Zakynthos

Griekenland, Agios Nikolaos Zakynthos

We vertrekken bijtijds uit Argostoli en draaien de baai uit in zuidelijke richting, ruim om het karakteristieke vuurtorentje heen om ondieptes te vermijden.
Er staat weinig wind en ook nog uit de verkeerde richting. Helaas een wetmatigheid voor de zeiler. De Volvo-Penta mag het werk gaan doen. Zuidelijk van het eiland zitten we weer op open zee en dat is aan de deining wel te merken. Zonder de stabiliserende werking van de wind in de zeilen is het een geschommel van jewelste, dus we slikken toch maar een zeeziektepilletje. Op een enkele kustvaarder na, is de zee tussen de eilanden leeg.
Bij het naderen van Zakynthos valt ons op hoe ruig de kust is; hoog oprijzende kalksteenformaties in de grilligste vormen van honderden meters hoog.
Bij een baai aan de noordwestkust zien we grote activiteit van toeristenboten en kleine huursloepjes. We gaan maar eens poolshoogte nemen. Wat blijkt? We varen spontaan Shipwreck Bay binnen, een baai met een prachtig wit strand, met daarop een roestig scheepswrak, naar men zegt een gestrande smokkelaarsboot. Het is één van de bekendste plaatjes uit de Griekse toeristenfolders en wij varen er zomaar argeloos de baai binnen!

We maken een fotorondje door de baai en verbazen ons weer over de onwaarschijnlijke tinten blauw die het water hier boven het witte zand kan aannemen. Sommige kalkstenen rotsen reflecteren het blauw en lijken hierdoor wel op verdwaalde ijsbergen. Rond het wrak zijn veel mensen en de toeristenboten dobberen geduldig in de baai om de mensen eind van de middag weer terug te brengen naar een haventje. Het is één van de belangrijkste bronnen van inkomsten voor deze eilanders, veelal voormalige vissers, die vaak grotere vissersboten ombouwden of wanstaltige toeristenboten met zoveel mogelijk capaciteit lieten bouwen. Het enige dat je hier van de COVID crisis merkt is dat de meeste mensen aan boord van de boten braaf hun mondkapjes dragen. Op sommige boten is het compleet feest en dansen de toeristen de Sirtaki, aangespoord door de mandomandolinenklanken uit de boordluidsprekers en de vaak uitbundige bemanning.

We varen Vroma Bay binnen op zoek naar een ankerplekje voor de nacht. Dit blijkt dus één van de vertrekhaventjes te zijn van deze toeristenboten, compleet met een eigen watergrot.
Tussen de vele meerboeitjes moeten we moeite doen om ons anker vrij van lijnen op de bodem te laten ingraven. We brengen weer twee lijnen uit naar de rotsen, waarop al haken en kettingen zijn aangebracht. Nu maar hopen dat we niet op de plek van één van die toeristenboten liggen; daar zijn de captains doorgaans niet zo blij mee. Gelukkig valt het mee.
Een grote traditionele kaik pikt zijn lijnen op naast Lysander zonder dat we hem in de weg liggen. De captain vindt het prima zo. Later komt er nog een Frans jacht de baai binnen en zij zijn wel een half uur bezig om nog een aanvaardbaar plekje te vinden voor de nacht.
Als alle toeristen weer van boord zijn en de schippers naar huis, hebben we de baai voor onszelf; een heerlijk rustige ankerplek!

Naar onze volgende bestemming Ormos Keri is het een kleine 20 mijl varen. We varen zo dicht mogelijk langs de kust, als de “captain” verantwoord acht, om al het moois van deze prachtige rotsachtige kust vol grotten niet te missen. Als schipper word je hier door iedereen met “captain“ aangesproken; eindelijk erkenning! Op de zeekaarten hier staat onderaan een waarschuwing dat de peilingen en lodingen veelal nog uit de negentiende eeuw stammen, met onnauwkeurigheden van soms wel honderden meters ten opzichte van de tegenwoordige GPS nauwkeurigheid. Dit is in de digitale kaarten kennelijk klakkeloos overgenomen, bij gebrek aan nauwkeuriger gegevens(!) Dit wetende neem je toch maar liever een ruime bocht om een onder water liggende rots of ondiepte. De kaart en de realiteit kunnen dus nog wel eens uit elkaar liggen. Dat zagen we eerder al in het smalle kanaal van Lefkas; de bootpositie ploegde op de digitale kaart door de modder náást het kanaal, terwijl wij keurig tussen de boeien voeren.

