17 fietsdagen, 1 rustdag.
Van Col du Soudet naar Loevie-Juzon
Afst: 64 km. Ca 951 hm.
Netto fietstijd: 3 uur en 38 min.
Aantal Cols: 2 => 26 /111.
Totaal gefietst: 1511/ 4092 km
Geen idee wanneer de eerste wandelaars begonnen te lopen in de hut, de deur van onze slaapkamer met 4 stapelbedden klemde nogal! Het leek buiten nog erg donker maar dat kon ook komen omdat de luiken nog voor de ramen zaten…
Rond 7 uur keek ik op de telefoon en om 7 uur zou ook het ontbijt al zijn.
Rappie, rappie in de kleren dus, de ontbijtzaal zat inderdaad al bijna vol.
Buiten stralend helder! Wat een spectaculair uitzicht! En ook de lelijkheid van een aantal oude hoogbouw flats, die nu zichtbaar zijn omdat de mist weg is. Het ziet er maar triest uit: wat lelijk, zo'n ski-oord op leeftijd.
In de verte zie ik het dal dat is opgevuld met witte wolken, supermooi met de zon die daarop schijnt. Een plaatje.
Het ontbijt: een paar mandjes met gesneden stokbrood voor iedereen, een stukje boter, een schaaltje met met jam, chocoladepoeder, koffie en een kan met heet water voor thee. That's it.
Niet echt een stevig fietsers (of wandelaars) ontbijt, maar zo gaat dat hier. Het blijft me verwonderen, helemaal in zo'n berghut met allemaal wandelaars.
Ik betaal €43 voor de overnachting, avondeten en ontbijt.
Om even voor 8 uur duw ik de fiets over de rotsen een stukje naar boven voordat ik voorzichtig over het onverharde paadje afdaal naar de verharding.
Het is buiten minder koud als ik had gedacht en ik vertrek ik shirt korte mouw.
Vanaf het moment dat ik bij de weg ben gaat het natuurlijk alleen maar naar beneden.
vanuit de keuken komen op dit moment heerlijke geuren en ik hoor een mixer….
De Refuge ligt op zo'n 1500 meter hoogte en de afdaling is steil. Ik stop een paar keer om foto's te maken van de met witte wolken gevulde dalen: wat een prachtig gezicht is dat! Ik ben benieuwd of ik straks de wolken induik en of ik dan de zo'n kwijt ben, zou jammer zijn.
Je zou zeggen dat dalen altijd leuk is, maar dit is ook weer zo'n afdaling die veel te steil is voor het leuke. Ik rijd wel over een prachtig slingerend bosweggetje, maar moet kilometer na kilometer vol in de remmen naar beneden. Amai, wat zullen die remschijven heet zijn.
Eindelijk wordt de helling minder steil en kom ik in een gebied van kloven, waarbij de rotsen hoog boven me uittorenen. Inmiddels heb ik het, voor het eerst sinds vertrek uit Saverne, ijskoud. Ik trek m'n windstopper en mouwstukken aan. Vooral in de schaduw is het - nog - erg koud.
Af en toe passeer ik paarden, zeer solide uitziende dieren, die ook zo maar voor je op de weg kunnen lopen, het is goed opletten. Het is ongetwijfeld een Pyrenees ras.
Uiteindelijk ben ik beneden en rijd ik over een wat bredere weg, stroomafwaarts langs een rivier, een paar procent naar beneden.
Ik had gehoopt een cafeetje of winkeltje te vinden om iets te eten, maar niks.
In het charmante piepkleine dorpje Espot zie ik aan een riviertje een picknickbank in de schaduw staan. Hier begint ook de klim naar de Marie Blanque en een mooi moment om nog wat te eten en te drinken. Ik maak 2 koppen koffie en maak het meeste eten op dat ik nog bij me heb.
Een heerlijk plekje.
Ik sla af en begin aan de klim en maak uiteraard een foto van het startbord met fiets 😀.
Het eerste deel gaat zeer geleidelijk.
Het bord geeft aan dat de klim 9,3 km lang is met gemiddeld 7,6%. Dat lijkt goed te doen, maar dat gemiddelde wordt berekend vanaf het startbord tot de top. Hier zijn de eerste kilometers bijna vlak, en mijn Garmin geeft dan ook al snel aan dat het resterende gemiddelde percentage behoorlijk oploopt!
Uiteindelijk zijn de laatste 4 km van deze klim meer dan 10% en dat maakt een klim uiteindelijk best zwaar.
