We vertrekken bijtijds uit de haven van Agios Nikolaos voor de oversteek naar Kefalonia.
Omdat we merken dat het slepen van de bijboot, met name bij weinig wind veel snelheid kost, gaan we eens experimenteren met manieren om het bootje aan boord mee te nemen zonder het leeg te laten lopen. Met een paar lijnen fixeren we het op het zwemplatform achterop Lysander. Het verschil in snelheid is goed te merken, maar de constructie lijkt niet heel stormvast. Het scheelt wel enorm in het geluid; een gestroomlijnde zeilboot klieft bij rustig weer vrijwel geluidloos door het water, maar zo’n rubberbootje ploegt zich proestend en spetterend door de golven en lijkt aan het water vast te plakken. We genieten dus ook van de stilte.
De voorspelde noordwestenwind blijkt voor de verandering uit het oosten te komen en dat is eigenlijk helemaal niet ongunstig voor deze oversteek.
We maken een afsteker tussen de ondieptes bij Akra Kounda, de zuidoostkaap van Kefalonia en genieten weer van de kleur van het ondiepe water. Nou ja, ondiep? vijf meter lijkt hier ondiep en je ziet de bodem, maar het hele IJsselmeer is bijna nergens dieper dan een meter of drieëneenhalf zonder dat de bodem ooit in zicht komt, dus alles is betrekkelijk. Onze dieptemeter kan zo’n 120 meter nog registreren, maar op de kaart staan hier soms dieptes aangegeven van 500 meter of meer. Maar niet teveel bij stilstaan....
We komen halverwege de middag in Poros aan; er liggen maar een paar jachten in de haven. We kiezen op ons gemak een plekje.
Niet veel later loopt het storm met jachten, waaronder een Nederlands flottielje van Amorgos, de club waarmee wij 21 jaar geleden onze Griekse zeilavonturen begonnen, samen met onze buurtjes Agnes en Arno.
Het wordt een gezellige boel van ankeren, lijnen aanpakken en inschikken als er toch nog een 40 voeter van het flottielje tussen gepropt moet worden; er gaan veel makke boten in een haven als iedereen van goede wil is, zo blijkt maar weer.
De volgende ochtend zijn de meeste boten al vroeg vertrokken. Nét als we uitvaren en de ankerlier aanzetten komt er een motorbootje achteruitvaren dat het anker laat zakken, uiteraard precies over onze ketting heen, terwijl er plek genoeg is, de sukkel! Het gevolg is dat wij zijn anker opvissen. Door een snelle actie met de voor dit soort situaties ontworpen kantelhaak weten wij het “vijandelijke” anker te lozen en kunnen we de oversteek naar Ithaka aanvangen.
We vinden een super mooi plekje in de verlaten baai Ormos Kaminia op zuidoost Ithaka. Een paradijselijke baai met een strandje erbij en met twee lijnen naar de rotsen liggen we er stevig voor de voorspelde noordwestenwind. En wat een sterren!! Dat de wind zich vaak niet aan de voorspellingen houdt vermeldden we al eerder, dus in de loop van de avond liggen we aan een lelijke lagerwal met de toenemende oostenwind en volle maan -dat dan weer wel- tegen een rij hongerige rotsen aan te kijken. Verkassen is nu geen optie, dus we vertrouwen maar op ons onvolprezen Delta anker. Dat stelt ons gelukkig niet teleur, maar erg goed slapen doen we die nacht niet.
Wel weer heerlijk wakker worden op zo’n mooie plek, lekker zwemmen en dan maar weer een nieuwe variant verzinnen om de bijboot mee te nemen aan boord, toch maar weer op het zwemplatform met iets meer lijnen en een betere bevestiging. Dit lijkt goed te gaan totdat de wind fors toeneemt en de achterkant van de bijboot door de helling het water raakt en zelfs water begint te scheppen. Tussen de drukte van de tot hard toenemende wind en het reven van de zeilen door toch maar de lijnen losmaken en de bijboot afduwen zodat hij weer een volgboot wordt. Nét op tijd, want de wind gáát er plotseling op! We stuiven met een snelheid tot ruim acht knopen de baai van Vathy in, de bijboot er planerend achteraan. Inmiddels zeilt er niemand meer, maar wij willen pas in de relatieve beschutting van de baai de zeilen strijken. Die beschutting komt echter niet, dus strijken we met de kop in de wind aan het begin van de baai.
We ankeren met de kont tegen de kade van het stadje met een keiharde zijwind uit het noorden en zowaar lukt deze manoeuvre in één keer, met dank aan een tweetal medezeilers die de achterlijnen aanpakken. Het blijft volgens de voorspellingen nog een vol etmaal doorwaaien, dus hier blijven we nog maar een dagje. We graven de volgende ochtend de buiskap, die we vorig jaar lieten maken maar weinig nodig hadden maar weer op, om de wind en de zon een beetje buiten de deur te houden. Ons zonnetentje boven de kajuit is nu door de forse wind niet bruikbaar.