Ormos Keri is een ruime baai, die deel uitmaakt van de gigantische Kolpos Lagana, de golf aan de zuidzijde van het eiland, bekend van de zeeschildpadden (Caretta Caretta) die hier op het strand al miljoenen jaren hun eieren in het zand begraven, die dan rond de 55 dagen later bij volle maan uitkomen. Hierdoor kent de baai veel vaar- en ankerbeperkingen. Een goede zaak, want het broedgebied zou anders nog meer verstoord worden. In het westelijk deel, waar we liggen is het regime het minst streng.

Na een rustig nachtje achter het anker gaat de motor achter de bijboot en laden we een jerrycan mengsmering in om de kust met al zijn grotten en triomfbogen van dichtbij te verkennen.
Het is heel rustig weer, dus kunnen we met de bijboot redelijk droog op pad. We draaien pirouettes in sprookjesachtige zeegrotten en varen onder enorme rotsbogen door; écht onvoorstelbaar mooi!
Bij een steil kiezelstrand gaan we even aan land om een duik te nemen en omhoog kijkend zien we dat de bomen boven op de overhangende rots van wel 100 meter hoog loodrecht boven ons hangen. Nu even geen aardbevinkje graag! Wel even een héérlijk privéstrandje.

Na deze geweldige ervaring weer terug aan boord in de baai, zien we opeens twee jeugdige zwemmers aan de bijboot hangen om uit te rusten. Ze willen naar het eiland Marathonisi zwemmen, ruim twee kilometer oostelijk. Gezien de afstand, de wind en hierdoor mogelijke stroming raden we het ze af, maar vanochtend geland vanuit Warschau hebben ze zichzelf “iets te bewijzen”.
Vrolijk keuvelend zwemmen ze verder. Wij vertrouwen het helemaal niet en willen ook niet indirect medeplichtig zijn aan een potentieel drama, (Polen en zwemwater vormen in Nederland vaak ook een combinatie die het nieuws haalt) dus ik (Paul) dobber met de bijboot, geholpen door de wind maar achter ze aan. Op driekwart van de afstand moet Stanislaw het opgeven en hij klimt opgelucht aan boord. Conrad tikt het eiland wél aan en klautert ook aan boord van het nu wel érg kleine bijbootje; maar even niet aan die anderhalve meter denken in de buitenlucht, zelfs de koning vergist zich wel eens. Én: van verdrinken ga je zéker dood......

De terugweg tegen wind en golven wordt een natte vertoning. Half gas tegen de golven in met een halfvol gespatte bijboot met daarin drie levende zoutpilaren, is het op Lysander tijd voor een verbroederingsbiertje.
Jeugdige overmoed; ze zijn eerste helft twintig en níet dom, student medicijnen en ingenieur, maar het kan toch tot hachelijke situaties leiden. Na het biertje lever ik ze weer af op de kade. Ze houden een vakantie van vier dagen op het eiland.

De volgende bestemming is de ankerbaai Porto Roma, net om de hoek van de kaap Akra Yérakas een kleine 9 mijl oostelijker. We vertrekken vroeg in de middag omdat ‘s middags vaak de wind een handje kan helpen. Dat valt nu een beetje tegen, zodat de motor weer bijstaat om nog een beetje voortgang te maken. Het water in de baai is niet diep en we zien vervaarlijke rotsen onder water. Al zwaaiend achter het anker varieert de diepte enorm, dus het zullen wel dikke rotsen zijn. Een geruststellend snorkeltochtje onder Lysander overtuigt ons ervan dat de diepte geen problemen gaat opleveren. Aan de wal is het een beetje vergane glorie een ouder hotel “Zakynthos Palace” en wat strandpaviljoens, die nu als botenstalling gebruikt worden. Er zou allemaal best nog wat van te maken zijn. Er zit een heerlijk rustig strandje bij.

