Ik dacht dat een simpele autoreis niet interessant was om over te schrijven, maar het bleek toch een memorabel tochtje te zijn gisteren.
’s Morgens vertrokken we uit een koud Miranda do Douro, met 6 graden, en reden door dichte mist tot Burgos. Onderweg zagen we ook sneeuw tussen Burgos en Logrono, waar we niet ver van Baskenland reden. Vanaf Zaragoza begon het warmer te worden tot 13 graden en was de zon terug van de partij.
Ik nam het stuur over van Armand, en we reden gezwind verder. Geen tijd te verliezen, we wilden zo snel mogelijk in Girona zijn: 9 uur te rijden en we waren om 8u30 vertrokken, d.i. 9u 30 oostelijke tijd.
We zouden zonder te stoppen en zonder te eten dus rond 19 uur aankomen.
De rit verliep goed, tot Lleida. Om de files in Barcelona te vermijden, wilden we de C-25 nemen, de Transversal, die Lleida met de oostkust verbindt. Dit is de weg die mijn nichtje Sara neemt om van de unief naar huis te rijden.
Nou, het leek wel de highway of hell! Deze snelweg slingerde door de bergen, zonder enige verlichting. Auto’s reden aan 140 per uur van bocht naar bocht, tegenliggers schenen met verblindende koplampen, en wij reden met een sputterende auto tussen 70 en 90 voorzichtig mee. Daarbij werden we ingehaald door zowat elke auto.
Toen we in Vic waren, een stadje in de bergen, waren we nog 50 km van het einddoel verwijderd. Toen sloeg het noodlot toe, juist na een tunnel. Ineens maakte een band een reutelend geluid, en moest ik stoppen op de pechstrook. De auto stond naast de snelweg, in het pikkedonker, 30 cm van de vangrail aan de rechterkant. We zetten de knipperlichten uit, en kropen uit de auto langs de rechterdeur. We namen onze gsm’s mee om te bellen. De rechterband vooraan was plat. De koffer stak vol, en de auto ging alleen open door links vooraan met de sleutel de deur te openen, want de afstandsbediening deed het nog steeds niet, ondanks de nieuwe batterij van de FIAAL garage. Ondertussen raasden auto’s en vrachtwagens rakelings naast de auto.
We kropen over de vangrail en probeerden niet naar beneden te vallen (we stonden op een helling), en gingen een eind weg van de auto staan om te bellen.
Maar waar waren we nu precies? Ergens na Vic, 49 km voor Girona en 11 km voor Viladrau. Hopelijk konden de hulpdiensten ons snel localiseren, want het was barkoud.
Eerst belden we de verzekering, of ze een takelwagen konden sturen. Dan via Whats naar mijn zus of ze de politie wilde bellen. Via Waze gaf ik ook aan dat er een ongeval was op deze plek. Na een half uur stonden we er nog steeds alleen.
Na nog enkele specifieke indicaties, via Google Maps, kwam er eindelijk een politiepatrouille. Die wilden dat we de band ter plaatse vervingen.
Nadat we dit uit hun hoofd hadden gepraat, bleven ze bij ons en gingen we in de auto verder wachten op de takelwagen. Deze kwam er dan uiteindelijk ook aan (na een uur wachten), en toen waren we eindelijk in veiligheid.
Aan een benzinestation aan een afrit verderop, verving de takelaar onze band, en toen konden we ons weer op de C-25 smijten. Met een bang hart dat onze dunne reserveband het ook zou begeven, reden we in het donker verder tot we eindelijk bij Ann kwamen.
Wat een opluchting! Vandaag hebben we beide voorste banden laten vervangen, en morgen gaan we de koplamp zelf repareren, met behulp van schoonbroer Carles.
Geschreven door KatinkaenArmand.op.avontuur