijg heimwee,😆

Jettie 2022-07-22 21:17:54

Weer een topverhaal, bedankt!

Cor Verheul 2022-07-22 21:31:09

Prachtige fotos! Way een fantastische reis maken jullie! Geniet met volle teugen. Groetjes, Tjerk

Tjerk Bartlema 2022-07-23 07:55:48

Weer een mooi verhaal met belevenissen 👍 Ook prachtige foto’s 🇬🇷🤘

Alfred😎 2022-07-23 12:50:34

Mooi weer om te lezen en prachtige foto's!

Ellen 2022-07-30 14:59:20
 

Over deze reis
Aantal reisverslagen:
GPS afstand deze dag:
GPS afstand totaal:
Aantal foto's:
Laatste verslag:
Reisduur:
Reisperiode:

Of schrijf je reisverhalen via de app

Met de Pindat App kun je offline reisverhalen schrijven en foto's toevoegen. Zodra je weer internet hebt kun je jouw verslagen uploaden. Ook via de app plaats je gratis onbeperkt foto's.



Klik op 1 van onderstaande knoppen om de app te installeren.