In het iets noordelijker deel van de baai is het “kermis”; speedboten met allerlei stuiterend opblaasgerei erachter met gillende jongeren erop scheuren door de baai en ook de obligate parachute achter de speedboot ontbreekt hier niet. Ieder zijn lol. Ons deel van de baai blijft gelukkig rustig en we zien zelfs een zeeschildpad rondpeddelen en de volgende ochtend waarschijnlijk een monachus monachus, de zeldzame en bedreigde monniksrob, die hier nog beperkt voorkomt.
Bij het ankeropgaan blijkt dat onze nachtelijke omzwervingen achter het anker de ketting om een rots gewikkeld hebben, zodat het ons de grootste moeite kost om het anker weer binnen te krijgen. Uiteindelijk schiet de ketting met een knal los en zijn we weer bevrijd.

Zakynthos stad, nog geen 10 mijl noordwestelijker wordt ons volgende waypoint. We doen het dit jaar ècht kalm aan. Ook hier is het voor hoogseizoen begrippen niet druk met boten.
We worden keurig geholpen met aanleggen door de havenmeester en een collega van hem regelt alle formaliteiten en controleert onze papieren. Dat doen ze lang niet in iedere haven, maar bij grotere “Ports of Entry” gaat het allemaal net wat formeler, maar niet minder vriendelijk, gelukkig.

Ook deze stad is niet aan de aardbeving van 1953 ontsnapt, maar er is ook veel weer in de traditionele stijl herbouwd. Er zijn ruime pleinen met marmeren bestrating en ‘s avonds wordt er naar hartelust geflaneerd door de locals en de schaarse toeristen. We komen in een smal straatje langs een restaurantje waar twee jonge mannen met gitaar en mandoline de traditionele liederen van de “Seven Islands” zingen. We besluiten daar de volgende dag te gaan eten. De Seven Islands omvatten Lefkas, Kefalonia, Ithaka, Zakynthos, Kalamos, Kastos en Atokos, dat overigens onbewoond is, maar mede daardoor ook heel mooi.

Bij een terras waar we iets drinken brengt de uitbater ons desgevraagd in contact met een scooterverhuurder en de volgende ochtend staat er een 150cc Kymco voor ons op de kade voor een rondje eiland. Er is een punt waar Shipwreck Bay ook vanuit de hoogte bekeken kan worden, dus daar gaan we maar eens naar op zoek. Eerst bekijken we het fort boven de stad, dat ook alweer door allerlei buitenlandse overheersers is gebruikt en aangepast. De Venetianen en de Engelsen waren de laatsten.

Na een prachtige tocht over het groene eiland vinden we na veel omzwervingen inderdaad de uitkijkplaats voor Shipwreck Bay. Het is een uitgebouwd platformpje van waaraf je nét nog het strand met het wrak kan zien. En je mag nog in de rij aansluiten ook voor een selfie. Onderweg bezoeken we ook nog een prachtig klooster, gewijd aan Ay Yéoryios, Sint Joris, van die draak.
Er lopen hier opmerkelijk jonge monniken rond. Voor Grieks Orthodoxe geestelijken geldt geen celibaat, dus misschien is het vak daardoor hier wat aantrekkelijker dan bij de Rooms Katholieke kerk?
Op de terugweg naar de stad zien we in een dorpje een VW T3 pickup uit de vroege jaren 80 geparkeerd staan met het opschrift “Mulder Metaal Renkum”. Nou ja, dat is de dienstbus, waar onze buurman Hans jaren in heeft rondgereden voor het bedrijf waar hij werkte. Hij vond het na toezending van een foto ook wel heel grappig.

Nadat de scooter weer netjes is opgehaald zoeken we ‘s avonds het restaurantje met de muziek weer op. We vinden er net op tijd een tafeltje, want het blijkt een heel populair tentje te zijn bij locals én toeristen. We zitten eerste rang en tussen de nummers door praten we wat met de sympathieke mandolinespeler/zanger. Hij legt ons uit dat de mandoline, overgewaaid uit Italië hét instrument van de Seven Islands is. De op het vasteland populaire bouzouki, die groter is, zien ze hier als een “oosters” instrument. De mandoline is gestemd als een viool, maar dan met frets en 8 snaren; interessant, ook weer geleerd. Het klinkt in ieder geval allemaal heel plezierig en traditioneel; zeg maar “beyond the Sirtaki“. Én we eten er ook nog heerlijk!