Na een paar kilometer zie ik Bertus uit Beltrum voor me! Ik bel even als ik vlak achter hem fiets.
Hij blijkt echter Tonnie te heten?!?!?
Heb ik dat gister niet goed of onthouden?, maakt niet uit.
Na ons praatje laat ik hem achter met z'n zwaarbeladen Koga, de kans dat we elkaar onderweg nog een keer zullen ontmoeten is bijna nul :-).
Na de inspanning van gister zag ik toch wel wat op tegen de 2 uitroeptekens van de Marie Blanque, maar het is een weg met goed asfalt en de klim is weliswaar zwaar maar is niet heel erg onregelmatig in percentages.
De voorlaatste kilometer is gemiddeld 13%, daarvoor had ik heel graag nog een groter tandwiel achter gehad.
Boven maak ik van 2 fietsers die van de andere kant zijn gekomen een foto en zijn maken er een paar van mij.
De klim van de andere kant is onvergelijkbaar met "mijn" klim. Het eerste deel daal ik bijna horizontaal en ook verder hoef ik weinig te remmen. De afdaling is ook veel meer open met schitterende uitzichten, super, wat zijn deze Pyreneeën toch mooi en rustig.
Richting dal wordt het wat drukker met toeristen en aan de rand van een grasveld zie ik een klein karretje staat, die drank en friet verkoopt!!
Ik bestel een koffie ( in een ieniemienie bekertje) en een bakje friet met schapenkaas. De jongeman vertelt dat ze die kaas bij hem thuis maken. Het smaakt me voortreffelijk, lekker zout en vet!
Op het gras aan een snelstromend beekje geniet ik ervan en ga ik op zoek naar een acco. Ik vind er eentje in Loevie-Juzon die me wel wat lijkt. Ook weer gericht op wandelaars.
In volle vaart kan ik nu naar het dal afdalen. Het dorpje Bielle blijkt afgezet en ik kom beneden aan de grote weg als daar net de reclame karavaan van de Tour de France voorbij komt.
Het is er gezellig druk met mensen die helemaal blij worden van alle prullaria die uit de meest vreemde voertuigen wordt geworpen.
Uiteraard blijf ik kijken, ik moet een stuk tegen de karavaan in maar dat mag nu uiteraard even niet.
Ik sta echt met open mond te kijken wat daar allemaal voorbij komt aan reklamezooi, maar ook aan gendarmerie, officieel uitziende voertuigen, auto's van ploegen, etc. Terwijl het na de caravan nog zo'n 1,5 tot 2 uur duurt voordat het peloton komt!
Als de karavaan voorbij is mag ik van de agent waarmee ik heb staan praten voorzichtig naar Loevie-Juzon rijden, een kilometer of 6 verderop (en van de route af).
Daar probeer ik de acco te bellen maar die neemt niet op.
De Tour fietst dwars door dit dorpje en het is dan ook een drukte van belang.
Ik zoek een mooie plek waar ik de renners van boven af aan zie komen. Ze moeten dan door een paar zeer smalle straten.
Overal gendarme, borden, pijlen, grote zakken ter bescherming van hoeken en bij obstakels
Ook hier verbaas ik me verder over de enorme stroom aan voertuigen die inmiddels al bijna 1,5 uur voorbij blijven komen, geen reclame auto's maar motoren, politie, auto's van de ploegen en ik weet niet wat.
Uiteindelijk is het hele peloton in een mum van tijd door het dorp. Vlak voor me valt nog een renner, maar gelukkig stapt hij redelijk snel weer op.
Ik krijg contact met de acco en ik kan er om 16 uur in, dan zijn de eigenaren weer terug. Een werkelijk prachtig en heel groot huis, met een heel grote tuin met veel zitjes. Hoor net van de eigenaresse, die het huis pas 1 jaar heeft en alleen maar Frans spreekt, een beetje over de geschiedenis. Het is een religieus huis geweest waar kinderen werden opgevangen en vakantie konden vieren.
De tafel is net gedekt in de schaduw van een grote blauwe regen. Er is voor 8 personen gedekt. Ik ben benieuwd wat er uit de keuken gaat komen.
Ik ga het niet allemaal beschrijven, maar van mij krijgt de keuken een ster!
Jeetje wat lekker en uitgebreid!
Morgen de Aubisque. Als ik die vandaag had willen doen was het maar de vraag geweest of dat met de Tour was gelukt.
A demain
Geschreven door Volg.Eduard.Onderweg