We blijven twee nachten in Vathy en toppen de voorraden op, slenteren wat door de leuke steegjes en kopen een verse gasfles. De wind blijft ongenadig hard doorwaaien over bakboord en er wordt nóg hardere wind voorspeld.
Een Nederlands stel tipt ons in het langslopen op een haventje in het noorden van de baai, waar ze zelf nu ook liggen. We waren er eerder al geweest, maar kregen de mededeling dat ze vol waren. We wisselen telefoonnummers uit en ze beloven ons te bellen als er daar een plekje vrijkomt. En inderdaad, de volgende ochtend bellen ze.
Direct ankerop en twintig minuten later liggen we in het meest beschut denkbare hoekje van de vissershaven langszij aan de kade. Het anker is niet eens nodig! Heel fijn, want het gaat die dag nóg weer harder waaien. We slaan de buurman een lokale visser gade, die op zijn bootje geduldig zijn netten zit te boeten. We zwemmen bij een vrijwel verlaten strandje en maken nog een wandeling naar de restanten van een Venetiaans fort met de kanonnen strategisch gericht op de ingang van de baai. Er ligt inmiddels bijna geen boot meer aan de anders zo volle kade van Vathy en wij zitten op het terras van Pagonia in de luwte op de baai uit te kijken met een heerlijke maaltijd direct aan het water en toasten op vrienden, familie en het leven!
Voor de volgende etappe laten we het een beetje van de windrichting afhangen. Het onbewoonde rotseiland Atokos lijkt de meest logische bestemming met de wat onvoorspelbare wind. We ankeren in Cliff Bay en dat is geluk hebben, want er kan maar op twee plekken geankerd kan worden: west en oost. De rest van de baai is vijftig meter diep of meer. We ankeren in de oosthoek met een leuk strandje ervoor. Met twee wel héél lange lijnen liggen we na het ankeren vast aan de rotsen. We liggen er moederziel alleen en bombproof tussen anker en rotsen, maar als het donker wordt en de maan komt nog niet boven de rotsen uit, is het wel érg donker voor de gemoedsrust. Je ziet echt hélemaal niets meer zonder schijnwerper.
Na een rustige nacht komen de volgende ochtend al vroeg boten ankeren met badgasten, dus wij gaan na een verfrissende duik weer ankerop richting Astakos, een gemoedelijk stadje zonder toeristische pretenties aan het vasteland. De wind is ons zowaar gunstig gezind en we zeilen er met een flink tempo naar toe. Onze ligplaats aan de kade is maar 20 meter vanaf de aanlegplaats van de veerboot, die het vasteland met de eilanden verbindt. We verbazen ons over de hoeveelheid trucks en tankwagens met brandstof die erop rijden. Alles gaat heel ordelijk en gedisciplineerd en een half uur later gaat de klep alweer omhoog. De veerverbindingen zijn in een land met zoveel eilanden essentieel en dus ook heel efficiënt, voor zover wij kunnen beoordelen.
Hier horen we dat het Nederlandse reisadvies voor de Griekse eilanden door Nederland op oranje gezet is.
Wel weer een klap voor de Griekse toeristensector, want vanaf vandaag vliegt er dus geen vol toestel meer deze kant uit. Door het gemiste voorseizoen was het voor de Grieken al tobben.
Nu wordt ze ook het naseizoen afgenomen. En dat terwijl juist in Nederland het virus tegen de plinten klotst en de Duitsers gewoon nog naar de Griekse eilanden mogen vliegen. Tijd voor Europees beleid, zullen we maar zeggen.
De ochtend voordat we vertrekken heb ik (Marijke) een inspirerende ontmoeting met een kunstzinnige vrouw; ze nodigt me uit binnen te komen in haar huis. De huiskamer en keuken zijn zo te zien volledig tot atelier verworden en om het huis heen liggen nog veel objecten waar ze iets moois van wil maken, zo vertelt ze enthousiast.
Ze geeft me een prachtige schelp uit de omgeving mee.
Ze is te vinden op internet: Amalia Loukeri Desings Astakos.
We houden de windverwachtingen goed in de gaten en zien dat er voor de vrijdag een gunstig “window” is om over open zee over te steken naar Paxos, het eiland ten zuiden van Corfu.
Vanaf Lefkas is dat 30 mijl tegen de heersende noordwestelijke windrichting in. Er wordt in de ochtend nu een lopend oostenwindje voorspeld, dus dat moeten we meepikken.
In Lefkas regelen we nog wat zaken met telefoonproviders en vieren we op 10 september onze 28e trouwdag met een romantisch etentje aan het water.
Geschreven door Paulenmarijkeoppad