Verder gaan we, naar Ay Nikolaos, bij de noordoostpunt van het eiland. Hier zijn de “Blue Caves”, die we vorig jaar op de toeristenboot van Dimitris bekeken en die we nu met onze bijboot willen verkennen, want dan kun je veel dieper zo’n grot invaren. Na een mooie zeiltocht, met zowaar eens voldoende wind komen we eind van de middag aan. Er is plaats genoeg aan de kade en we treffen er de buren, die in Zakynthos stad ook in onze buurt lagen. Gezellig! Lucas, een Argentijnse architect met ook een Italiaans paspoort en een boot met de Nederlandse vlag, zeilt ook al een paar jaar rond in de Middellandse zee en heeft veel interessante informatie voor ons. We zien meer boten met de Nederlandse vlag, waar geen Nederlander aan boord te bekennen is. Hoe dat komt? Het Nederlandse officieuze door het Watersportverbond afgegeven document is zonder al te veel formaliteiten voor iedereen te verkrijgen voor een paar tientjes, terwijl het er in andere landen veel formeler aan toe gaat. (Zoals de vlag van Malta gunstig schijnt te zijn voor de échte rijkaards onder ons.) Voor Britten extra gunstig, want na de Brexit vallen ze buiten het soepele EU regime en moeten er weer allerlei formaliteiten vervuld worden als inklaren en de aanschaf van een transit log voor tijdelijke invoer van je boot. Nou ja, ze kozen er in meerderheid zelf voor....
Dimitris is restauranthouder en de officieuze havenmeester hier, dus weer gratis liggen, stroom en water in ruil voor omzet in de tabepna. Dat behoeft geen uitleg!

Laat in de ochtend als de reflectie van de zon in de grotten volgens Dimitris op zijn mooist is, stappen we in de bijboot en varen noordwestwaarts langs de ruige kust. Er varen veel toeristenboten en huursloepjes rond, die allemaal flink wat golven maken, maar wij met ons rubberbootje van maar 2.30 meter passen lekker in iedere grot, waar we een paar rondjes blijven draaien. Het licht is echt betoverend in combinatie met het azuurblauwe water. Op de terugweg begint het wat harder te waaien, waardoor de zee wat onrustiger wordt. We komen dus niet helemaal droog weer bij Lysander aan. Een wasmachine hoort ook bij het gratis pakket van Dimitris, dus we draaien maar mooi een wasje of twee. Lysander is voor een paar uur een drijvende droogmolen (Suske en Wiske alliteratie?) en wind genoeg om de was te drogen.

Geschreven door

Al 5 reacties bij dit reisverslag

👍

Cor Verheul 2020-09-02 21:55:07

Hoi Paul en Marijke, het zijn weer prachtige verhalen en mooie foto's! Jullie kunnen wel een zeil/reisgids samen maken :)

jettie van beek 2020-09-03 10:58:56

Weeeer leuk om te lezen en weer van alles geleerd! Leuk hoor!

ELLEN 2020-09-04 07:48:01

Wat is Griekenland toch mooi! Wat een avontuur ! Geniet nog even en laat gauw weer iets van jullie horen. Groetjes!!

Marijke B. 2020-09-04 21:27:21

Hi Globetrotters, weer genoten van jullie heerlijke reisverhalen, en foto's. Groetjes Gerrie en Ger

G&G 2020-09-09 12:36:28
 

Over deze reis
Aantal reisverslagen:
GPS afstand deze dag:
GPS afstand totaal:
Aantal foto's:
Laatste verslag:
Reisduur:
Reisperiode:

Of schrijf je reisverhalen via de app

Met de Pindat App kun je offline reisverhalen schrijven en foto's toevoegen. Zodra je weer internet hebt kun je jouw verslagen uploaden. Ook via de app plaats je gratis onbeperkt foto's.



Klik op 1 van onderstaande knoppen om de app te installeren.